Ch.P. Gruppe
door P.A.M. Boele van Hensbroek.
‘Toen’ - zoo schrijft Etha Fles in Onze Kunst van April 1904 - ‘tegen het einde der 19de eeuw de overtuiging veld won, dat het schitterend zomertij van onze schilderschool onherroepelijk voorbij was, werd de behoefte gevoeld’ enz. enz.
Schrijf nu nog eens over kunst, als gij tegenover zulke uitspraken staat. En ze zijn niet zeldzaam! Elk woord, elke kritiek over elke tentoonstelling wordt begonnen met de zeven lofpsalmen ter eere van Israëls, Mesdag, Mauve, Bosboom, J. Maris, Thijs Maris en Willem Maris. En dan.... vestigt zich de overtuiging, dat onze kunst dood gaat! Die lofpsalmen - men begrijpe mij goed - zijn altijd wèl verdiend. Ze worden alleen wat vervelend door de eindelooze herhaling. Niets, dan 'n ziekelijk begrip dat ‘onherroepelijk voorbij zijn.’ Waar 'n Bauer leeft en 'n Breitner en een de Bock en zoovele anderen - te veel om te noemen - daar heeft de Nederlandsche kunst nog 'n toekomst. Het is de subjectieve kortzichtigheid der critici, die meenen, dat slechts bloeit wat zij in hun leeftijd het mooist vinden.
Ik beken, dat dit een vrij vreemde inleiding is tot een woord over een schilder, die, hoe Hollandsch ook van opvatting, geen Nederlander is. 'k Meen zelfs, dat de zoo uitgelezen kring van schilders-biografiën in ‘Elzevier's Maandschrift’ zich slechts hoogst zelden opent tot het opnemen van eene erkenning van het talent van een buitenlander. En politiek is hij dat, Mr. Ch.P. Gruppe.
Maar kunsthistorisch behoort hij tot Holland. Sedert 14 jaren leeft hij daar; en hij ziet onze slooten, onze weiden, onze bosschen, onze wolken en onzen mist, zooals wij ze zien.
Is het trouwens zoo 'n wonder, dat zijn kunstenaars-sentiment gelijk gestemd is met het onze?
De Amerikanen hebben met ons veel punten van overeenkomst. Niet, omdat, ongeveer vóor drie eeuwen, een handjevol Hollanders het Manhattan-eiland kocht; niet, omdat de
Declaration of Independence, het trotsche woord
ch.p. gruppe
van 4 Juli 1776, overeenkomt met onze ‘afzwering van Filips’; niet, omdat de
Constitution eene kopie is van onze ‘Unie van Utrecht’. Neen, maar wijl de Amerikanen hunne thans zoo hoog staande positie veroverd hebben op dezelfde wijze als Holland vroeger de zijne won.
Hadden wij het water te bevechten, zij bestreden hun uitgestrekte prairiën en derzelver inwoners. Iedere bunder gronds moest