Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1945
(1945)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 129]
| |
(Slot)A.N. Tolstoj is altijd een zeer vruchtbare schrijver geweest. Vooral gedurende de eerste jaren na zijn terugkeer in Rusland heeft hij veel gepubliceerd. Tolstoj is de schrijver van een twintigtal tooneelstukken, van enkele zeer goede boeken voor kinderen waaronder in de eerste plaats moet worden genoemd ‘Het gouden Paardje of de Avonturen van Boerata’. Het is niet van belang ontbloot hier terloops te vermelden dat Tolstoj het mooie - ietwat verouderde wat taal en verteltrant betreft -, boekje van Collodi ‘De Avonturen van Pinokkio’ heeft herverteld. Daardoor heeft het boekje zoo'n verjongingskuur ondergaan, is het zoo levend en boeiend geworden dat men zou wenschen dat het steeds in dien nieuwen tekst verscheen, onder den dubbelen naam Collodi-Tolstoj. Het is gedurende deze periode dat Tolstoj een heele reeks boeken heeft geschreven van het detectieve en fantastische genre, de boeken van dit laatste genre vooral naar het voorbeeld van Wells en van den Tsjechischen schrijver Karel Tsjapek (vooral naar diens wereldberoemd geworden tooneelstuk over de Robots ‘R.U.R.’). Onder de voornaamste van deze werken moeten we aanstippen ‘Aelita’, ‘De Hyperboloïde van den Ingenieur Garin’, ‘De zeven Dagen waarin de Wereld werd geplunderd’, ‘De Opstand der Machines’. Bijna al deze werken berusten op fantastische uitvindingen en komen meestal tot de conclusie dat, wat de menschen ook mogen verwezenlijken, de grondslagen van het leven steeds dezelfde zullen blijven, steeds zal de mensch door liefde en passie worden gedreven, begeesterd en geleid. ‘Aelita’ is het verhaal van twee mannen die naar de planeet Mars vliegen. De eene wordt er verliefd, de andere begint er onmiddellijk een communistische omwenteling te organiseeren. Daardoor worden beiden in zoo'n gevaar gebracht dat zij ijlings de planeet moeten verlaten vanwaar de mooie Aelita door den ether haar onrustvolle vragen blijft sturen. In ‘De Hyperboloïde van den Igenieur Garin’ wordt verhaald hoe Garin geheimzinnige stralen uitvindt die alles vernietigen. Hij ontdekt aldus een buitenmate | |
[pagina 130]
| |
rijken goudader. Garin wil nu de wereld veroveren, de menschen in twee klassen deelen, patriciërs en geslachtslooze arbeiders. Zijn tegenstrever is Seliga. Deze wil het goud gebruiken om de volledige collectivisatie van de wereld door te drijven wat dan ook geschiedt ten koste van het te ver gedreven, ziekelijk individualisme van Garin. Deze fantastische thema's moeten eerder als een intermezzo in de ontwikkeling van Tolstoj worden beschouwd. Weldra keerde de schrijver terug tot andere onderwerpen. Hij schreef het tweede deel van zijn trilogie: ‘Het jaar 1918’ dat eveneens de Russische revolutie behandelt. In 1926 nochtans was het ongewoon rijke materiaal betreffende deze revolutie nog niet verzameld en het boek draagt er de sporen van: een eenigszins onvolledigen kijk op de gebeurtenissen, de lijdende fasen, sociale weerslagen. Het boek is een soort kroniek. Uit den warboel van de periode voor de revolutie - rol van het geld, jacht op genoegens, mysticisme, intrigues - rijst voor ons de omwenteling. Het Rusland der boeren en arbeiders, primitief maar ongewoon krachtig, richt zich ineens op. In het boek dat op zich (zooals ook ‘De Kruisweg’) een volledig gebeuren, een volledige roman is, treden de uit het eerste deel reeds gekende figuren weer op. En opnieuw is het, in niet als hoofdmotieven behandelde personages, een breed collectief beeld van het grootste, het meest tragische en belovende gebeuren der moderne geschiedenis. | |
