de tactiek van de Duitsers grondig te leren kennen en zelf ten strijde getrokken is met nagemaakte Duitse wapens? Ik stel dit zo scherp om de problematiek helder te krijgen.
Misschien ben ik overigens te haastig in mijn oordeel en ken ik niet genoeg gewicht toe aan de bevinding dat Garampi een typische exponent was van de vroeg-Italiaanse katholieke muratoriaanse Verlichting en zijn beïnvloed zijn door de Duitse kritische eruditie. Garampi was inderdaad geschoold in de kritische experimentele methode van de natuurwetenschappen en had deze tot een persoonlijke attitude gemaakt. Deze methode paste hij vervolgens, als volgeling van Muratori, inderdaad toe op het terrein van de geschiedenis. Vanysacker spreekt in dit verband van een ‘verlichte methodiek’, die in gebruik bleef tijdens Garampi's optreden als diplomaat.
Misschien ben ik ook te haastig in mijn oordeel, gelet op de informatie over het boekenbezit van beide heren. Vooral de bibliotheek van Garampi maakt indruk door de omvang en inhoud ervan. Echter, vooral gericht op verdediging!
Misschien ben ik te zeer afgegaan op de defensieve trekken van Wellens en Garampi, waar de spreker toch ook een relatie legt met de Verlichting op grond van de kritische openheid en hervormingsgezindheid van beide heren op het terrein van onderwijs en pastoraat.
Maar zelfs op dit punt houd ik mijn twijfels. Het optreden van Wellens vertoont in veel opzichten trekken van een hernomen Katholieke Hervorming. Dé exponent van het tridentijnse hervormingskatholicisme, Carolus Borromeus, was zijn grote voorbeeld! Het is ook heel goed mogelijk om zowel Wellens als Garampi in verband te brengen met het zogenaamde laatjansenisme of het augustinisme van de tiers-parti. Waarom zou dit niet volstaan om hun optreden te situeren en te karakteriseren? Waarom moet de Verlichting erbij worden gehaald?
Kern van de karakteriseringsproblematiek is het verwarrende gegeven dat we te doen hebben met twee figuren die zich hebben onderscheiden van hun geloofsgenoten door niet louter negatief te reageren op de personen en geschriften die zonder twijfel met de Verlichting geassocieerd kunnen worden en die er door sommigen zelfs mee geïdentitficeerd worden. Daar kan nog aan worden toegevoegd, dat beiden op deelgebieden zelfs hebben gehandeld zoals destijds ook verlichte geesten handelden.
Mijns inziens is die verwarring vruchtbaar op te heffen door Verlichting dynamisch te definiëren. Ik acht de statische vereenzelviging van Verlichting met de bevestiging van de autonomie van de rede en van de goedheid van de menselijke natuur ontoereikend om het tijdperk en de mensen waarom het gaat te begrijpen. Liever zie ik de Verlichting als een fase in de westerse geschiedenis die gekenmerkt wordt door het indringende en aanhoudende, zowel theoretische als praktische debat over het bereik van de menselijke rede en over de mate van goedheid van de menselijke natuur. Kijken we naar de