Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 98
(1953)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 33]
| |
Dirk Benedic
| |
[pagina 34]
| |
het niet dat ik vreesde contradictorische begrippen te moeten gebruiken zou ik hem kortweg als een ‘humanistisch communist’ durven bepalen. Laten we hem echter zelf aan het woord: ‘Je ne suis pas communiste. Je ne participe donc pas aux discussions à l'intérieur du parti.’Ga naar voetnoot(1). Maar, met een allusie op de Dreyfus-affaire: ‘... je dirai que ma position à l'égard du communisme est comparable à celle qu'un patriote honnête eût pu avoir en 1895 à l'égard de l'armée française: l'admirant et la respectant, sans toutefois accepter d'appuyer les erreurs, voire les crimes, de certains de ses chefs.’Ga naar voetnoot(2). En verder nog: ‘Je dirai de même aujourd'hui: J'aime l'humanité pardessus tout, la France parce qu'elle en incarne la destinée depuis cent cinquante ans, le parti communiste parce qu'il est le seul, à mes yeux, à vouloir et pouvoir, dans les présentes conjonctures du monde, réaliser cette destinée, - à promettre à l'homme sa libération. Tant qu'il n'abandonnera pas ces fins admirables, on ne me verra jamais parmi ses ennemis, ses adversaires, ni même ceux qui par une action parallèle risquent (fût-ce sans le vouloir) de le diviser, donc de l'affaiblir. Si un jour il est attaqué, c'est dans ses rangs que je me battrai. Mais s'il arrive qu'en son nom l'on commette une erreur, un crime ou simplement un mensonge, c'est mon amour même pour l'humanité et mon respect même pour ce parti qui l'incarne, qui me feront dénoncer ces fautes sans réserve.’Ga naar voetnoot(3) Met andere woorden, Vercors staat tegenover het communisme als een huisvader die, naar 't klassieke bijbelse recept, de paedagogische roede niet zal sparen voor zijn telg. Toegeven dat er fouten zijn noopt ons tot de vraag welke die fouten zijn en wat er de oorzaak van is. Volgens Vercors is de wereld verdeeld in twee tegenstrijdige kampen. Het ene kamp huldigt het principe van de éne en ondeelbare moraal die imperatief voor alle omstandigheden geldt (de conservatieve opvatting). Het andere kamp is de mening toegedaan, de revolutionnaire, dat de moraal afhankelijk is van de sociale toestand van het individu. Het conservatieve blok echter is niet hecht meer, er heerst verdeeldheid, er is een rechter- en een linkervleugel, er zijn actieve en passieve moralisten. De actieve moralisten zijn diegenen die bereid zijn de traditionele moraal te verdedigen met alle mogelijke middelen, en wel omdat ze menen dat ze van goddelijke oorsprong is, ofwel omdat ze er zich van bewust zijn dat ze het enige geschikte geestelijke wapen vormt om de huidige op eigenbelang afgestemde samenleving met succes te verdedigen. De tweede vleugel wordt gevormd door hen die toegeven dat de imperatieve moraal in de grond | |
[pagina 35]
| |
de sterkeren bevoordeelt tegenover de zwakkeren, de bedeelden tegenover de misdeelden. Desalniettemin houden ze er zich ook nog aan vast, bij gebrek aan iets beters accoord, maar vooral omdat een vast moreel fundament hen toch nog veiliger lijkt dan een elastisch, ongecodifieerd en conjunctureel geweten. Ziedaar het schema dat Vercors uitstippelt. Onmiddellijk rijst de vraag: Past hij er zelf in? Ik aarzel om hierop een onomwonden antwoord te geven, want ondanks zijn communistische sympathieën is hij volgens mij geen voorstander der revolutionnaire opvatting die de moraal integraal in functie stelt der sociaal-economische factoren. Langs de ene kant zegt hij: ‘Comme je soutiens qu'il existe une morale à fondement absolu et suis un partisan de cette morale en politique...’Ga naar voetnoot(1), langs de andere kant daarentegen is hij wel geneigd de oude schoenen weg te werpen, maar niet vooraleer hij er een paar nieuwe gevonden heeft: ‘... il me semble que de progresser pas à pas, de ne lâcher comme fait l'alpiniste un point d'appui que quand on s'est assuré de la présence et de la solidité du suivant, est un minimum de sagesse auquel nous devons pour longtemps encore nous tenir.’Ga naar