Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 38(1928)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 252] [p. 252] Weerzien, door C. Tielrooy-de Gruyter. Een lach ontsloot 't geheim van uw gezicht: De poorten van uw diep verlangen waren Wijd open naar mijn wezen toe gericht, Als door een weerlicht kwam in u gevaren Het branden van de vuren in uw oogen, Wijl al de spieren in uw aanschijn strak Hun bruggen naar mij hadden uitgebogen; De stroeve draad op uwe lippen brak, Uw teederheid was naar mij uitgetogen.... Hoe dan, dat ik zóó schuw ben uitgeweken Toen ik de spangen van uw tooverkring Zag openstaan? Welke angst, welk magisch teeken Deed mij verlaten waar 'k het liefste ging? Was 't mij of 'k, ingegaan, de poort niet sluiten Zag? Of een stroom van kilte mij omving Toen ze open bleef tot ik weer vlood naar buiten? Verlaten heb ik, waar 'k het liefste ging. Vorige Volgende