Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1925(1925)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 466] [p. 466] Zij leefden enkel maar... door Cl. van der Straeten. Zij leefden enkel maar voor Godservaren, en, luidde 't Angelus Maria's groet, dan keerden zij die in de wouden waren, en stapte naar het koor hun blanke stoet. Hun prior was Ruusbroec de Wonderbare, En zie! op eenen meidag wonderzoet, dat hij in 't lommer zat der eikenblâren, was plots de boomenkrim in rooden gloed! En daar zijn beêgestoelte ledig beef, en al de broeders, bij het avondduisteren, de heimenis doorkruisten van den nacht, - 't geritsel van een blaadje deed hen luistren, - ontwaarden zij opeens, met bang gebeef, den Heilige in het licht der vlammenpracht. Vorige Volgende