Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 98

[p. 125]

De laatste ronde

Literair tijdschrift voor studenten

Enkele Hollandse studenten hebben op 22 November j.l. na heel wat labeur in gunstige omstandigheden het leven geschonken aan een welgeschapen eerstgeborene, Minerva genaamd. Dit verheugende bericht wordt ons uit Leiden geseind, en wanneer dan ter verduidelijking gezegd wordt dat het hier een ‘interacademiaal Literair tijdschrift’ geldt, zie ik ook bij de Vlaamse studenten de aandacht voor dit geboorte-verschijnsel zeer gespannen.

Minerva zal alleen werk van studenten bevatten en staan onder een redactieraad van studerenden. Het eerste nummer bevat een paar aardige gedichten en een goed prozaverhaal.

Voorlopig is het tijdschrift nog uitsluitend-Hollands maar de redactie heeft beslist Grootnederlandse ambities (in culturele zin) en zal welhaast met enkele Vlaamse studenten worden uitgebreid. Laten wij de studenten uit het Noorden om die ruime visie gelukwensen en hopen dat zij er in slagen met een nog samen te stellen Vlaamse redactie in vriendschappelijke geest samen te werken. Vlaamse studenten die zich aan het initiatief interesseren kunnen zich inmiddels in verbinding stellen met dhr J.R. Hellemans, Tervuurse Straat, 58 te Leuven, vertegenwoordiger voor Vlaanderen.

Geen levensstaat is voorlopiger en labieler dan die van de student, en geen is zo rijk aan broze voornemens en eendagsdromen; laten wij niettemin, of liever daarom, Minerva een lang en vruchtbaar leven toewensen.

Karel van de Woestijne in het Duits

De Bibliotheca Flandrica, uitgegeven bij Diederichs te Düsseldorf, werd verrijkt door een omvangrijke keuze van Karel Van de Woestijne's verzen in de vertaling van Heinz Graef. De Vlaamse letterkunde telt op dit ogenblik enkele kundige en trouwe vertalers in Duitsland, maar Graef behoort zeker tot de meest verfijnde en kunstzinnige onder hen Hij heeft smaak voor de hoge en rijke kunstverschijnselen in ons land, bij voorkeur voor Gezelle en Van de Woestijne. Reeds vroeger heeft hij zich verdienstelijk gemaakt door het vertalen van Vlaamse lyriek en hij deed dat met een waarachtig-dichterlijk talent. De V.d.W.-vertaling die hij thans uitgeeft is een keuze uit heel het lyrisch werk van de dichter, die 130 blz. beslaat. Ze geeft blijk van meesterschap in de vertaalkunst en bovendien van zeer grondig begrip van onze dichter. Elke vertaling, vooral van poëzie, is een verraad, wij weten het; maar Graef heeft zó lang en intiem met Van de Woestijne geleefd, en zó hartstochtelijk geworsteld met de taal om hem volledig te vangen, dat zijn vertaling wel als een maximum van getrouwheid en van vertaalde verskunst mag beschouwd worden.

ALB. W.

Onze enquête over romanlectuur

Door ongunstige omstandigheden is onze Redactie niet klaar gekomen met het opstellen van het verslag over onze enquête, die zeer talrijke en boeiende antwoorden opleverde. Het verslag komt in volgend nummer.