Eerste Druk. Jaargang 1987
(1988)–Bert Peene, [tijdschrift] Eerste Druk– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 19]
| |
InhoudNon nobis is een historische roman over de ondergang van de Tempeliers, een van de drie grote militaire religieuze orden in de middeleeuwen. De grote boosdoener is Filips IV ‘de Schone’ van Frankrijk, zijn tegenspeler Richard de Bastaard. Het verhaal begint op het moment dat Richard de niet nader gemotiveerde opdracht krijgt de Londense commanderij waar hij zijn leertijd heeft doorgebracht, te verlaten. Hij belandt dan uiteindelijk in Frankrijk, waar Filips net begonnen is met zijn bloedige en hebzuchtige jacht op de Tempeliers en hun schatten. Hoewel nog maar kort geleden uit de beschermde omgeving van het klooster vandaan krijgt Richard maar weinig tijd om zich af te vragen welke rol hij temidden van al dit geweld moet kiezen. Hij verzamelt een klein groepje getrouwen om zich heen en begint, samen met zijn vrienden Aymer en Ferrand, het ondergronds verzet. Tegelijkertijd gaat hij op zoek naar zijn verleden. Meer dan dat hij een ‘bastaard’ is, weet hij daarover niet - een Tempelier verbrak alle banden met de buitenwereld. Langzamerhand wordt echter duidelijk dat hij van voorname afkomst moet zijn en dat is genoeg om hem nieuwsgierig te maken naar het hele verhaal. | |
KarakteristiekIn zoverre Non nobis een stuk gefictionaliseerde geschiedenis is, hoort de roman thuis in de traditie van Eco's De naam van de roos en Montaillou van Le Roy Ladurie. ‘De hoofdpersonen in de roman zijn fictieve figuren,’ laat de auteur in een Verantwoording weten. ‘Ze zijn geplaatst en bewegen zich binnen de grenzen van de historische feiten zoals die ons zijn overgele- | |
[pagina 20]
| |
verd.’ Veel meer echter lijkt de roman een wat late opvolger van de historische avonturenromans van Sir Walter Scott. Het verhaal is een en al actie en de gewelddadigheden waarmee de hoofdfiguur te maken krijgt, worden doorgaans tot in de meest bloedige details beschreven. Dit aspect van de roman zal sommige lezers aanspreken, anderen zullen meer geboeid zijn door de beschrijving van de ontluikende liefde tussen Richard en een maagdelijke jonkvrouw en de voorspellingen van de toverkol die enkele malen in het verhaal opduikt. Behalve door een Inleiding en een Verantwoording wordt de geschiedenis begeleid door kaartjes en schema's, een notenapparaat en lijsten van geraadpleegde bronnen en van de illustraties in het boek. | |
ThematiekNon nobis gaat, als avonturenroman, niet gebukt onder een loodzware thematiek; het is de auteur er vooral om te doen geweest de ondergang van de Tempelorde weer te geven. Doordat zij hiervoor de figuur van Richard de Bastaard in het leven riep, maakte zij van haar roman ook een psychologische roman over de tegenstelling tussen de strenge regels van de orde en de eis van persoonlijke verantwoordelijkheid. In dat opzicht vind ik Alders' debuut minder geslaagd; haar personages komen er te weinig voor uit de verf. | |
KritiekWim Zaal: ‘Je zou Hanny Alders kunnen vergelijken met Hella Haasse, die als romanschrijfster óók met zo'n middeleeuws episch verhaal begon, Het woud der verwachting. Alleen is Non nobis bewogener en gewelddadiger. [...] Non nobis wordt niet alleen hét debuut van dit najaar, het heeft ook alle eigenschappen van een bestseller.’ (Elseviers Magazine, 26-9-1987) Theo Gerritse: ‘Veertien jaar heeft Hanny Alders aan dit debuut gewerkt. De weerslag van deze arbeid is duidelijk in Non nobis terug te vinden. Haar achtergrondkennis van de tempeliers dwingt bewondering af. Zwakker is haar talent als de romantiek om de hoek komt kijken. De dialogen zijn dan vaak fondantzacht en afgezet tegen de harde tijd, die ze minder ge- | |
[pagina 21]
| |
loofwaardig schildert. Wat toch weer niet wegneemt, dat Non nobis - zeker als debuut - bewondering afdwingt.’ (Algemeen Dagblad, 3-10-1987) |
|