't was een geglinster en geschitter van zilver en goudpapiertjes, van rood en wit, alles overstraald door den gelen schijn der kaarsjes.
‘Zullen we ze maar binnenlaten?’
‘Zeker, de kinderen hebben al zoo lang gewacht.’
En moe klapt even in de handen.
Louise, die vooraan stond, duwt de deur open en met een kreet van verrassing stormen de kleinen naar binnen.
‘Prachtig, prachtig!’ fluistert Marie en Jan naar voren trekkende zegt ze: ‘Ik zie jou cadeau al.’
Maar de kleine man, wiens oogen nog niet zoo geoefend zijn in 't verkennen, bespeurt nog niets. Zijn vreugde is er echter niet minder om. Hij zou - was hij niet bang geweest de mooie pakjes deerlijk te vernielen en zich aan de kaarsjes te branden, den kerstboom wel in zijn armen hebben willen drukken en hem hebben willen kussen van plezier.
‘Gaan jelui nu maar zitten,’ zegt mama, die intusschen de tafel naderbij heeft geschoven en even de kamer verlaat om met den grooten chocoladeketel terug te komen.
Nu begint het gejuich opnieuw; de kopjes worden gevuld en de kleine lipjes kijken al spoedig over de vergulde randjes.
En eindelijk, eindelijk..... komen de cadeaux.
Kleine Jan, die nog niet kan lezen en dus uit de namen die op ieder pakje staan, niet wijs kan worden, wordt uitgekozen om de geschenken rond te deelen.
‘Dat is voor mij’ roept hij gedurig, van zijn stoel afklauterende om 't op zijn plaatsje aan tafel te leggen, welk plaatsje alras, in vergelijk met de andere, zeer rijk voorzien mag heeten.
Ook het kleine doosje dat ma voorzichtig op een donker plekje had gehangen, wordt op 't laatst door de kleine handjes gevonden en van zijn kluisters bevrijd.
‘Dit zal wel voor Marie zijn,’ zegt hij, ‘lees maar eens wat er op staat.
De meisjes waren echter al druk bezig dit ook met de andere pakjes te doen en het stapeltje van den kleinen vent was aanmerkelijk minder geworden.
‘Op dit pakje staat,’ zegt Louise: ‘Voor pa. Als 't u blieft, pa!’ voegt ze er bij, het hem overreikende.
Nieuwsgierig lachende maakt deze de dunne touwtjes los, wikkelt er de papieren af en het kleine doosje wordt zichtbaar.
Mama bespiedt van achter den kerstboom zijn gezicht.
Hij doet het deksel er af; een pluk watten vertoont zich aan zijn oog. Een dasspeld of zoo iets, denkt hij voor zich heen en hij doet moeite een trek van wrevel te weerhouden.
Zijn vrouw is echter het haast onmerkbaar fronsen der wenkbrauwen niet ontgaan.
Nu haalt hij voorzichtig de watten uit elkaar..... niets.