Stukjes
Wisselstuk
Stilleven met tijdschrift
Als het Nieuw Wereldtijdschrift erin slaagt om door een literaire uitgeverij te worden gefinancierd en tot het circuit van de Vlaamse krantenwinkels door te dringen, komt het terecht tussen bladen over auto's, moto's, seks of mode.
Ook al is een literair tijdschrift daar op zijn plaats, het slaagt er niet in zich op dit verkooppunt als genre te definiëren. Het NWT brengt buitenlandse literaire figuren van wereldformaat op de cover die de internationale actualiteit halen maar het blad werkt met verlies.
Ziet u wel? Daarom blijven oude, degelijke, literaire tijdschriften met oude, degelijke, culturele tradities bij hun oude, degelijke overtuiging dat het literaire tijdschrift niet uit zijn maatschappelijke isolement te halen is. Elitair moet kunnen als het om kwaliteit gaat. Gaat democratisering trouwens niet gepaard met nivellering? Stuurt ze de cultuurproduktie niet in de richting van herkenbare en media-genieke confectie in plaats van bij te dragen tot vernieuwende creativiteit? Intussen blijft het literaire tijdschrift een cultuurprodukt dat zich - in tegenstelling met bijvoorbeeld de podiumkunsten - nog steeds onttrekt aan de verworvenheden van het hedendaagse cultuurmanagement. Het verliest niets van zijn eerbiedwaardigheid maar het gaat verloren in zijn eigen tijd.
Het tijdschrift wekt de indruk van een voorbeeldige administratie met een permanent overwerkt (redactie)secretariaat. Alles is er, als u er maar komt naar vragen. Alleen ‘gebeurt’ er niets. Met andere woorden, het nieuwste nummer komt terecht in de puurste privacy van de individuele lectuur, maar begint geen tweede leven op het forum van de openbaarheid waar anderen dan insiders elkaar leren kennen vanuit hun literaire belangstelling. Op termijn wordt deze gang van zaken afgestraft en dat is jammer. Waarom zou de uitgever nog poëzie publiceren? Waarom zou de boekhandelaar het literaire tijdschrift een acceptabele plaats aanbieden? Waarom zouden er economische voorwaarden worden gecreëerd voor literaire auteurs en vertalers die aan de tijdschriften bijdragen?
Nog steeds slepen de literaire tijdschriften hun historische ontstaansgeschiedenis achter zich aan als een ideologische zuil die tot geklasseerd monument werd verheven. Dit is grotesk omdat intussen de aard van de ideologische tegenstellingen zich heeft gewijzigd en eindelijk plaats heeft gemaakt voor de discussie over de verschillende literatuuropvattingen. Dat men dit eigentijds debat evenwel vergeet te voeren, is niet te rechtvaardigen. Of is de sociologische functie van de literatuur al ruimschoots vervuld met het geroddel en de nieuwtjes uit het wereldje?
De Brakke Hond en Yang hebben rubrieken met controversiële meningen. Ze worden gelezen, maar hoe groot is de sociale relevantie en het cultureel belang om de auteurs van antwoord te dienen? De redacties van zowel Dietsche Warande & Belfort als De Vlaamse Gids werden onlangs ernstig gewijzigd. Yang opende zijn