IVIs, in de ontwikkeling van den schrijver zijn boek ‘De Kruisweg’ de groote mijlpaal geweest, zijn historische roman ‘Peter I’ (in 1941 bekroond met den Stalinprijs!) zal steeds het werk zijn waaraan de naam van A.N. Tolstoj het innigst zal blijven verbonden. Dit grootsche werk is niet ineens ontstaan. Reeds vroeger en in meer dan één werk was de kunstenaar aangetrokken geweest door de machtige, rijke, dynamische, wilde figuur van Peter den Groote, den tsaar hervormer. Zijn vroeger verschenen novellen ‘De Overstrooming’, ‘De Dag van Peter’ en ‘Steigerend’ behandelen onderwerpen uit de periode en uit het leven van Peter den Groote. De grondslag van deze novellen verschilt echter diep van dezen van ‘Peter I’. In dit laatste werk is alles bonter, breeder, meer levend, meer groote kunst. Wij zien er Peter den Groote én als mensch én als hervormer, revolutionnair, voorlooper van de groote omwenteling der XXe eeuw. De mensch, deze ongebreidelde, primitieve, driftige, wellustige persoonlijkheid van den tsaar, wordt er gezien met de oogen van den kloeken en gezonden kunstenaar van het leven die A.N. Tolstoj was. De bouwer en de vernieuwer wordt er uitgebeeld door den mensch en den schrijver die de omwenteling heeft doorgemaakt, die voor deze omwenteling niet is geschrokken en die in het Rusland van vandaag en in zijn regime strevingen en verwezenlijkingen heeft gezien welke hij, in overtuiging, tot de zijne | |
[pagina 131]
| |
heeft gemaakt. Daarin ligt de uitleg én van den toon van zijn boek ‘Peter I’ én van zijn onvermoeiden arbeid aan de cultuur en de kunst van het moderne Rusland. In den beginne wendden zich de Sovjet schrijvers om zoo te zeggen niet tot historische onderwerpen. Zij leefden geheel en gansch in het opbouwend heden, in de herinnering aan de rijke gebeurtenissen der revolutie. Zij stonden eerder negeerend tegenover het verleden: wij beleven een tijd van Kolchozen, reuzenfabrieken, sociaal ombouwen van den mensch en het leven; terugblikken naar een verleden waartegen de revolutie was gericht, was niets dan een nuttelooze pause. Historische romans waren bijgevolg overbodig. Hoogstens romans over de revoluties van 1905 en 1917. Nu is deze tijd voorbij. De Sovjet cultuur dringt met haar wortels dieper en dieper in het Russisch verleden waar zeer veel wordt gevonden dat aan den nieuwen geest beantwoordt. A.N. Tolstoj heeft aan den historischen roman een nieuw leven geschonken. Dit genre is een der meest vooraanstaande en waardevolste aspecten der Sovjet letteren geworden met talentvolle beoefenaars als Tolstoj, Tynjanov, Olga Forsj. Wat vorm, compositie en waarde betreft, staat de historische roman van Sovjet Rusland over het algemeen veel hooger dan hetgeen waaraan wij gewoon zijn in West Europa waar ons in zake ‘vie romancée’ b.v. zoo vaak wijn van weinig waarde wordt geschonken. Er dient daarbij opgemerkt dat, dit genre wordt gekenmerkt door: historische juistheid, gewetensvolle weergave, afwezigheid van satyre of ironie op geschiedkundige factoren waar velen zich er zouden aan verwachten. In het reusachtig theater van het Roode Leger te Moscou heb ik een voorstelling bijgewoond van het in het Rusland beroemd geworden tooneelstuk ‘Soevorov’. Het stuk geeft, in een reeks machtige tafereelen, de militaire loopbaan van dezen om zijn kunde en persoonlijkheid gekenden veldheer. Het is hier de plaats niet om uit te wijden over den smaak en den kunstzin waarmee te Moskou het tooneel wordt beoefend. Een bijzonderheid wil ik nochtans vermelden. Een tooneel van het stuk speelt zich af in een buitendorp. De geheele bevolking en ook de pope wachten op Soevorov. Het type van den pope had daar gemakkelijk tot caricatuur kunnen worden gedreven. Doch dit was niet het geval. Deze pope was daar op het tooneel zooals hij het in werkelijkheid steeds moet geweest zijn, zonder charge, zonder ironie, net zooals bij ons een dorpspastoor wordt afgebeeld. ‘Peter I’ (Tolstoj schreef eveneens een tooneelstuk ‘Peter I’ en het scenario van den film ‘Peter de Groote’) is een grootsche historische kroniek met een rijkdom van personen, feiten, gebeurtenissen en met een philosophie van de geschiedenis gezien door het prisma der collectivistische en nationalistische strevingen van het Marxisme. Het boek is ook echte geschierkundige documentatie in fijne beelden: het huwelijk van den tsaar, de kleederdrachten, beschrijvingen van zalen en gebouwen enz. enz. Het volk, de bojaren, het hof, de tsaar, alles is er meesterlijk uitgebeeld in hun groote daden en gevoelens, in hun bekrompen kleinigheden, hun verlangens, pas- | |
[pagina 132]
| |
