Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 94
(1949)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 293]
| |
KroniekenKroniek der Engelse letteren
| |
[pagina 294]
| |
wel wijzen ze, doordat hij juist die aspecten van onze moderne beschaving aanvalt welke óók, en vooral, aan een katholiek zullen aanstoot geven, naar de levenshouding van de auteur; maar toch geloof ik niet dat iemand met zekerheid uit de satirische werken alleen zou kunnen opmaken dat Waugh katholiek is. Daarvoor zijn ze te negatief. Dan volgt Brideshead Revisited. Naar de auteur zelf zegt, is deze roman, in tegenstelling tot de andere, ‘not meant to be funny’Ga naar voetnoot(1). Het algemeen thema is terzelfdertijd ‘romantisch en eschatologisch’. Het is ‘an attempt to trace the workings of the divine purpose in a pagan world, in the lives of an English Catholic family, half-paganized themselves, in the world of 1923-1939’Ga naar voetnoot(2). Het is spijtig dat deze groots-opgezette roman met een zo interessant thema minder geslaagd is, hoewel hij vele van de kwaliteiten bezit die we in de andere werken terugvinden. De inkeer van de beide hoofdkarakters Julia Flyte en Captain Charles Ryder (in de laatste bladzijden!’ was te plots, te weinig verantwoord door wat voorafging. Het is hier niet de plaats om in detail de oorzaken van de gedeeltelijke mislukking te analyseren, maar, wat er ook van zij, ook Evelyn Waugh schijnt ingezien te hebben dat hij op een verkeerd spoor was. Hij is in elk geval in zijn volgende werken teruggekeerd naar de bijtende spot, waarin hij zich in zijn eerste romans zo'n meester had getoond. En ik kan het hem niet kwalijk nemen. Sheila Kay-Smith vertelt ergens dat ze eens aan een Bisschop vroeg wat volgens hem een goede katholieke roman was. Hij antwoordde zonder aarzelen dat de beste katholieke roman die hij ooit gelezen had Waugh's A Handful of Dust was, omdat hij zo'n pregnante voorstelling geeft van mensen-zonder-God. En inderdaad, daarin munt Evelyn Waugh juist uit. In Brideshead Revisited heeft hij de gedurige onontkoombare aanwezigheid van God in bepaalde mensenlevens willen uitbeelden en in dat opzicht is het boek te vergelijken met Francis Thompson's The Hound of Heaven. In de satirische romans van vóór en na Brideshead Revisited tracht hij ons aan God te herinneren door zijn afwezigheid te doen aanvoelen als een schrijnende nood en hier neemt hij het standpunt van T.S. Eliot's The Waste Land in. Beide voorstellingswijzen van God, als aanwezigheid of als afwezigheid, zijn te verantwoorden en elk auteur heeft het recht die manier te kiezen welke hem best past.
