Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 92(1947)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 421] [p. 421] Frank Meyland Gestamelde elegie (bekroond met den Prijs der Poëzie-dagen van Merendree, 1947.) Herinnering, gij hebt een wrangen smaak gelijk de bolster rond de zoetste noten. Het is vergeefs: of ik 't verleden raak met mijn gedachtenis en onverdroten den hunker spijs naar wat verloren ging, of 't onverschillig zwijgen houd besloten achter een masker van vertedering -, er blijft een spel van zoeken en van jagen naar 't vluchtend beeld dat ik steeds weêr bezing. Geliefde, ik vind u niet. Er komen dagen dat ik in droom naar al de lijnen tast van uw gelaat, tot zij voor goed vervagen en keren in den tijd, loom en onvast, zoals ik dikwijls in het vroege duister der avondschemering den lichten last van mijn vingren dreef over den luister van uw verrukt en sidderend gelaat, en mond en ogen vond, onder 't gefluister van 't kleine woord dat thans verloren gaat van u tot mij: ‘Geliefde’. Ach, gesloten is ieder droomgebied, en tergend gaat [pagina 422] [p. 422] ten onder wat ik eertijds heb genoten en thans verlangend met mijn dromen raak. Gelijk de bolster rond de zoetste noten, herinnering, hebt gij een wrangen smaak. Vorige Volgende