Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 28(1918)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 286] [p. 286] Toen wij kindren waren..., door Käthe Mussche. Het gouden uur bloeid' op de blonde klingen, De wierook van de lente woei op winden En, o, wij waren kindren en ons zingen Klonk onder 't groene waas der rechte linden. De wierook van de lente woei op winden, Het botte en bruischte in fonkelende hagen En onze jonge, jonge harten minden De werelden, die wijd en glanzend lagen. En, o, wij waren kindren en ons zingen Droeg dartle bries naar blinkende gehuchten; De luwe tijden geurden en er hingen Licht-kleurge loovren onder hooge luchten. Klaar onder 't waas der recht-gerezen linden Klonk in den grooten dag ons zonnig zingen, Want, och, wij waren kindren en de winden Bliezen hun fijne wijzen bij de klingen. Vorige Volgende