rusvluchten boven aardse velden van het oude Europa en het nieuwe Amerika, waaruit hij stoïcijns en eenzaam heerlijke, maar geschonden herinneringen opriep.
Zijn rechtgeaardheid, zijn moed en overgave des harten bleef hij voort beoefenen, maar met al de pudeur van de spot - Franciscus had hij eens als ‘banaan van zoete vergiffenis’ gehuldigd. God, voor wie zijn hart een leeg graf geworden was, vergaf hij niet. Hij sprak er alleen nog over met uitdagende wrok.
Charles du Bos bepaalde de mens als een wezen, dat in staat is uit God te zijn. Ik meen dat iedere godsidee veel ruimer is, dan de beste idee die men zich van de mens kan vormen. Het voldoet mij niet, dat de mens de maat van de mens zou zijn. Zijn grenzen en mogelijkheden, zelfs op hun ruimst, zijn daartoe te gering. Hij kan niet het middelpunt zijn van het heelal. Daarvoor bestrijkt hij een te klein randgebied van al wat de eindeloosheid omvat. Ook buiten hem moeten er spirituele waarden bestaan van dezelfde orde als intelligentie, dapperheid, liefde, berouw, offervaardigheid, zin voor gerechtigheid, die, over de dode stof heen, veel natuurlijke wreedheid breidelen en die op geluk en leven gericht zijn. Laat op andere planeten bewuste wezens bestaan, die zo vrij als wij rond zich afschuwelijkheid en verwarring hebben gezaaid. Op onze algemene noemer gebracht zou het beduiden, dat hun leven eens wordt gedeeld door een wezen als zij zelf, dat hun het equivalent voorhoudt van een universele boodschap. Wij hebben zo'n boodschap gekregen van iemand, die zich op een afstamming uit de hoogste orde beriep, om met iedere belevenis en ieder woord, zo diep als eenvoudig, in onze passies en onze samenleving telkens naar een herstel van een verstoorde harmonie te streven. Van de agnosticus Alain is de erkenning, die mij zo behaagt: het christendom vestigde de revolutionaire waarheid, dat alle mensen tot dezelfde essentie behoren, dat allen gelijk zijn, dat iedereen deel heeft aan een individueel en universeel geweten, dat voor kwaad en wreedheid nergens een kiem in het evangelie ligt, maar wel in de mens, die haar van nature uit koestert.
Ik blik terug op een nooit verbroken verstandhouding met intiemen, die hun warmhartige levensliefde en rechtgeaardheid in een humanistische erecode vonden. Onze schoonste ervaring is, dat wij eikaars overtuiging, twijfel of verworvenheid hebben geëerbiedigd zonder er onze vriendschap door te laten aantasten. Het is ijdel van het kenbare of de mysteries iets