Hoe wordt de geschiedenis telkens opnieuw herschreven door de machthebbers? In welke mate is men gedwongen zich daaraan aan te passen? Hoe werkt de zelfcensuur? Die vragen komen heel concreet en zeker niet symbolisch of allegorisch verpakt aan de orde. Maar toch heeft Bernlef blijkbaar niet zomaar een politieke roman willen schrijven met een documentair karakter. In hoeverre de lokatie fictieve elementen bevat kan ik niet beoordelen, maar Bernlefs personages zijn in elk geval slechts ten dele gebaseerd op feitelijke, historische figuren, hetgeen al uit de namen blijkt: Horthy heet Kortha, Imre Nagy heet Imre Boda, Kadár heet Barda. En de oude schrijver om wie alles draait heet Tomas Szass, maar heeft, afgezien van die naam en zijn geboorteplaats, niets gemeen met de antipsychiater Thomas Szass. Waarom die mutaties? Eén reden zal zijn dat Bernlef te kennen wil geven dat het hem niet in de eerste plaats om historische juistheid is begonnen.
Tomas Szass is een zesentachtigjarige schrijver met een bewogen leven achter de rug: geboren in 1894; in 1919, na de mislukte revolutie, naar Wenen gevlucht; vijftien jaar later teruggekeerd naar Hongarije; in 1938 als communist in de gevangenis gezet door de ultraconservatieven van Kortha; tijdens de oorlog in het verzet; in 1953 uit de partij gestoten (wegens ‘revisionisme’); in 1956 betrokken bij de opstand; daarna, tot 1960, weer in de gevangenis - het leven, kortom, van een fatsoenlijke Hongaar die, zoals zoveel van zijn landgenoten, communist werd om het semi-fascistische regime in zijn land te bestrijden om vervolgens, toen het communisme eenmaal aan de macht was, andermaal in de oppositie te worden gedwongen. Het is het soort leven dat György Konrád in De medeplichtige beschrijft, een boek waar Bernlefs Publiek geheim ondanks alle verschillen onontkoombaar aan doet denken.
Ook bij Konrád gaat het immers goeddeels om de stille pressie die in het ontdooide Hongarije van de laatste jaren op (vooral) intellectuelen wordt uitgeoefend om zich aan te passen aan de feitelijke machtsverhoudingen, dus ook: om mee te draaien en te liegen. Het is ook duidelijk dat beide boeken, impliciet, een hoge mate van intellectuele en morele onverzettelijkheid bepleiten. Maar er zijn ook grote verschillen. Eén daarvan is dat De medeplichtige een veelvoud aan, in hoog tempo vertelde, geschiedenissen bevat, terwijl in Publiek geheim alles draait om Szass, een schrijver die veel