Film in Sjansa
De walging van de onmacht en de afkeer voor de gruweldaden die in de hotelbioscoop worden getoond, veroorzaken een akelige stilte tijdens de documentaires over Viëtnam.
Achter mijn rug vertaalt de tolk zeer hees de woorden van de commentator. Wanneer het licht wordt, tijdens de pauze, voel ik duizenden ogen die me rekenschap vragen.
De gids leidt me naar een salon, het is een oase.
‘Wat ik daarvan denk?’
‘Mijn brein is verziekt van de gewelddaden. In Europa werden zes miljoen joden vergast.’
Of mijn volk weet dat er vrouwen en kinderen worden verminkt, verbrand en gedood onder de imperialistische napalmbommen? Had ik al iets over de biochemische oorlog gehoord? Had ik dergelijke beelden reeds vroeger gezien? Varkens, verteerd door de zweren zien kreperen in de modder? Eendjes, met de zwemvliezen hoog in de lucht zien drijven tussen de verkankerde lotusbloemen? Kale bomen zien treuren om de ziekte van hun bladeren? Worden die filmen in België getoond?
‘Het zijn zeer recente films’, zei ik. Nu poog ik mijn handen te wassen in de nationale onschuld en onze geografische positie te gebruiken als een alibi maar één van hen heeft onze soldaten in actie gezien in Korea.
‘En zijn wij niet de poort van de Verenigde Staten in Europa?’
‘U moet mijn land niet overschatten’ zeg ik.
‘Is er niemand bij u die de stem durft te verheffen om die wetenschappelijke barbaarsheid aan te klagen?’
Ik denk, het heeft geen zin. De groene jasmijnthee smaakt niet meer.
In de geschiedenis van de mensheid zijn alle oorlogen even gruwelijk geweest en nog nooit is er een wapen in het arsenaal geborgen zolang het bruikbaar was. In de moerassen en de jungle van Viëtnam vechten de Amerikanen in onmogelijke omstandigheden waar ze geen overwinning met de wapens kunnen afdwingen. Daarom veranderen hun geleerden het terrein tot een overzichtelijke woestenij. Over de graad van criminaliteit van een