Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 93

August Govaers
Vaarwel in Sourdine
(Debutantenprijs van de Poëzie-dagen te Merendree, 1948.)

Sinds 't oude hek gegrendeld werd en alle echo's vluchtten,
en bitterheid de trage uren vult,
vermag mijn denken slechts te stranden in dit groeiend duchten
van 't eeuwig derven en de doem der schuld.

Ach, wellicht zijn in 't speelse zand van uw herinneringen
de vele schone woorden weggevaagd,
want toen uw stappen stierven waar de nachtegalen zingen
had nooit een aarzeling hun regelmaat vertraagd.

Zowaar het vege vuur der sterren huiverend gaat verteren
- geen toverwoord herschept hun broos bestaan -
zo blijf ik, wakend, uw terugkeer vruchteloos bezweren,
en mijn gewin is enkel as en waan.

't Is donker peilen in de tijloos-lome stroom der stilten,
die uur na uur dit lege huis doorglijdt...
Hoe zijgt door bloed en nerven deze mateloze kilte...
Hoe leeft hier nog het rag van uw aanwezigheid!...