Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 149



[pagina 460]
Wiel Kusters Villa Massimo 1984 Toen oskar pas in rome was dior berlijn vast aan zijn aars had kunnen lappen de karos (geronnen de paradepas onder de linden een fazant hondenkarren zonder os en wielen die op hoge toon kussen wierpen naar een tres die - pallen los - met nerf en nier zijn garde slaande door het schuim riot runde met geel bier weerszij een muur en dus niet daar of hier) had hij zijn villatuin alras met limo en courgettesoep met pasta en een noedelwal sip sap dat uit de kruinen kroop herschapen in een woordenoord zo hoorden wij romeens roemeins het duits verglijden in de tijd het stramme scheenbeen van de klok sprong haastig alle hazen op en daags daarna en ook vandaag gezeten aan zijn ambtsgeheim (elke minuut een anagram rijgt minuten om en om ieder uur weekt in de tijd
[pagina 461]
letterbonen woordenstrijd) speelden wij muze met zijn mier de silben stroomden glad naar grimm piano tonies xylofoon azijn en olie suikeroom zuiders licht viel door de blaadren maar geen nood elk oog een spleet zonnemonocles bij de vleet en op ons hoofd een strooien steek Herinnering aan mijn projecten met Oskar Pastior: De dans van de schaar / Der Tanz der Schere (1984); Een Nederlandse titel (1985); Zonder weerga / Seinesgleichen (1986); Twee tot de derde / Zwei zur Dritten (1987).