voetnoot(2) Een tamelijk verwarrende houding dus, waarin ik geen licht zie, daar de twee opvattingen onverenigbaar zijn in de marxistische denkwijze. Tenzij, en ik vlei me met de hoop Vercors' gedachtengang zo na mogelijk te volgen, tenzij hij wel accoord is met het einddoel (en dit staat onomstootbaar vast) maar zich niet kan neerleggen bij de methodes waarmee de partij dit doel tracht te bereiken, waardoor zijn probleem wel gelijkenis begint te vertonen met Koestler's Roubachof in ‘Darkness at Noon’. En ik geloof wel het cruciale punt van zijn uiteenzetting aan te raken wanneer ik beweer dat Vercors gekant is tegen iedere vorm van Machiavelisme, dat volgens hem onvermijdelijk tot de ondergang moet leiden. Zijn doel is de ‘sanering’ der gebruikte methodes, het middel daartoe is het eeuwige waarheidsgebod. Maar hierdoor komt hij, het kan niet anders, in botsing met de partijpolitiek. Ziehier wat Victor Leduc hem antwoordde in de tamelijk scherpe polemiek die volgde op de publicatie van zijn studie. ‘Vercors croit avoir trouvé un de ces préceptes éternels dans l'interdiction absolue, irréductible, du mensonge. Pourtant, il lui faut admettre qu'il eût considéré lui-même comme un devoir de mentir, par exemple à la Gestapo. Il dira que c'est qu'il eût alors trouvé une raison morale à mentir pour combattre une oppression elle-même basée sur la violence et le mensonge. C'est précisément ce que nous disons: nous reconnaissons le rôle fondamental de la violence dans l'Histoire, en nous ne croyons pas possible d'atteindre le but que nous poursuivons - l'émancipation des masses populaires - en subordonnant notre politique aux commandements d'une morale qui va comme un gant à un ordre social fondé sur l'exploitation du travail’Ga naar voetnoot(3). | |
[pagina 36]
| |
Een opvatting zoals een andere, maar een straatje zonder eind en zonder hoop op een einde indien de partijen halsstarrig op hun standpunt blijven. En Vercors blijft op het zijne. Samengevat (en dus verminkt, ik geef er me rekenschap van) luidt zijn motivering ongeveer als volgt. Een samenleving waarin de leugen niet meer als laakbaar beschouwd wordt, is niet denkbaar. Indien we iemand kunnen vertrouwen en we a priori genoopt worden te twijfelen aan de gezegden en de daden van anderen, blijft er ons slechts een alternatief om te kunnen voortbestaan, de anderen onderwerpen of ze elimineren. Hetzelfde in een maatschappij waar het volk om de tuin geleid wordt om zijn bestwil, want indien ik eenmaal bedrogen wordt hoe kan ik dan weten sinds wanneer men mij bedriegt en tot waar men mij nog verder zal bedriegen... Hoe kan ik dan weten of men het goed voor heeft met mij, of dat het slechts de macht is die men beoogt? Waar is het begin, waar is het einde? De bewering dat ‘het doel de middelen heiligt’ is dan ook fundamenteel vals, omdat de middelen tenslotte het doel zullen besmetten. Om te besluiten, er is slechts één uitweg: het waarheidsgebod, en de radicale veroordeling van iedere vorm van Machiavelisme. Dit, gekoppeld aan de herwaardering van het begrip ‘mens’ door zijn individuele concretisering uit de vormloze anonimiteit der massa, is de essentiële voorwaarde voor het instandhouden van een normale samenleving. Ik noemde Vercors een ‘humanistisch communist’ en gaf mezelf rekenschap van de ongerijmdheid dezer bepaling. Communist is hij zeker, in die zin dat hij gelooft dat de huidige maatschappij teert op de uitbuiting van de arbeid en dat hij hoopt op de uiteindelijke emancipatie van het proletariaat. Humanist durfde ik hem noemen omdat hij nog hecht aan ‘oude’ morele waarden en op een constructieve manier ten strijde durft trekken tegen het dogma, dat dan toch taboe is voor ieder orthodox marxist, maar vooral omdat hij in de balans van offers en doel, de verknechting en de geestelijke mechanisering van het individu te zwaar vindt tegenover het ideaal der uiteindelijke collectivistische gemeenschap. Zodat zijn problematiek eens te meer te herleiden is tot een keuze tussen middel en doel. Hij wil een wegwijzer zijn. De vraag blijft: Wat zal hij doen indien men zijn signalen negeert? |
|