zou haar dadelijk herkennen, vragen naar Addy, naar vele anderen, en of ze na mama's dood buiten blijven wonen of 't nu niet nog somberder daar in huis geworden is....
Wat de beschrijvende gedeelten aangaat, men bevit Couperus niet gaarne, na zoo van zijn boek te hebben genoten als ik en zeker wel de meeste lezers van dit werk genoten hebben. Maar dat er wat vreemds in is, hier en daar, ziet de lezer reeds aan 't begin, waarvan hier enkele woorden gecursiveerd worden:
‘Het was dien middag een hemel van dikke, donkere luchten, die zwaar zweefden als grauw over bijna zwart violet. Zoo zwaar en donker dik, dat ze moeilijk schenen voort te kruipen op den toch fel waaienden oostenwind, langs wiens adem de wolken nu en dan wisselden van waterige ommelijn, vóór ze neêr zouden gieten in zwaar stralende loodrechte wateren.’
Ge kunt bedenkingen maken, mede in verband met onze cursiveering. Dat loodrechte wateren bij fel waaienden oostenwind... Maar terwijl ge daar, een seconde al lezend meê bezig zijt, overweldigt Couperus u door een zin als deze, van voortreffelijke vizie getuigend, een van die, 't er bij u in hamerende volzinnen, die door hun toovermacht u dwingen te zien en zoo te zien als Couperus 't wil
‘De weg kwam, slingerde zich, ging voorbij.... Het was of de slingerende weg kwam uit lage kimmen, en ging naar lage kimmen toe, duikende in nederigheid onder heel lage luchten.’ Daar hebt ge nu op een halve pagina 't kenschetsende van Couperus' beschrijvings-stijl.
En wat nu aangaat de karakterteekening der hoofdpersonen, Addy kan u wel bovenmenschelijk braaf en edel toeschijnen èn in zijne opoffering voor de heele familie èn in zijn latere verhouding tot zijne vrouw, die hij - als deel van zich zelf - begint met mede aan de familie ten offer te brengen, tot hij 't verkeerde daarvan inziet... maar te laat. Want heel jong is Addy getrouwd met een vrij burgerlijk meisje zonder fortuin, maar mooi, gezond, sterk, physiek een ideaal vrouw voor een geneesheer, die aan eigen familieleden ziet wat men heeft aan groote voornaamheid met een voos lichaam. Gezonde kinderen wil Addy van zijn vrouw en die geeft ze hem; maar meer kan ze hem niet geven dan dat physieke en een soort van aanhankelijkheid, die hem niet lang kan bevredigen. Ze begrijpen elkander niet. Zij zullen zien hoe ze 't leven in scheiding vinden. Of ze weêr bij elkander komen of niet... Couperus vertelt het ons misschien later.
Denk u het leven van Addy en Mathilde (zijn vrouw) in Driebergen, in 't spookhuis. De oude luî van der Welcke zijn dood. In het villa-huis wonen, op Addy's verlangen mede: zijn ouders, van der Welcke met genoegen; Constance in angst. Verder grootmama van Lowe, kindsch. Dan Adeline, de vrouw van Gerrit, met negen kinderen. Later komt er nog een ziek nichtje bij en de stilmalende oom wordt ook maar door Addy naar Driebergen getroond. Mathilde wordt door de familie van der Welcke vriendelijk bejegend, doch men kan haar niet goed uitstaan en het vrouwtje vindt het bestaan in zoo'n huis vol kinderen, zieken en halve gekken verschrikkelijk, vooral omdat haar man al zijn tijd geeft aan zijn patiënten en ze zijn liefde moet deelen met een groot dozijn kinderen en menschen van De Familie. Ge voelt haar ellende en vindt haar zwakheid wel héél menschelijk.
Constance gaat maar trouw voort met engelachtig voor de Familie te wezen. Haar man desgelijks. Nu hij rijk is, vindt hij 't heerlijk al zijn geld te doen dienen tot nut en genoegen der familie van zijn vrouw. Hij is, onder Addy's invloed, de Voorzienigheid der van Lowe's in nood geworden. Hij wordt bijna groot van goedheid. Lag het in zijn aanleg zóó te worden? Ge kunt wel vragen, wel bezwaren maken, wel vinden dat Addy en zijn vader met hem zóó erg ‘mooie karakters’ worden.... romannerig, eigenlijk een beetje; maar de greep van Couperus blijkt wonder krachtig.
Zoo 't hem lust menschen te boetseeren in meer dan natuurlijke grootte, dan doet hij 't en Gij gelooft in die menschen... zoolang de bekoring van het boek duurt. Meer vergt de schrijver niet van U.
Die kleinere menschen, wat een galerij van kostelijk getypeerde alledaagsche luidjes! Die