De Hollandsche meesters in de Ermitage te Sint Petersburg.
Door Max. Rooses.
Gaspar Netscher. Gaspar Netscher kwam een tiental jaren na Gabriël Metsu en sloeg denzelfden weg in als deze schilder van aristokratieke verfijning. Van hem zijn ons wat meer levensbijzonderheden bekend dan van zijnen voorganger en dan van vele zijner kunstmakkers. Roger de Piles, de Fransche schilder en schrijver, had in Portugal, waar hij als secretaris van den gezant zijns konings in dienst was, reeds berichten over hem ingewonnen en deed er nog andere op in den Haag, waar hij later verbleef en de twee zonen van Netscher, schilders als hun vader, leerde kennen. Houbraken, de Hollandsche geschiedschrijver der kunst, putte aan even geloofwaardige bronnen voor het levensbericht, dat hij meedeelt in zijnen Grooten Schouburgh en waarin hij de bijzonderheden aangeteekend door zijn voorganger overneemt, verbetert en aanvult. En eindelijk werd in onzen tijd van studie de weetzucht van den ijverigsten onzer navorschers Dr. A. Bredius beloond met tal van ontdekkingen gedaan in het Haagsche Archief, die wat men vroeger wist kwamen bevestigen en nieuwe inlichtingen aanbrachten. Hij deelde ze mede in ‘Oud-Holland,’ die nooit volprezen schatkamer van oorkonden en studiën over onze oude meesters.
De Piles verhaalt, dat Gaspar Netscher geboren werd te Praag van een vader, die ingenieur was in Poolschen dienst, en van eene moeder, die toen zij weduwe was, uit oorzaak van haren katholieken godsdienst verplicht werd Praag te verlaten met de drie zonen, die zij had en van welke Gaspar de jongste was. Op weinige mijlen afstand van de stad hield zij stil in een kasteel, dat op het onverwachts belegerd werd en zoodanig werd uitgehongerd, dat de twee broeders van Gaspar er in omkwamen van den honger. De moeder vond middel zich 's nachts te redden met het eenige kind, dat haar overbleef. Zij begaf zich naar Arnhem, waar zij onderstand vond voor zich en voor haar zoon. Volgens dezen schrijver zou Netscher 48 jaar oud geweest zijn toen hij in 1684 stierf en dus, in 1636 geboren zijn.
Houbraken verschilt eenigszins met de Piles in het verhaal der eerste levensjaren van onzen kunstenaar. Volgens hem zou Netscher ìn 1639 geboren zijn. Zijn vader, zegt hij, was een beeldhouwer, afkomstig van Stuttgart, die zich te Heidelberg had neergezet, waar hij Elisabeth Vetter, de dochter van den burgemeester, huwde. Na den dood van haren man werd de moeder gedwongen de stad te verlaten door den overlast der krijgslieden. Zij vluchtte met hare drie zonen en hare dochter naar een kasteel, waar zij door hare vervolgers ingesloten werd en waar zij zooveel te lijden had, dat twee harer kinderen van honger omkwamen. Met Gaspar en haar dochtertje vluchtte zij naar Arnhem.
Het komt mij voor dat de laatste der twee geschiedschrijvers het best ingelicht is: zijne berichten zijn overvloediger en bepaalder; wij zullen dus wel doen hem te vertrouwen, ook wat het geboortejaar van Netscher betreft.
Over de verdere lotgevallen van den schilder zijn beide schrijvers het eens. Te Arnhem trof zijn moeder een rijk man, doktor Tullekens, aan, die belang stelde in Gaspar, en zich met zijne opvoeding gelastte. Hij liet hem Latijn leeren en wilde hem laten studeeren in de medicijnen. Maar toen de jongen in de derde klas gekomen was, voelde hij zich zoo zeer aangetrokken tot de teekenkunst, dat hij er zijne studiën om verwaarloosde. Doctor Tullekens wilde deze neiging niet tegenwerken en liet hem eerst in de leer gaan bij Koster, een schilder van doode vogelen en stilleven, daarna bij Geeraard Ter Borch te Deventer.
Nadat hij zijn leerjaren daar had doorgemaakt, vatte hij het plan op naar Rome te reizen om verder te studeeren. Hij ging aan boord van een schip, dat naar Bordeaux voer; doctor Tullekens had hem een brief meegegeven voor zijn neef Neny, koopman aldaar, en Netscher zou zijn reis door Frankrijk naar Italië voortzetten. Maar te Bordeaux maakte hij kennis met een Luikschen wiskundige en fortuinmaker, Godyn genaamd; hij geraakte verliefd op dezes dochter Margareta en huwde haar den 25en November 1659. Aannemende