Elseviers Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 19(1909)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende 'n Wandeling door Laurens van der Waals. Aan... Nu ik luist'rend naast U ga en U zie en gadesla hoor ik, hoe Uw stem ontbond echoklokjes, in het rond, roepende met hun geluid het geluk de heesters uit. Hoe Uw adem stil, bedaard, deinende Uw mond ontvaart, tot de wind, die op hem loert, hem op loome vleugels voert door de geurdoorzoelde lucht, die vervuld wordt van gezucht. Speur 'k Uw blik, waar 't licht in breekt en een tinteling ontsteekt, die van uit Uw oogen vloeit, tot waar 't zonnig daglicht gloeit, koesterende in zijn licht Uw blosblanken aangezicht. Nu ik luistrend naast U ga en U peinzend gadesla voel ik, als een vreemd gemis, hoe ontastbaar vreugde is en slechts als een zwakke schijn dringt door ziels strak-dicht gordijn, of als echo voor het laatst wel verruischt, maar niet weerkaatst, en de luwe lucht vervult met een trillend ongeduld. Nu ik peinzend naast U ga en U hoor en gadesla voel 'k hoe om ons heen iets beeft, iets dat mijmert, iets dat leeft, iets dat luistert en dan breekt, in muziek of woorden spreekt, die wel hoorbaar zijn in schijn, maar die toch onhoorbaar zijn. Nu ik luistrend naast U ga, en U peinzend gadesla, voel ik, als een vreemd gemis, hoe onzegbaar vreugde is. Vorige Volgende