Eerste Druk. Jaargang 1987
(1988)–Bert Peene, [tijdschrift] Eerste Druk– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 50]
| |
InhoudIn Romeinse suite krijgt het bekende Geeraerts-speurdersduo Vincke en Verstuyft te maken met de dood van een doktersvrouw. Alles lijkt op zelfmoord te wijzen, maar gerechtelijk technicus Goethals is niet tevreden met die conclusie. Vooral het feit dat het slachtoffer zich in beide armen met de dodelijke hoeveelheid slaapmiddel lijkt te hebben ingespoten, wekt zijn argwaan. Wanneer commissaris Vincke en inspecteur Verstuyft zich vervolgens met de zaak gaan bezighouden wordt ook bij hen de indruk sterker en sterker dat mevrouw Kremer niet zelf haar dood gekozen heeft. Weliswaar was haar man in Rome op het moment dat zij stierf, maar hoe komt de auto die hij daar huurde aan zo'n geweldig hoog aantal kilometers? En waarom ontkent hij aanvankelijk met klem dat zijn minnares bij hem was? Waarom probeert hij zich, eenmaal in België terug, van de hem achtervolgende politiemensen te ontdoen? De vragen stapelen zich op, maar wanneer Kremer, die een befaamd uroloog is, zijn goede vriend de onderzoeksrechter Lambert bezocht heeft, schijnen de antwoorden verder weg dan ooit. Toch zegeviert tenslotte de gerechtigheid. Vincke en Verstuyft krijgen alsnog toestemming om hun naspeuringen voort te zetten, wat hen onder meer naar Rome voert. Daar vinden zij de sleutels tot het drama. | |
KarakteristiekRomeinse suite is een ongelijkmatige roman. Het eerste deel, 23 hoofdstukken lang is het beste. Geeraerts vertelt met verve over de inspanningen van zijn beide speurders, waarbij de | |
[pagina 51]
| |
geslepenheid van de hoofdverdachte en diens connecties met Lambert de belangrijkste spanningsbogen zijn. De vele gesprekken, vaak in het Antwerps dialect opgetekend, en de verwijzingen naar andere romans waarin Vincke en Verstuyft optreden, geven het geheel een grote mate van authenticiteit. Het tweede deel is minder van kwaliteit want trager. Geeraerts last te veel passages in die feitelijk niets met de zaak Kremer te maken hebben, zoals uitvoerige beschrijvingen van de stad Rome. De roman telt 319 bladzijden. | |
ThematiekWie misdaadroman op het omslag van zijn roman laat drukken, schrijft eerst en vooral over misdaad. De betere specimen in dit genre zijn echter tevens psychologische romans: niet zozeer de daad staat centraal als wel het waarom. Niet zozeer de daad staat centraal of de vraag of de dader gepakt wordt, maar meer de vraag waarom hij het misdrijf pleegde. Die vraag heeft ook Geeraerts beziggehouden; Romeinse suite biedt behalve spanning ook een volkomen overtuigend portret van uroloog Kremer. Daarnaast haalt Geeraerts, vooral in het eerste deel van zijn roman, enkele malen uit naar de rechtsgang in België, waarin nonchalance nog te vaak een rol speelt. | |
KritiekMargreet Hirs: ‘Romeinse suite is zeker geen slecht boek en er valt heus nog wel wat in te genieten, maar het is wel het matigste dat ik van Jef Geeraerts gelezen heb. Het is in de eerste plaats weinig verrassend. Daarbij is een van de pijlers van Geeraerts' werk altijd een bijzonder grondige research, maar nu heeft hij zich er in Rome van af gemaakt met wat toeristische prietpraat.’ (Provinciale Zeeuwse Courant, 7-11-1987) Rob Perik: ‘De nieuwste Geeraerts is vlot geschreven en gemakkelijk leesbaar. Verdienstelijk is de grote aandacht voor details. Een zwak punt zijn de soms wat slappe dialogen, die echter ruimschoots worden gecompenseerd door de zeer rake beschrijvingen. Kortom, een goed verteerbare thriller.’ (Het Binnenhof, 13-11-1987) |
|