Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 143
(1998)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 624]
| |
[pagina 625]
| |
Gent, 18 mei 1998Les Copains de la Littérature Koen Peeters & Kamiel Vanhole Kon. Elisabethlaan 12 3000 Leuven-Korbeek Borstelstraat 5 3010 Kessel-Lo
Betreft: Grenzen inzake afmetingen
Geachte Koen Peeters & Kamiel Vanhole,
Er staat dat de postbode daar nog te paard komt. Niet rijdt. Hij draagt een kroontje en een hoorn van goud. Wat lambrekijn is, weet ik niet. Ik denk dat Afrika wordt bedoeld. Ik heb twee oosterse filologen geraadpleegd. Zij stellen zich meer vragen over de lichaamsdelen van de dichter en zijn werelddeel dan over de inhoud van dit alles. De zwarte manen, schrijft hij, het glanzende zadel, de geur van zegels en inkt. Hij schuwt geen details, geen uitvergrotingen, maar wat zegt hij? Ik herinner me bijvoorbeeld dat hij paard en berijdster onder ‘het donkere eikenloof’ groet. Dan denk ik aan een kasteel. Postiljon mag uitgesloten worden, neem ik aan. Verwart hij de woorden jachtopziener, postmeester? Maar ook zeer concreet. Geest-Gérompont-Petit-Rosière is bij mijn weten nog steeds 1367. De zwarte manen en de opkomende zon wijzen evenwel op een stedelijke omgeving. Of moet men zich beperken tot wat er staat? Dat is ook een mogelijkheid. En ik lik aan mijn koning, wat moet ik daarvan denken? Gebruikt men beenderlijm van koeien? En zegelpaard, klaroenen. Bedoelt hij kaproenen? Ik ben een socialist, schrijft hij. Dat verklaart natuurlijk niet alles. De rode brievenbussen met de gulden wereldbol en het kruisje. Moi, je veux bien, mais qu'on ne me vient pas se plaindre après. De ochtend ruikt naar het blauwe inktpaard. Of nog: de rode bode laat hem uit een brief drinken. Vindt u dit nog redelijk in België? Verder blijkt dat hij in februari een kaartje zou hebben ontvangen uit besneeuwde handen. Zijn petten blozen en nog zoveel meer. In plaats van bijvoorbeeld het Sorteercentrum Gent X onder de aandacht te brengen, het goederenstation, hout en kolen voor de armen, of het Uitreikingskantoor Koornmarkt en zijn beroemde personeel! Speelt de bode hoorn voor hem? Ik hoop, Koen en Kamiel, dat hij de Koninklijke Harmonie van de Post bedoelt. Het licht, het paard, het rode zegel, een blauw | |
[pagina 626]
| |
foedraal. Ook kunstenaars heb ik om advies gevraagd. Maar zij begrijpen het niet. Bij Vermeer ziet men nog wat erop staat.
Hoogachtend,
Pol Hoste
Kortedagsteeg 31 9000 Gent
PS In dit verband hou ik zelf zielsveel van mijn post en haar bode. Pol Hoste |
|