Boekbespreking
Henri Pirenne: Histoire de l'Europe. Des invasions au XVIe siècle. - Alcan, Paris. - Nouvelle Société d'Editions. Bruxelles.
In 1916 werd Prof. Pirenne naar Duitschland, naar Crefeld, en vervolgens naar het Kamp van Holzminden gedeporteerd. Hij richtte er weldra een leergang van economische geschiedenis voor enkele honderden Russische studenten in, en een ander van vaderlandsche geschiedenis voor zijn eigen landgenooten. Met zooveel geestdrift werden ze gevolgd, dat de Duitsche overheid er weldra een gevaar in zag, en ze slechts op allerlei voorwaarden toeliet. Prof. Pirenne werd overigens weldra naar Creuzburg-an-der-Werra, niet ver van Eisenach, overgebracht, waar hem een kamer in het ‘Gasthof Zùm Stern’ aangewezen werd.
Daar begon hij onmiddellijk de bewerking van het boek waarvan hij het plan reeds vóór den oorlog in het hoofd droeg. Geen ander documenten had hij ter zijner beschikking, dan een handboekje gebruikt in de school van Creuzburg. Op 23 Maart 1917 begon hij zijn boek, het werd in één vaart, bijna zonder doorhalingen geschreven. Hij bepaalde zich tot groote algemeene overzichten: economische evolutie, groote politieke en godsdienstige stroomingen, enz. in breede trekken, zoowel voor het Oosten als voor het Westen. Toen de wapenstilstand een einde aan zijn verbanning stelde, was hij geraakt tot het jaar 1550. Veel ander werk nam nu zijn tijd in beslag, en zijn boek bleef onvoltooid. Het komt nu uit zooals het in een geut, tijdens de gevangenschap te Creuzburg geschreven werd; en in zijne sobere oorspronkelijkheid, geeft het een prachtige, buitengewoon sterk geconcentreerde, levendig voorgestelde synthese van Europa's geschiedenis gedurende ruim tien eeuwen. In negen hoofdstukken behandelt schrijver: 1) la fin du monde romain en occident; 2) l'époque carolingienne; 3) l'Europe féodale; 4) la guerre des Investitures et les Croisades; 5) la formation de la bourgeoisie; 6) les débuts des Etats occidentaux; 7) l'hégémonie de la Papauté et de la France en XIIIe siècle; 8) la crise européenne (1399-1459); 9) la Renaissance et la Réforme. Met vasten trek, zonder een woord te veel, met een vaart, die door geen enkel onnoodige uitweiding verlamd wordt, met volle beheersching van zijn stof, schetst hij die groote tafereelen. Menig duister punt wordt klaar onder zijne pen, en niet zelden opent hij nieuwe gezichteinders. Wel komen zijn gedachten hier en daar eenigszins arbitraire voor: wel kan hem verweten worden den rol van Kerk en Pausdom te uitsluitelijk uit een politiek oogpunt te beschouwen; of vinden dat hij Thomas More's figuur heelemaal niet
begrepen heeft; toch moet bekend worden dat hij getracht heeft zijn onderwerp met de grootste objectiviteit te behandelen. Menig merkwaardige bladzijde over Luther en de Hervorming getuigt ervan. Misschien kan ook beweerd worden dat hij, ook in dit boek, te zeer geneigd is in de economische kwestie de bijzonderste drijfveer der volkeren te zoeken. Maar in zijn geheel genomen kan men slechts dit schoone boek bewonderen van echt geschiedkundige waarde.
T.