[2006/2]
Beste lezers,
Een themanummer over literatuur en wetenschap, over twee elkaar afstotende polen? Wat kan daar meer van worden verwacht dan hogere cafépraat?
Toch zijn Yves Petry en Kamiel Vanhole erin geslaagd om een DWB-aflevering te maken waarin de literatuurliefhebber de wetenschap van de literatuur ziet, en de wetenschapper de literatuur van de wetenschap. Dat komt omdat ze een aantal wetenschappelijk beslagen auteurs hebben gesommeerd om een bijdrage te schrijven, zoals Leo Vroman (biologie), Luc Steels (artificiële intelligentie), Miroslav Holub (immunologie), Flip G. Droste (linguïstiek), Oliver Morton (wetenschapsjournalist) en de onvolprezen Richard Powers, die fysica studeerde. Powers' tekst werd nog niet voorheen gepubliceerd. Anne-Mie van Kerckhoven, die voor DWB fascinerende tekeningen maakte, werkte jarenlang samen met Luc Steels.
Als titel kozen Petry en Vanhole Het lied & De wetten. Daarmee gaan ze meteen in tegen de beschrijving van Droste van een wetenschapper. Alluderend op L'éveil de la fôret van Paul Delvaux schrijft hij over de geleerde: ‘Rondom hem is een woud van glanzend blote lichamen, maar de professor ziet ze niet.’ Hier wordt gesuggereerd dat er een kloof bestaat tussen de poëzie van vrouwelijke lichamen en de ratio van mannelijke wetenschappers. Wie teksten leest van Ilya Prigogine of Stephen Hawking weet beter: ze schrijven over de muziek der sferen en de dans der elementaire deeltjes. Of lees Richard Powers in DWB: ‘Hoe meer ik luisterde naar wetenschappers, hoe meer ze klonken [...] als minnaars in een obsessieve relatie.’
Hugo Bousset