sies, vrees, wildheid en razende koppigheid. Met dit boek is Tolstoj zonder tegenspraak geworden de Russiche schrijver bij uitstek van het eerste kwart eeuw van het nieuwe regime. Enkele jaren voor het uitbreken van den oorlog heeft A.N. Tolstoj een anderen historischen roman uigegeven, ditmaal uit een meer recent tijdperk. Deze historische roman heet ‘Brood’ en behandelt de verdediging van Tsaritsin (het huidige Stalingrad) in 1918/19 tegen de Witte legers. Het boek zet in het bijzonder uiteen de leidende rol door Stalin in dezen strijd gespeeld. In 1918/19, zooals ook in dezen oorlog, hing het lot en de redding van geheel Rusland en, toenmaals, het standhouden van de Bolsjevistische regeering en regime af, van het bezit van deze stad op de Volga. Petrograd en Moskou waren ten ergste bedreigd, liepen gevaar te worden omsingeld; beide steden waren van alle ravitailleering afgesneden. Brood was er niet meer. Het plan der antirevolutionnaire troepen was: te Tsaritsin den ring van de omsingeling om de Roode legers te sluiten. De Volga en Tsaritsin alleen konden de revolutie redden. Daarom werd alles ingezet om het innemen van de stad te vermijden. Het is dank het realistisch redeneeren en handelen, dank de onverbiddelijke tusschenkomst van Stalin dat de stad werd gered. Het is van al deze feiten en van deze geheele periode dat A.N. Tolstoj in ‘Brood’ een breed beeld schildert waarin voor onze oogen verschijnen - vaak in niet gewaand licht - al de gekende figuren uit den aanvang der Russische revolutie van wie de meesten ook in dezen oorlog een leidende rol hebben gespeeld. De critiek buiten Rusland heeft meer dan eens dit boek met onrecht behandeld; men zag er een propaganda-werk in; een toegeven aan de zoogezegde eischen volgens dewelke in de U.S.S.R. een zuiver litterair boek geen kans had op verschijnen. Dit was voor den oorlog de natuurlijke meening van vooringenomen critici. Is het dan mogelijk over den strijd van Tsaritsin te spreken en te handelen zonder met lof te gewagen van de personen die er de leidende rol hebben gespeeld? Is het heden mogelijk te spreken over militaire prestaties van het Roode leger en over de economische, nationalistische en sociale verwezenlijkingen die er de grondslag van zijn, zonder een rechtmatig gevoel van bewondering? Wat de kunstwaarde van ‘Brood’ betreft, kan niet worden gezegd dat het de hoogte, den rijkdom, de techniek en de handigheid van ‘Peter I’ bezit. Toch blijft het een boek dat de belangstelling zal blijven genieten van ieder die de episoden der Russische revolutie nader wil kennen. Alhoewel er tot op heden slechts weinig gegevens over de litteraire productie der laatste vier jaar uit de U.S.S.R. zijn toegekomen, toch werd reeds gemeld dat A.N. Tolstoj in 1942 een nieuw boek ‘Vaderland’ heeft gepubliceerd waarover met veel lof en waardeering wordt gesproken in enkele te korte mededeelingen die ons zijn toegekomen. | |
[pagina 133]
| |
VTolstoj heeft zich in zijn kunstenaarsloopbaan tot doel gesteld: ‘den mensch te kennen zooals hij zich zelf kent’. Dit doel heeft hij in breede mate bereikt. Van den Russichen mensch heeft hij een rijke reeks portretten gegeven alhoewel er in zijn werk geen groot en geen eigenlijk portret van huidigen, nieuwen Sovjet mensch kan worden gevonden (misschien in ‘Vaderland’?). Andere Sovjet schrijvers hebben dien ‘nieuwen’ mensch beter en vollediger uitgebeeld dan Tolstoj dit heeft gedaan. Als echt moderne kunstenaar heeft Tolstoj zich niet in de kunst en in eng kunstleven opgesloten. Hij was een schrijver en een mensch levend en werkend in het woelig bouwen van zijn tijd en van zijn land. Sinds verschillende jaren was hij zelfs lid van den Hoogeren Sovjet geworden, waar hij een rijke bedrijvigheid aan den dag heeft gelegd. De Sovjetletteren hebben in Tolstoj verloren niet alleen den richtinggever, maar tevens een dezer sterke figuren die doorheen de geheele ontwikkeling der Russische gedachte en cultuur regelmatig opduiken. Hij is reeds nu een classicus der Sovjet literatuur en het ware te hopen - de belangstelling voor al wat Russisch, voor al wat Sovjet-Russisch is, voor alles zelfs wat het Panslavisme aanbelangt, groeit in West-Europa met den dag - dat weldra enkele der voornaamste werken van A.N. Tolstoj in vertaling op de boekenmarkt zullen verschijnen. |
|