Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 95(1950)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 471] [p. 471] Jan Elemans Maan achter Overlangel Haar linkerarm ligt om mijn middel heen, ik deel haar broederlijk mijn warme jas en zwijg en houd met haar gelijke pas: in liefde weet men zich het diepst alleen. Ik zoek naar woorden, maar ik vind er geen en voel me klein onder de canada's, de nachtwind roert diep in het struikgewas, haar hand ligt in de mijne, koud als steen. Een ster verschiet en achter Overlangel stijgt uit het loofbos met gebolde wangen de kommerloze, hongerige maan. Voorbij Andromeda sterft elk verlangen, het Lied der Hemelen heeft ons bevangen, elk is een ster, elk heeft zijn eigen baan. Vorige Volgende