Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 123(1978)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 422] [p. 422] Jozef Deleu / Nooit was je mij zo ver... Nooit was je mij zo ver zo ontoegankelijk als vandaag al lig je levend warm nog in de zwarte arm van de nacht al ben je nu aanwezig als ik het wens maar ik wens het niet meer. Er is de afstand van de jaren veertig lentes weggesneden zijn uit de warme weekheid van je buik veertig zomers zonder bloemen van bemoedering veertig herfsten zonder woorden van bemoediging winter altijd. Nooit was je mij zo ver zo niet te noemen zonder pijn zo bijna nooit aanwezig meer en dat verslijt wel nooit al legt het nieuwe jaar zich overmoedig op het oude neer je wrede vrees voor dwaze tederheden blijft het grote zeer. [pagina 423] [p. 423] Dit is geen achterhaald verhaal de dingen leven gister is vandaag het koude stijfgestreken laken ligt op het strakke kinderbedje klaar ik lig er bleek en nauwelijks levend zegt men aangedaan te staren en te luisteren naar geluiden uit de keuken en de stallen. Nooit was je mij zo ver zo ontoespreekbaar in het wachten op de nacht en op de dromen op de nooit gesproken zoete woorden op de zalige verhalen het antwoord op de nutteloze vragen de harteklop der wezenloze dingen het toverwoord voor kleine stervelingen. Nog staat de bleke knaap verwachtend op de gang te dralen er is geen antwoord en geen toeverlaat er is alleen de monotone maat van het onafwendbaar leven van het groeiend groot verdriet want alles komt te laat en groter wijsheid is er niet. Vorige Volgende