***
Scoop, Put Out More Flags en The Loved One behoren, zoals gezegd, tot Waugh's satirische romans. De eerste speelt zich grotendeels af in een fictieve Oostafrikaanse staat Ishmaelia, midden een warboel van politieke intriges. Zowel communisten als nazi's willen de bestaande regering omverwerpen en vervangen door een dicta | |
[pagina 295]
| |
tuur om controle over de rijke mijnen te bekomen. De communistische coup gelukt, maar wordt spoedig ongedaan gemaakt door een mysterieuze financier die de vroegere regering herstelt. De hoofdpersoon is echter William Boot, een obscure dagbladschrijver, die bij vergissing als speciaal correspondent naar Ishmaelia wordt gezonden. Deze reporter tegen wil en dank is, zonder het zelf te weten, een leger van correspondenten (uitgerust met schrijfmachines, camera's, filmapparaten en al de paraphernalia van de moderne nieuwtjesjager!) te vlug af om sensationele artikels over de ontwikkeling van de crisis naar zijn blad te zenden en als een held keert hij naar Engeland terug. Hij is zijn korte, maar schitterende, loopbaan als speciaal correspondent echter reeds beu en verkiest zijn rustig buitengoed boven de contracten en eerbetuigingen die men hem aanbiedt. William Boot is de goedhartige, onschuldige sukkel die in de gecompliceerde moderne wereld verloren loopt en, voor een tijd althans, volledig door de omstandigheden wordt meegesleept. Als zodanig doet hij denken aan de hulpeloze, kinderlijke Paul Pennyfeather van Decline and Fall. In Scoop valt Waugh, naast andere dwaasheden, vooral het ‘veel leven om niets’ van de moderne dagbladwereld aan en als hij iets aanvalt dan schiet er maar weinig of niets meer van over. De beschrijvingen van de tempel van het dagbladwezen, met Lord Copper als ‘Pontifex Maximus’ op de troon, zijn telkens even geestig als raak. Scoop is echter niet een diep werk. Daarvoor is wat het bestrijdt niet fundamenteel genoeg. Het is te fantastisch, te irreëel, te gek zonder meer. Het is echter geschreven met het brio, dat Waugh eigen is en het sleept ons mee van de ene grappige situatie naar de andere.
***
De satirische toon van Put Out More Flags is iets minder bitter. De achtergrond van dit boek is Engeland tijdens het eerste jaar van de laatste oorlog; de belangrijkste personages zijn de ‘Bright Young People’, mensen met geld en zonder scrupules, waarmee we vooral in Vile Bodies en A Handful of Dust reeds kennismaakten. Ook Basil Seal, de gewetenloze, maar amusante, jonge schelm, die in Black Mischief elke situatie de baas was, vinden we hier terug als hoofdpersoon. De onzekere atmosfeer van Engeland tijdens het eerste oorlogsjaar, ‘that strangely cosy interlude between peace and war’Ga naar voetnoot(1), heeft Waugh op bewonderenswaardige wijze vastgelegd. Hij laat iemand de toestand samenvatten met de volgende woorden: ‘One takes one's gas-mask to one's office but not to one 's club’Ga naar voetnoot(2). Uiterlijk is het wel oorlog en er wordt genoeg over gesproken, maar de harten van de mensen (ten minste van de hogere klassen) zijn | |
[pagina 296]
| |
nog onaangeroerd. Basil Seal is nog steeds de nonchalante nietdeug. Nu heeft hij een drietal onverdraaglijke evacué's opgevist, die hij bij verschillende families zolang inkwartiert tot ze de drie bengels zo moe zijn dat ze Basil graag een flinke som betalen indien hij ze weer wegneemt. En dat is zijn enige ‘beproeving’. Dit boek is al even pretentieloos als Scoop. Waugh was zozeer aan de ‘Bright Young People’ van zijn vroegere romans gehecht dat hij niet kon nalaten hen ook eens wat van de oorlog te laten meemaken. Dit blijkt uit de interessante opdracht van zijn roman aan Randolph Churchill, waarin hij schrijft: ‘I am afraid that these pages may not