Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift. Jaargang 11(1901)– [tijdschrift] Elsevier's Geïllustreerd Maandschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 573] [p. 573] Gedicht. Door Joha. W. Bakker. Ik wil mijn oogen sluiten voor het licht, Dat in de heete, rustelooze dagen Zoo gloeiend straalt mij recht in 't aangezicht. Wel maant het me⁀elken morgen aan den plicht, Dien 't leven mij reeds vroeg heeft opgedragen, Maar altijd blijft in mij dat angstig vragen: Waarheen mijn wankelende ziel zich richt? Mijn ziel is als een stil, nadenkend kind, Dat in de nauwe helverlichte straten Der drukke wereldstad geen vreugde vindt, En 't nieuwe groote huis, waar niets hem bindt, De vreemde wilde kind'ren, die hem haten, Wel o zoo gaarn' weer spoedig wil verlaten Voor 't rustig dorpje, dat zijn hart bemint. Het harde daglicht doet mijn ziel zoo pijn... Zij kan het aardeleven niet verklaren, En weet niet, wat daar waarheid is of schijn. Maar in den stillen nacht, als de⁀oogen mijn In dichte duisternissen vrucht'loos staren, Dan gaat mijn ziel geleidelijk ontwaren De wegen Gods, die in 't verborgen zijn. Vorige Volgende