[Dietsche Warande & Belfort 117e Jaargang Nummer 4 maart-april 1972]
In memoriam Jan Engelman
Op 20 maart overleed te Amsterdam op tweeënzeventigjarige leeftijd onze mederedacteur Jan Engelman.
Zijn redacteurschap van Dietsche Warande en Belfort tekende de belangstelling die hij van jongsaf had voor de beschaving der zuidelijke Nederlanden: voor de kunst der Vlaamse Primitieven en van de Vlaamse Barok, de prozakunst van Streuvels, de poëzie van Gezelle, Van de Woestijne en Van Ostaijen. Overeenkomstig de traditie van Jozef Alberdingk Thijm weigerde Engelman de Nederlandse beschaving te vereenzelvigen met die van het protestants-liberale Holland en streefde hij naar wat hij eens het herstel noemde van de zonnige en vurige waarden die het Noorden verloor sinds de Bourgondische landen werden gescheiden. Overeenkomstig de traditie van Thijm ook was schoonheid voor hem de harmonische levensvorm van individu en gemeenschap. Onder zijn leiding werd in 1924 te Utrecht De Gemeenschap opgericht, het ‘maandschrift voor katholieke reconstructie’, dat op zo overtuigende wijze het artistieke vermogen van de katholieke jongeren uit het Noorden demonstreerde. Van Ostaijen signaleerde onmiddellijk de betekenis hiervan. Hij prees deze jonge katholieken omdat zij onder de Hollandse dichters de ‘exaltatie’ als poëtisch materiaal heroverd hadden. In het toenmalige Nederland zou niemand dat materiaal zo verrukkelijk laten klinken als de dichter van de cantilene Vera Janacopoulos.
Bij zijn toetreden tot de redactie van ons tijdschrift in 1935 - hij was toen vooral befaamd als dichter van de Tuin van Eros - had zich in de groep rond De Gemeenschap reeds de scheiding der geesten voltrokken, waar de van ‘heil’ en onheil vervulde tijd steeds dringender om zou vragen. Met Van Duinkerken was Engelman onder de katholieke jongeren de verdediger van de humane en christelijke waarden van de westerse beschaving, toen deze zich met het nationaal-socialisme geconfronteerd zag in een strijd op leven en dood. Zijn toetreden tot de redactie van ons tijdschrift accentueerde behalve zijn grootnederlandse opvatting van onze cultuur ook zijn verbondenheid met de christelijk-humanistische traditie in de Vlaamse letteren.
In latere jaren verdiepte hij zich meer en meer in de eigen wereld van de