Giacomo Leopardi (1798-1837)
door Anton van Duinkerken.
De poëzie van Leopardi was een vergeefse poging om de wereld te vergeten. Haar dichter wilde afstand doen in een bezwering, maar zocht zijn leven lang naar de formule daartoe. In zijn jeugd had hij zelfmoord-plannen gedragen. Later verhief hij zich boven zijn leed door er de noodzakelikheid van te begrijpen.
Hij beschouwde de wereld als gedoemd tot eeuwige smart, waarvan de verrukking slechts ogenbliks-gewijs is af te dwingen. Die ogenblikken waren zijn gedichten. Zij gaven hem niet de troost der vergetelheid, maar boden hem de kans om zich te geven. Hij ging onder in de dingen, die hij schoon vond en bezong. Vandaar zijn vereenzelviging met een cosmos in barenswee. Hij spreekt tot de maan om haar lichtende onbewogenheid over het leed der wereld te begrijpen. Hij roept de barmhartigheid in der natuur, wier stem hij meende te horen na een lang inwendig zwijgen zijner ziel. Hij wil weg van zich zelf, om weg te zijn van de smarten der aarde. Leopardi is de zuivere wereldsmart-dichter, daardoor kan hij worden geclassificeerd als romanties poëet, maar dit verklaart zijn dieper nood al evenmin als de gewone biografen-rhetoriek over zijn strengen puriteinsen vader en zijn harteloze moeder, het stumperig dorpje Recancti, waar hij jong was en het lichaamsgebrek, dat hem kwelde. Zijn ongeluk in de liefde is minder het gevolg van onbehagelijke bijkomstigheden in zijn persoon en omgeving dan van een diepe behoefte aan het metaphysieke, die bij hem het karakter had van een slepende kwaal. Hij was niet te voldoen. Geen vrouw sou hem durend geboden hebben, wat heel de wereld niet in staat was hem te geven. Hij was van temperament een mysticus, die hongerde naar eeuwigheid. Maar het leven dwong hem naar den tijd, en daarin was hij misplaatst. Een klooster had een man als hem misschien gelukkig kunnen maken, de dichtkunst kon hem amper korststondig vertroosten. Hij wilde geen wereld rondom zich. Zijn ziel vroeg louter eeuwigheid.
Op het wereldbeeld reageerde hij zo smartelik omdat het aan zijn