Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 22(1912)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 388] [p. 388] Liefde's onzekerheden door Annie Salomons. I Omdat ons levens liefste eens' hoorde En 't beiden smartlijk was ontgaan, Behoefden blikken wij noch woorden, Elkanders wezen te verstaan. Omdat wij, ver gescheiden, leden Gelijke schrijning van gemis, Zijn we op elkander toegetreden, Verzekerd van vertroostenis. En onze leege handen vónden In één spontaan-gewild gebaar, En onze leege armen bonden Eén zoete stond ons aan elkaar. Maar, wijl we wisten, dat het leven Scheidt, wie zich vastklemme' aan een waan, Zijn wij, de hoofden trotsch geheven, Weer lachende uit elkaar gegaan. [pagina 389] [p. 389] II O sterke knaap, die met onwrikbaar pogen Uw leven opstoot langs de steile baan Ter trotsche schoonheid; - hoe zal nu de weemoed mijner oogen, En mijner ziele loomheid voor uw jongen moed bestaan? Gij, die op 't voorhoofd draagt het merk der grooten, En om uw mond de wil, die 't leven tart, Gij kunt niet dulden, dat mijn zingenstijd is afgesloten, En dat 'k geen uiting vind voor deze passielooze smart. Gij roept met klare stem en blij verwachten Mij door uw lied tot eigen vrije daad. Maar willoos door 't gewoel van weiflende gedachten, Zie ik uw schoon gebaar met onontroerd gelaat. Vorige Volgende