Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1933(1933)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 338] [p. 338] Liederen voor Poot. Eens zal ik hier niet ver vandaan: Een dag, een nacht - ik weet het niet, Van vreugde en elk verdriet ontdaan Zeer eenzaam en zeer ledig staan... *** Ik ken het bloeien en vergaan, Der bloemen stom verdriet; Ik heb der dingen diepste waan Meest in mijzelf bespied: Eéns handen, zijt gij moe gedaan Eéns voeten dood - doodmoe gegaan Eens oogen toegedaan.... Vergeet dwaas hart dit einde niet: Dit klein, dit hulp'loos staan. *** En daar is géén verzoening bij U, dood En géén ontkomen: uur aan uur Voel ik uw vingers en uw vuur In mijnen nek en proef u in mijn brood; Gij kent geen blijdschap, geen verlangen Gij, stugge vogelaar, geen spijt, Die in uw kille hand dit bange Bloedwarme leven houdt gevangen. En hoe het pikt en bijt: Uw bloed wordt nimmer warm, o dood Uw hand wordt nimmer rood! - En daar is géén ontkomen, al den duur Klemt gij mij vaster, o meedoogenlooze, En ik ruik uw adem kranker in de rozen En uwen geur in alle bloemen - zuur. *** [pagina 339] [p. 339] Ik zie mijn handen en ik schrei: Eens zullen zij zéér wit zijn, dood, En stiller dan het boek dat gij Dichtvouwt in uw schoot; Gij kent alleen de diepe taal Van teekens, rimpels, groeven, krassen, Waaruit een welhaast goddelijk-lief verhaal Tot een tragedie is gewasschen Zóó droef dat zelfs haar dichter schreit En, turend op de harde, geele blaren, Hij bei zijn handen wilde kwijt: Indien zij nooit geschreven ware....! *** Eens, voeten, rust ook gij zéér stil En naast elkander in zijn schoot: Als duiven na een lange reis de til Vindt gij, melkwit en zéér vermoeid de dood; En langzaam, langzaam pelgrim keert Hij weêr tot uw begin: de asch, Waaruit gij eens zijt gepoetseerd En die uw moeder was.... *** Oogen, het zal zéér duister zijn: Een nacht, maar zónder maan, Zal gróót en naamloos vóór U staan.... Het zal zéér duister zijn! - En sneller dan gij zijt ontstaan Zult gij, uit water en uit licht geboren, In licht en water weêr verloren, - In uwen oorsprong ondergaan. Jac. Schreurs. m.s.c. Vorige Volgende