be altogether acceptable to your ardent and sanguine nature. They deal, mostly, with a race of ghosts, the survivors of the world we both knew ten years ago, which you have outflown in the empyrean of strenuous politics, but where my imagination still fondly lingers. I find more food for thought in the follies of Basil Seal and Ambrose Silk, than in the sagacity of the higher command. These characters are no longer contemporary in sympathy; they were forgotten even before the war; but they lived on delightfully in holes and corners and, like everyone else, they have been disturbed in their habits by the rough intrusion of current history. Here they are in that odd, dead period before the Churchillian renaissance, which people called at the time the Great Bore War.’ Terloops krijgen we in Put Out More Flags wel eens een kernachtige opmerking die het overwegen waard is, zoals ‘if we hadn't had so much fun perhaps there wouldn't have been any war.’Ga naar voetnoot(1) De Ministeries van Voorlichting, van Oorlog, van Luchtvaart en van de Vloot hebben het natuurlijk erg te verduren: dat spreekt bijna vanzelf in een oorlogsboek. Maar ik kan me toch niet ontdoen van het gevoelen dat dit boek meer had kunnen worden dan het is. Waugh toont aan dat het hele oorlogsgedoe de meeste van zijn karakters koud laat. Alleen op het einde ontstaat al met een keer een verandering in hun leven. Op de allerlaatste bladzijden komt Basil Seal plots tot inkeer. ‘There's a new spirit abroad’, zegt Sir Joseph (op de laatste bladzijde), ‘I see it on every side’Ga naar voetnoot(2). Hoe die nieuwe geest ontstaat, hoe de ‘Bright Young People’, dank zij een ideaal dat hun ledige levens kan vullen en er een zin aan geven, stilaan hun egoïsme overwinnen wordt niet duidelijk gemaakt. Het is hetzelfde zwakke punt dat we in Brideshead Revisited gesignaleerd hebben: een wending die niet alleen onverwacht maar onverantwoord is. Er is verder iets mechanisch in de constructie van dit verhaal. Het bestrijkt juist een jaar en elk van de vier delen omvat precies een seizoen. Elk van de eerste drie paragrafen beschrijft Basil Seal zoals drie vrouwen: Barbara Sothill, zijn zuster, Lady Seal, zijn moeder, en Angela Lyne, zijn maîtresse, hem zien. De vierde paragraaf vat deze impressies samen en besluit met een meer objectieve beschrijving van de hoofd- | |
[pagina 297]
| |
persoon, zoals hij door de schrijver zelf wordt bekeken. Dit alles doet te stijf, te gemaakt aan en dat zijn we van Waugh niet gewoon. Op Put Out More Flags en Brideshead Revisited volgde, zoals gezegd, Scott-King's Modern Europe, een briljante satire van de moderne politiestaat. Het is, schrijft Waugh zelf, ‘a light tale’, tamelijk kort (88 bladzijden), maar actueel en vol geestigheid en humor.
***
In zijn laatste boek, The Loved One, culmineert al het beste dat Waugh ons tot hiertoe gegeven heeft en het is werkelijk een meesterwerkje waarop haast niets af te keuren is. Mgr. Ronald Knox heeft eens verklaard dat geen land groter nood heeft aan satirici dan de Verenigde Staten van Amerika. Het heeft er alle schijn van dat The Loved One de satire is die Amerika, en in 't bizonder dan Hollywood, nodig had. Het verhaal is eenvoudig. Dennis Barlow, lid van een kolonie ontwortelde Engelsen in Hollywood die meer illustere dagen gekend hebben, is te werk gesteld in de ‘Happier Hunting Ground’, een moderne begrafenisonderneming voor lievelingsdiertjes. De zelfmoord van zijn vriend, Sir Francis Hinsley, brengt hem in contact met ‘Whispering Glades’ en met Aimée Thanatogenos. ‘Whispering Glades’ is een ultra-modern rouwbedrijf (voor mensen ditmaal!), in de zin van de ‘Happier Hunting Ground’, maar veel luxueuzer en natuurlijk ook veel duurder. Aimée