Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1937(1937)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 135] [p. 135] Verzen door Felix Rutten. I Je vertrouwt mij je hand, Maar een beetje verbaasd; En dàn weer glimlach je, Spottend haast. En dan weer zeg je, Wanneer je toch ziet Hoe lief ik je heb: ‘Ik begrijp dat niet’. Maar hoe verklaar ik je Ooit het geluk, Dat ik in jou Aan mijn harte druk? Dit is het wondre In ons leven, mijn kind, Dat 'n mensch zich eerst zelf In een ander vindt. [pagina 136] [p. 136] II Niets ter wereld heb je, Niets dan - sprookjeskind - Dit mijn oud-versleten Hart, dat je bemint; Niets dan wat én storm én Felle branding brak, - Speelbal van het noodweer: Niets dan dit arm wrak. Hoe kan 't jou beveilgen? Geeft dit eenge baat, Bij den vloed die zwaar aan 's Levens kusten slaat? Niets ter wereld heb je Dan, bij al wat leeft, Dit mijn leven dat al- Ree de zeilen reeft. Niets dan de verteedring Van een arm, oud man, Die voor jou nu enkel Nog maar sterven kan. Vorige Volgende