Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1941(1941)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 415] [p. 415] Het beste van den mensch door Karel Jonckheere Voor mijn hond Tita. Wie is het dier? Ik, die hier teeder tracht te spreken, of gij met uwen blik, waarin meer weemoed staat dan in het schoonste vers, waarin onze oogen breken, omdat in wat muziek het hart der menschen slaat? Ik vind het woord maar niet, dat, tusschen hand en pooten, de diepe weerga biedt van trouw en innigheid. Ik zoek een zoeten klank, waarin ook ligt besloten wat uwe simple ziel uitstraalt aan menschlijkheid. Gij richt u aan mij op en weet maar niet te zeggen hoe jammer gij het vindt, dat wij geen broeders zijn. Heb liever spijt om mij, laat mij mijn voorhoofd leggen aan uwen zachten hals en luister naar mijn pijn: Gij zijt een hond en vraagt alleen wat teeder streelen en soms een blijder woord, wat water en wat brood; de menschen met elkaar hebben niet méér te deelen, want anders gaat hun hart en ook hun lichaam dood. Vorige Volgende