Thanatogenos is het meisje dat in ‘Whispering Glades’ werkt en op wie Dennis dadelijk verliefd wordt. Zij weifelt echter tussen Dennis en haar ‘boss’, Mr. Joyboy. Tenslotte geeft ze haar hart aan de eerste, maar wanneer ze te weten komt dat deze haar bedriegt, is ze bereid de tweede te huwen. Vóór het echter zover geraakt pleegt ze zelfmoord, daartoe aangezet door de Guru Brahmin, een verstokte dronkaard die voor een populair dagblad als een soort orakel fungeert. Dennis Barlow acht nu het ogenblik gekomen om Hollywood vaarwel te zeggen en maakt zich klaar om naar Europa af te reizen. Deze weergave van de inhoud is unfair tegenover dit geslaagde boek, want hij geeft slechts een flauw idee van wat het ons biedt. Verschillende van Waugh's satirische romans zijn nachtmerries. Scott-King's Modern Europe is er een van de totalitaire staat, Scoop is dat van de wereld der journalistiek. Welnu, The Loved One is een nachtmerrie van Hollywood en van een materialistische wereld in 't algemeen. En ik geloof niet dat G.K. Chesterton in ‘The Everlasting Man’ zou geschreven hebben dat de moderne wereld gekker is dan gelijk welke satire er van, indien hij dat boek had gekend. Nog nooit heb ik een satire gelezen die een ganse beschaving - zij het dan ook een schijncultuur - op een zó effectieve, onweerstaanbare wijze belachelijk maakt. Het is niet alleen een kostelijke comedie, maar ook, voor wie nader toekijkt, een ernstige aanklacht. Want de indruk die we hier van Hollywood krijgen is op zijn minst | |
[pagina 298]
| |
alarmerend. Door een tot het uiterste doorgevoerde standardisering wordt elke individualiteit in de mens gedood. De vrouwen in Amerika zien er allen precies hetzelfde uit en Dennis Barlow kan niet nalaten zich af te vragen of ze soms niet uit plastiek en rubber in massa geproduceerd worden in de fabrieken. Een drang naar het artificiële bederft ook het genot van de simpelste en mooiste dingen. In het grote park van ‘Whispering Glades’ staan bijenkorven waarrond automatisch het gegons van duizenden bijen wordt geïmiteerd. We betrappen in een bloemenwinkel een juffrouw die bezig is een bundel seringen met parfum te besproeien. De diepste gevoelens van de mens worden geprofaneerd en vervormd. Kinderen schijnen in Hollywood niet erg talrijk te zijn maar het verlangen naar moederschap bij vele vrouwen wordt gecompenseerd door troeteldiertjes die verafgood worden alsof ze kinderen waren. Het enige dat de inboorlingen van Hollywood over philosophie schijnen te weten is een aantal termen die ze te pas en te onpas gebruiken zonder er ook maar een jota van te begrijpen. De grote meesterwerken van de Europese kunst worden niet alleen nageaapt maar op drastische wijze ‘verbeterd’ zodat het origineel zelfs niet meer te herkennen valt. Heel het geestelijk leven is aangetast door dezelfde hopeloze oppervlakkigheid en futiliteit. Godsdienst wordt een zuiver commerciële aangelegenheid, een beroep zoals elk ander, een middel om geld te slaan uit de superstities van de ‘gelovigen’. In de ‘Happier Hunting Ground’ worden de dieren begraven of verbrand met authentieke religieuze diensten naar keus (behalve katholieke en Joodse). ‘Liturgy in Hollywood is the concern of the Stage rather than of the Clergy’Ga naar voetnoot(1), zegt de schrijver. Bij elke verjaring van het afsterven van hun hondje ontvangen de eigenaars een kaartje met de woorden: ‘Your little Arthur is thinking of you in heaven today and wagging his tail.’Ga naar voetnoot(2). In zijn beschrijvingen van ‘Whispering Glades’ kon Waugh zijn zin voor het macabere vrije teugel laten en in al hun viezigheid zijn ze het beste bewijs van de totale mislukking van deze materialistische levensopvatting. Want met het probleem