Christine D'haen
Vernieuwing en kwaliteit
Op de vragen die U stelt, zou men alleen een goed antwoord kunnen geven, indien men de stijlrichtingen van onze tijd en hun oorsprong bestudeerd had. Deze studie heb ik niet gedaan, en ik kan dus alleen antwoorden met opinies.
Ik hoor niet graag spreken over vernieuwing. Die term suggereert bij mij de sensatielust die in onze tijd door reclame en journalistiek zo geprikkeld wordt. Ik denk dat een groot schrijver twee dingen wenst: schrijven zo goed als de grote schrijvers die hij bewondert, en iets maken dat iets toevoegt aan het schone dat al bestaat. Dat een groot schrijver zal vernieuwen is vanzelfsprekend. Hij wil iets nieuws maken, maar hij is er niet op uit te vernieuwen.
Wanneer een kunstenaar denkt aan het werk dat hij zal maken, dan denkt hij niet aan de inhoud alleen, noch aan de vorm alleen, maar aan de eenheid van wat hij wil zeggen en hoe hij het wil zeggen. In een kunstwerk zijn die twee dingen onafscheidelijk één, vermits men het wat maar zegt dóór het hoe. De experimentelen denken aan de techniek alleen. Ze doen hetzelfde als Dautzenberg, die makamen en ghazelen maakte maar niets te zeggen had. Wanneer de experimentelen zeggen dat ze vernieuwen, wijst dat op een te groot bewustzijn van de techniek, op een onevenwichtigheid in het kunstwerk.
Die grotere aandacht voor de vorm alleen kan noodzakelijk zijn en onvermijdbaar op een zeker ogenblik in de geschiedenis, als het oude dood is. Die grote revolutie is er geweest juist vóór, tijdens en juist nà de eerste wereldoorlog. Het is toen dat de abstracte kunst, het cubisme, de atonale en dodecafonische muziek, het dadaïsme, het surrealisme, het futurisme opgekomen zijn. De huidige experimentelen herhalen in den treure wat toen gepresteerd werd. Hun richting is een halve eeuw oud. Zij zijn een eindpunt. Bovendien hebben telkens de eigenlijk grootste kunstenaars ietwat naast die strevingen geleefd.
Wat de experimentele literatuur betreft, is het hoogtepunt bereikt door James Joyce met Ulysses (1934) en Finnegans Wake. Nooit is iemand verder gegaan, en ik denk ook niet dat iemand verder kan gaan. Ulysses en Finnegans Wake zijn de twee epossen van de nieuwe