Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 107
(1962)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 643]
| |
Maria Pas
| |
[pagina 644]
| |
Albert Speeckaert c.ss.r.
| |
[pagina 645]
| |
Willy Spillebeen
| |
Piet Thomas
| |
[pagina 646]
| |
De derde heette aandacht
en woonde aan gevouwen handen.
De vierde pleegde verraad.
Ze liet al haar vrienden in steek.
De vijfde naaide geheimen dicht
en bewaarde haar geld in een kous.
De zesde vond de woede uit
en wou geen vinger verleggen.
De zevende zocht een plaats bij het raam.
Zij was de schoonste van allen.
| |
Jos Vandeloo
| |
[pagina 647]
| |
door de helle verkeerslichten
door de kleurklank der dagen
macht van het mana
dwars doorheen drijvende mensen
en eens boven de daken
zal ik je minzaam groeten
de glimlach van een vlinder.
| |
Piet Vandeloo
| |
Jan Vanhaelen
| |
[pagina 648]
| |
de rode generaal
van de oorlog
de blauwe generaal
van de nood
en ook nog
de zwarte generaal
van de dood
zoveel generaals lopen in een rij
maar ik ben er niet bij.
| |
P. Max van LeeuwenJunilicht hangt
in de kamer
laag en een kind
klopt met een hamer
tegen de plint.
De wereld buiten
hangt heet
van opzet
en verraderlijk zweet
gerucht door
het venster te snuiten.
Een ruk van de wind
scheurt zon door,
het venster schudt
een schijf wereld
op glas. Het kind verloor
de hamer
en tegen de kamerdeur
is het ingedut.
Het deert de pijlen
niet die blijven
breken in het tover-
bos van behang
| |
[pagina 649]
| |
en samendrijven
tussen het lover
aan de wand van de gang.
Het leven vliedt
met trage sprong
en vangt de zucht
uit de dag.
Aan een ongekende wrong
van liefde geniet
het kind een glimlach
alsof iemand het kust.
| |
Andre Vansteyvoort
| |
[pagina 650]
| |
Nic Verlo
|
|