Prentkunst.
Men kan, nagaande de talrijke uitingen op grafisch gebied, deze verdeelen naar de onderscheiden procedé's, die haar voortbrachten, maar ook naar de verschillende redenen waaraan zij hun ontstaan dankten. En deze beide invloeden, afgescheiden van de capaciteiten van den maker, zullen in goede prentkunst zeer duidelijk merkbaar moeten zijn. Beginnen wij met de technische eischen, zoo zal hier de bewerking van het hout, de eigenaardigheid van steen of koper uit een afdruk moeten spreken. Het zal niet mogen zijn een namaken van krijtvegen of penseeltoetsen door een tot machine geworden hand van xylograaf of lithograaf, maar een voor houtsnede of steendruk bestemde teekening door den kunstenaar zelf met den burijn gestoken of een mesje gesneden, met krijt en inkt geteekend of met touche gewasschen. Waar mogelijk de kunstenaars zelven zich niet met deze bewerkingen tot den einde toe kunnen bezighouden, daar zal toch kennis der materialen onontbeerlijk zijn, opdat zij er bij hunne teekening ten volle rekening mede kunnen houden, en positief weten hòe hunne teekening er in druk zal uitzien, zoodat dit niet, wat maar al te vaak gebeurt, een zekere verrassing is, daaraan toe te schrijven, dat hunne aquarel of teekening niet van den beginne af aan berekend was op de technische eischen, die het reproductie-procedé stelde. De fout ligt hier niet aan hem, die op steen, hout of koper de origineele teekening weergaf, maar wel aan hem of haar, die met de eigenaardigheden der materialen onbekend was.
Dit zelfde geldt voor kunstenaars wier werken gereproduceerd worden langs chemischen weg. Men moge van oordeel zijn dat chemigrafie, om hier een algemeenen term te gebruiken, het persoonlijke, het oorspronkelijke in reproductieve kunst doodt, evenals alle machinale arbeid in de oogen van velen uit den booze is, wij meenen dat zoowel het een als het ander recht van bestaan heeft, en goede resultaten kan geven, mits hij die werkt voor chemigrafische reproductie zoowel als hij wiens arbeid machinaal uitgevoerd zal worden, volkomen op de hoogte zij van de bijzondere kwaliteiten, die weer dèze wijze van werken mede brengt. En dàn is het zelfs mogelijk van de eigenaardigheden, die het kenmerk zijn der machine, partij te trekken en hierop eenigermate teekening en ontwerp te bazeeren.
In niet mindere mate dan de techniek, zal het doel, waarvoor de prent bestemd is, op teekening en werkwijze van invloed zijn. Duidelijk wordt dit, wanneer wij eens even letten op de verschillende eischen die een affiche en een plaat in een boek stellen. De eene moet forsch en breed van teekening, eenvoudig van behandeling, sterk van kleur zijn, de andere wanneer zij in of naast den tekst komt te staan, in volkomen harmonie met de kleur door het lettertype aan de pagina gegeven, en zelfs waar de plaat, in een prentenboek, hoofdzaak is, daar zal de eigenschap, dat ze van dicht bij gezien wordt, haar andere voorwaarden doen stellen dan het muurplakaat.
Ook met de omstandigheid, of het werk op hand- of snelpers gedrukt wordt zal rekening gehouden moeten en kunnen worden. Wetende dat de uitgave bij handdruk te kostbaar zou zijn, zoo zal men wel doen in lithografie de fijn gewasschen touche-tinten die toch niet tot hun recht komen, te vermijden; terwijl zelfs het gebruik van papier, aanwijzing kan geven in hoeverre men zijn teekening zal dienen te detailleeren.
In 't kort, men zal, werkende voor dag- of weekblad-illustraties, affiches enz. enz. zich hier geheel naar dienen te richten; maar noodzakelijk is daarom niet, dat het werk minderwaardig zij, volstrekt niet, slechts het courantenpapier en de rotatiepers stellen mede hunne eischen. Een vergelijking dan ook tusschen handwerk en machine-arbeid is onzuiver, wanneer men als resultaat hetzelfde verwacht, hare voorwaarden zijn geheel verschillend, dus de uitkomsten kunnen bezwaarlijk hetzelfde zijn, en zelfs het trachten hiernaar lijkt mij een onjuist principe. Beide moeten geheel blijven in hun eigen karakter, op hun eigen