Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 93(1948)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 538] [p. 538] Gabriëlle Demedts Ik heb gedaan... Ik heb gedaan of al was als voorheen maar binnenin was de bevreemding groot. Hoe kon het zijn dat jij nu minder scheen of was in werklijkheid de grootheid dood die in mijn ziel met jou was opgegroeid? En waarom vlekte donker nu de mond - de tover van je glimlach uitgebloeid - omdat de tijd je gave tanden schond? Ik schaam mij diep. Ging ooit die sterke macht met deze broze dingen saâm? Ach neen en duizendmaal neen! Zwart als de nacht had jij mogen zijn, doof en kaal meteen als maar dezelfde uit je handdruk sprak... Wie was dezelfde? Bestond die niet meer? Ik zocht nog te schuilen onder het dak van zacht herinn'ren, maar 't stortt'op me neer. Vorige Volgende