Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 46(1936)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 320] [p. 320] Verzen door Roel Houwink Herinnering Bij deze roos heeft zij gestaan En is weer weggegaan, weer weggegaan. Deez' appel hield zij in heur hand: Te rotten ligt hij in de mand. In dit kleed ging zij 't allerlest: 't Is âl wat van haar schoonheid rest. Dit boek: 't lag open in haar schoot, Nu ligt het hier, maar zij is dood. En waar ik in mijn droomen ga, Volgt mij haar broze schaduw na. Bij deze roos heeft zij gestaan En is weer weggegaan, weer weggegaan. [pagina 321] [p. 321] De blauwe engel Met jonge bloemen is uw graf bedacht, Maar diep ligt gij onder het vochte zand En hebt u afgekeerd reeds van dit land En zijt verzonken in een verren nacht, Waar vreemde sterren schrijden langs een vreemde baan En waar u wacht een nieuwe naam Bij 't krieken van den nieuwen dag Die aan Gods einder schuw verrijst. Een blauwe Engel staat daar, die u zwijgend wijst Al wat gij in uw kinderdroomen zag. [pagina 322] [p. 322] Voorjaar Het voorjaar keert. De knoppen breken. En ijle wolken drijven langs de roode maan. Hoever reeds, aarde, was ik u ontweken, Nu trekt gij mij weer in uw baan. Ik kniel en leg mijn dorre handen Hongrend en moe aan uw vertrouwden schoot En weet met duizend bloesem-banden Mij weer gebonde' aan leve' en dood. Vorige Volgende