van de dood weten ze minst van al raad. Ze zijn voor de dood zo bang dat ze het onmogelijke doen om hem weg te doezelen. In ‘Whispering Glades’ worden de lijken dan ook geschminkt en opgedirkt opdat ze er zo levend mogelijk zouden uitzien. Zo geperfectionneerd is die kunst dat de keuze van gelaatstint en -uitdrukking vrij is. (Mr. Joyboy gebruikt zelfs de aangezichten van de overledenen, die hij, als hoofdschminker, moet behandelen, om zijn gevoelens voor Aimée Thanatogenos uit te drukken!) Hun pogingen hebben echter weinig succes en Dennis Barlow vindt het hoofd van zijn vriend, nadat het door de specialisten van ‘Whispering Glades’ in behandeld, nog veel afzichtelijker dan toen het in de strop hing. De auteur laat Sir Francis Hinsley de hele toestand in Hollywood treffend | |
[pagina 299]
| |
samenvatten met de volgende woorden: ‘Did you see the photograph some time ago in one of the magazines of a dog's head severed from its body, which the Russians are keeping alive for some obscene Muscovite purpose by pumping blood into it from a bottle? It dribbles at the tongue when it smells a cat. That's what all of us are, you know, out here. The studios keep us going with a pump. We are still just capable of a few crude reactions - nothing more. If we ever got disconnected from our bottle, we should simply crumble.’Ga naar voetnoot(1) Heel Hollywood en omgeving wordt voorgesteld als bevolkt door een massa automaten, waarin alle menselijkheid niet is vernietigd, maar verwaterd, geschonden, ontsierd. Waugh toont ons het ontstellende resultaat van zuiver technische vooruitgang gepaard met totale verwaarlozing van de spirituele waarden: opgeslorpt, gedomineerd door de machine wordt de mens in deze machinebeschaving zelf een automaat. In deze fantastische wereld beweegt zich Dennis Barlow, de vertegenwoordiger van ‘European experience’ tegenover ‘American innocence’. Hij komt van een oudere, rijpere beschaving met andere, meer verheven idealen en zijn Europese achtergrond laat hem toe als een nu meer, dan minder onthechte toeschouwer op te treden. Hij schijnt echter een tijd verbijsterd en half onmachtig te staan tegenover de imponerende warboel van filmland. Er zijn vele trekken in hem die aan Basil Seal uit Put Out More Flags herinneren: zijn nonchalante manier van mensen te bedriegen, zijn cynische houding tegenover Aimée, de duivelse poets die hij Mr. Joyboy bakt door er voor te zorgen dat hij elk jaar op de verjaardag van Aimée's afsterven een kaartje toegestuurd krijgt, dat luidt: ‘Your little Aimée is wagging her tail in heaven tonight, thinking of you.’Ga naar voetnoot(2). Hij bezit echter minder initiatief dan Basil. Hij is meer de speelbal van de omstandigheden zoals William Boot in Scoop. Alleen op het einde wordt hij plots meer actief en gebiedend wanneer hij voor de verdwijning van Aimée's lijk zorgt en Mr. Joyboy er toe brengt al zijn spaarcenten, aan hem te overhandigen. Dan ook voelt hij zich sterk genoeg om zich uit de grijparmen van de Hollywoodse poliep los te rukken. Ik heb me bij het lezen van dit boek meermaals afgevraagd of Dennis Barlow autobiographische trekken bezit. Deze jonge Engelsman, die na de laatste oorlog een tijdje in Hollywood verblijft en er uit wegvlucht, verrijkt door al zijn vreemde ervaringen en bezield met een vage drang daarover iets te schrijven (hij zinspeelt hierop herhaalde malen) doet onwillekeurig denken aan Waugh, wiens boek eveneens een weerslag was van de indrukken die hij tijdens zijn bezoek aan Hollywood had opgedaan. Dit alles moet natuurlijk slechts een | |
[pagina 300]
| |
gissing blijven. Het boek zelf biedt te weinig direkte aanduidingen om met zekerheid van autobiographische elementen te kunnen spreken.
