Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 32(1922)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 273] [p. 273] Sonnet, door P. Otten. Hoe is het lot der menschen wonderbaar.... Daar komt den heuvel neuriënd afgetreden Een meisken, roode meien in het haar. Een jonge man rijst uit het dal beneden, En wordt in 't mulle wegje haar gewaar. Bevangen bei vertragen zij hun schreden. Zonder een woord passeeren zij elkaar - En 't kort ontmoeten is voorgoed verleden. Hoe vreemd is alles en hoe vaak geschiedt Wellicht een wonder en wij weten 't niet.... Want deez twee zielen, nog te voren ver, Zijn eensklaps naar elkander heen bewogen: En voor àl eeuwen is haar baan verbogen Naar 't stralend einddoel van een nieuwe ster. Vorige Volgende