Eerste Druk. Jaargang 1986
(1987)–Bert Peene, [tijdschrift] Eerste Druk– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 107]
| |
InhoudLokomotive is het levensverhaal van een oudere man die tegen heug en meug zijn leven als fabrieksdirecteur leeft. Hij is getrouwd met de vroegere secretaresse en minnares van zijn vader, die in hem teleurgesteld is omdat hij deze niet kan evenaren. Gaandeweg wordt echter duidelijk dat er eerder sprake is van niet willen dan van niet kúnnen evenaren. Wat hem vooral verhindert een waardig troonopvolger te zijn, zijn de herinneringen aan zijn verblijf in het roerige Berlijn van de jaren twintig en zijn contacten met bekende expressionisten. Als zijn vrouw na een kort ziekbed sterft, breekt hij echter met zijn burgermansbestaan en besluit hij de jaren die hem nog resten te wijden aan het te boek stellen van zijn herinneringen aan die bewogen tijd. De aankondiging van een tentoonstelling over het expressionisme brengt zijn plannen in een stroomversnelling. Hij weet de organisator ervan niet alleen te interesseren voor zijn documenten uit deze periode, maar vooral voor de bandopnamen van beroemde kunstenaars. Dat deze slechts imitaties zijn, verzwijgt Lokomotive, zoals hij ooit in Berlijn genoemd werd, dan maar. Ongelukkigerwijs blijkt het bedrog echter bij de opening van de tentoonstelling en de afgang die volgt grijpt hem zozeer aan, dat hij zich onder dokterstoezicht moet stellen en onder het strenge regime van een dagverpleegster. Toch trekt hij er tenslotte op uit, naar Berlijn, waar hij onder andere zijn vroegere vriendin Elsa hoopt weer te vinden. De hernieuwde kennismaking met de stad valt tegen, hoezeer Lokomotive zich ook op de veranderingen had voorbereid. Elsa vindt hij echter terug, in een tehuis, waar hij dan ook zelf maar besluit te blijven om er zijn laatste jaren in groot geluk aan de zijde van zijn jeugdlief- | |
[pagina 108]
| |
de door te brengen. | |
KarakteristiekDe auteur heeft voor de verteltechniek gebruik gemaakt van een oud en beproefd middel: de manuscript-fictie. Als het eigenlijke verhaal uit is, volgt nog een Naschrift van ene Dr. K. Bleuler, waarin deze vertelt dat hij de aantekeningen die het verhaal over Lokomotive vormen, gevonden heeft in het tehuis waar hij als arts werkzaam is. Een Nederlandse kennis had zijn vermoeden bevestigd dat het hier om een boeiend relaas ging, ‘wellicht zelfs geschikt voor publikatie.’ Lokomotive is dus een soort dagboek, in de eerste persoon verteld, afwisselend in de verleden en de tegenwoordige tijd. In totaal telt de roman 169 bladzijden. | |
ThematiekHet meest opvallende thema in de roman is ongetwijfeld het expressionisme. Een groot deel van de verhaalruimte wordt immers in beslag genomen door Lokomotives beschouwingen over de kunststroming die het culturele leven in de eerste decennia van deze eeuw bij uitstek heeft bepaald! Het gaat daarbij niet in de eerste plaats over de verschijnselen die het expressionisme gestalte gaven, maar over de expressionistische levenshouding. Deze werd vooral gekenmerkt door vitalisme, vernieuwing, anarchie, individualisme en zelfverwerkelijking. Het verhaal maakt op treffende wijze duidelijk dat Lokomotive er nooit in geslaagd is zich deze levenshouding eigen te maken. Het enige moment waarop hij zelf het heft in handen nam, was het moment geweest waarop hij besloten had naar Berlijn te gaan; daarna had hij zich gedwee laten leiden: door zijn vader, door Dina en door andere vrouwen. Lokomotive is het prototype van de ‘zielige spitsburgerman’ en vertegenwoordigt op zijn manier het thema van de mislukte kunstenaar. Hij realiseert zich dit alles ter dege en daarom heeft hij zijn toevlucht gezocht in de verbeelding. Hij heeft een mythe gecreëerd waarin hij ‘de kerel (is) die op zijn twintigste de hele rotzooi achter zich liet om zich in Berlijn in het leven te storten.’ Maar naarmate het verhaal vordert, wordt de indruk sterker dat hij | |
[pagina 109]
| |
weliswaar in de onmiddellijke nabijheid van een groot aantal beroemdheden heeft geleefd, maar dat zijn eigen aandeel in hun leven zeer beperkt was. Als hij ergens in zijn verslag schrijft: ‘Dit is geen fantasie, dit is de neerslag van een leven’, heeft hij dan ook in feite gelijk: zijn bestaan is gegrondvest op weinig meer dan leugens en valse illusies. Daarmee is ook de rol verklaard die de dood als thema in de roman speelt. ‘Groter dan biefstuk is de dood,’ luidt het motto en hoewel daarmee zeker ook de dood-als-levenseinde wordt bedoeld, verwijzen die cynische woorden toch vooral naar de geestelijke dood, naar de toestand waarin Lokomotive al vele tientallen jaren verkeert. Het is die toestand waarvoor hij, blijkens het Naschrift van Dr. Bleuler, tenslotte definitief kiest. | |
WaarderingJaap Goedegebuure: ‘Als we even afzien van de gedateerd aandoende zweverigheid die zich over het slot van deze roman uitspreidt, blijft er een boek over dat het niet slecht zou doen als een eerste inleiding op de Berlijnse avant-garde van 1920. Eigenlijk had Lokomotive die zelf moeten houden, maar hij is zo over zijn zenuwen dat hij in de aanloop naar het spreekgestoelte zijn papieren weg laat fladderen. We moeten het dus doen met zijn dagboekaantekeningen en die zijn enigszins summier en oppervlakkig, maar voor iemand van die leeftijd alleszins leesbaar.’ (Haagse Post, 8-11-1986) |
|