***
Waugh's satirische werken zijn geschreven in een taal die scherp is, en koud als staal. Ze geeft juist de schijnbare onverschilligheid weer, waarmee hij zijn onderwerpen behandelt. De pregnante en toch kristalheldere zinnen verraden telkens de echte woordkunstenaar die van precisie houdt en die geen enkel woord verspilt. Hij bezit een bijzondere flair om het komische in een bepaalde situatie te vatten en van zijn karakters schetst hij amusante karikaturen. Zijn fijne spot en meedogenloze hekeling doen aan Swift denken, terwijl zijn ‘esprit’ soms de meest briljante Fransman waardig is. Hij is tegenwoordig beslist de meest markante vertegenwoordiger van het satirische genre in Engeland. Ik wil hem slechts een paar dingen opwerpen, maar ze zijn, meen ik, van belang. Er bestaat een gevaar in zijn satirische romans dat we alleen de komische trekken er van zouden vatten en de ernst van de dwaasheden die hij bespot voorbijzien. Het wordt nog vergroot door de schijnbare nonchalance waarmee Waugh schrijft. Dat dit gevaar niet altijd denkbeeldig is of eenvoudig te wijten aan het gebrek aan doorzicht bij de lezer blijkt uit het feit dat deze romans inderdaad af en toe de onaangename maar onbetwijfelbare indruk geven van ‘spot om de spot’. Zijn satire is op sommige ogenblikken ook te bitter in vergelijking met de gebreken die hij hekelt. Dit zijn tenminste de impressies die ik bij de lezing van sommige werken, zoals Scoop en Put Out More Flags heb gekregen. Gelukkig is dit in The Loved One niet het geval. De reden is misschien - om het paradoxaal uit te drukken - dat in The Loved One humor en satire ernstiger zijn, fundamenteler en daarom ook meer verantwoord. Want, zoals G.K. Chesterton het in ‘The Everlasting Man’ uitdrukte: ‘the ultimate test even of the fantastic is the appropriateness of the inappropriate’Ga naar voetnoot(1). We mogen er zeker van zijn dat dit boek de overdrijvingen bevat die elke satire nodig heeft om haar doel te bereiken. Het is minstens even fantastisch als Scoop, maar niet irreëel. Het geweld van de satire wordt door de dwaasheid van haar slachtoffers en het belang van wat op 't spel staat ten volle gerechtvaardigd. In Scoop viel Waugh meestal futiliteiten aan, de symptomen van de malaise. In The Loved One zoekt hij dieper, naar de kern zelf van de ziekte. Hier hekelt hij meer fundamentele dingen, of liever, een superficialiteit die ook het fundamenteelste in de mens heeft aangetast. Een tweede gebrek van Waugh's satirische romans is het feit dat hij zijn karakters van het Basil Seal-type als te voorspoedig en te sympathiek voorstelt. Zij zijn de gewetenloze, wereldwijze panurgen die de zwakheden van hun | |
[pagina 301]
| |
medemensen uitbuiten, maar in zijn ijver om aldus die zwakheden te bespotten ziet Waugh al te dikwijls de gebreken van Basil Seal en Co. zelf over het hoofd. Dit is vooral in Put Out More Flags het geval. Basil Seal is in werkelijkheid een schurk, maar dat is hoegenaamd niet de indruk die we van hem krijgen. Waugh houdt er zelf te veel van en daarom spaart hij hem steeds. Van deze fout is ook Dennis Barlow niet geheel vrij te pleiten. Het is tenslotte misschien niet onjuist te zeggen dat elke periode de satiricus voortbrengt die ze verdient. Evelyn Waugh is in elk geval een prachtig voorbeeld. Niemand in Engeland heeft zoals hij het ‘vanitas vanitatum’ van de moderne wereld aan de kaak gesteld. Heel zijn satirisch werk is er op gericht het masker van de wereld af te rukken. Volgende generaties zullen misschien objectiever dan wij zijn invloed op onze tijd kunnen appreciëren. Een feit is het dat hij, juist door zijn negatief werk, een positieve kracht is geworden waarmee, in Engeland althans, rekening wordt gehouden. Hij verdient ook hier beter te worden gekend. |
|