Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1941(1941)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 462] [p. 462] Liefde en berouw door Louis de Bourbon Van liefde en van berouw komen, om beurt, de stemmen, wanneer ik mijmer, fluistren in den nacht, zij zijn de trouwste en wakkerste gezellen, die waken aan de poorten van mijn hart. Twee rozen, de eene wit, de andre donkerroode, wier dauw mijn dorst verkwikt, wier doorne mij verwondt, wier geur ten leven mij, dooreengemengeld noodde, en 'k weet niet, welk mij streelt en 'k weet niet, welk mij wondt. Liefde, aan zulk een God, aan zooveel liefs versleten, die immer nieuw herrijst en mij herrijzen doet, die zijt mij, zonder maat, met stroomen toegemeten. Berouw, dat neergehaald als balsem in de spleten van het vermorzeld hart, mij troost en schreien doet. Ik heb het bitter-zoet van d'aardsche vrucht gegeten. Vorige Volgende