Ernest De Weert: Uit de Eenzaamheid, 2e herziene druk. Uitg. Gust. Janssens, Antwerpen.
E. De Weert? Nooit van gehoord? Ik evenmin, al werd deze bundel een eerste maal uitgegeven vóor den oorlog. Doet er niets toe. De Weert is een dichter.
Deze bundel bevat gedichten die Jacques Perk had kunnen onderteekenen:
Geen ander leven komt den sluimer wekken,
die donker-loom, rondom het oud kasteel,
gespreid ligt over boomen en struweel,
dan 't water-ruischen in albasten bekken...
zoo staan er strophen voor het grijpen.
Jacques Perk is zijn geliefde leermeester geweest, én om de rythmische gratie van zijn beeldend woord, én om Mathilde.
In diezelfde gelijkstemmigheid kon hij tot den lezer zeggen:
Hier is het gulden boek nu van mijn leven, -
mijn eerste en ook mijn laatste boek wellicht...
Naast Perk is Kloos hem liefst.
Kloos dichtte:
Ik ween om bloemen in den knop gebroken...
en De Weert:
Ik ween om de uitgedorde beukendreven...
Zoolang De Weert zijn leermeesters getrouw blijft zwiert hij vast en gratielijk in hooge ruimte; waar hij een anderen vorm gebruikt dan het sonnet valt zijne inspiratie slap. Dan krijgt zijn vers iets van de brave vóór-tachtigers burgerlijkheid.
Maar om de ‘gebeeldhouwde sonnetten’ hoop ik dat dit eerste niet het laatste boek zij van E. De Weert.
Felix Timmermans schreef dezen bundel van zijn stadgenoot een gemoedelijk Liersch woord vooraf.
A.V.C.