Mahlers violen zetten in in A-mineur: de melancholieke spanning stijgt, de stoomlocomotief rijdt de schemerige overspanning van Antwerpen uit en het oplossende wit van het zonlicht in.
In een filmscenario valt het aantal bladzijden samen met het aantal minuten dat de film speelt. De pocketeditie van Tessa de Loo's De tweeling telt 460 bladzijden, maal 45 seconden leestijd, zo'n 6 uur en 40 minuten leestijd, het scenario levert 180 bladzijden op, die woordelijk zijn teruggebracht tot dialoog en regie- en camera-aanwijzingen, zo'n 2 uur en 10 minuten kijktijd.
Met het zintuiglijk beleven van de film hebben wij het hersenmatige ervaren van zo'n stoomlocomotief op een perron met een gietijzeren overspanning achtergelaten. De three penny pockets, de Drei-groschen-boekjes, ze zijn verruild door het oplichtend beeld, het sms-portret van een vriendin voor het leven in een mobieltje, thuis op de bank kijken miljoenen mensen naar een beeldbuis. Weg is een verhelderend gezinsgesprek of de bloedstollende sessie ganzenbord, weg is het boek: maar ook dat bracht enkel het vermogen ons uit onszelf en de werkelijkheid te halen, net als de beeldbuis, een vriend voor het leven dat we dagelijks graag buitensluiten.
In het vlakke land ligt een ladder, de laatste sport op de einder. De lezer gaat als een gekruisigde op het spoor liggen, de handen op het koude ijzer, de kin een camerastatief op een houten biels, de twee ijzeren sporen trekken in de horizon traag omhoog en naar elkaar toe. Een zwarte stip wordt groter en groter, daar raast hij aan, een trillen trekt door de handen, de grijns van ijzer wordt breder, de ronde, rode stootbumpers, de sneeuwschuiver als de snor van Stalin komt steeds dichterbij, de stoomlocomotief gaat binnen enkele seconden over ons heen - in de tijd van de gebroeders Lumière sloegen de kijkers hun handen voor het gezicht of doken weg tussen de stoelen, de beleving was mede door het gotisch perspectief te sterk.
De te ervaren leesuren die we kwijt zijn als we de kijkuren ervoor in de plaats beleven, behelzen noties van filosofie, sociologie, psychologie, alledaagse spinsels, de vier vijf materiële beelden uit het zinnetje Bernstein, het audiobeeld, het gevoelsbeeld van de lente, de uiteindelijke metafoor, die van het muziekstuk An American in Paris. Het beleven van een film levert echter ook ritme, muziek, dialogen en met de beelden een andere, ontstijgende metafoor, alle denkbare decors - minder statisch dan die in alle denkbare toneelstukken in alle denkbare schouwburgen, naar binnen overgehevelde amfitheaters die trouwens niet meer zonder de beweeglijke beamer-zon kunnen.