het Antwerpsche leven van kunst en liefdadigheid hadden tot stand gehracht, waren ontroostbaar.
Dit alles werd onuitwischbaar gegrift in een kindergeheugen.
En dan de meeting-avonden, toen heel de stad in rep en roer was, er koorts in de lucht hing, men wanorde vreesde en er werkelijk soms botsingen in de zaal gebeurden! De kiezingen, met triomfantelijke zegeviering voor de meetingisten; de stadsmuren vol plakkaten en karikaturen; het optrommelen van alle mogelijke kiezers; het wekelijksch verschijnen van Vleeschouwer's ‘Reinaert de Vos’, de groote macht dier dagen; de welsprekendheid van Jan de Laet, van Gerrits, van Jan Van Ryswyck, Sr! Wie zou dit alles kunnen vergeten, die als kind deelnam aan opwinding, geestdrift en verontwaardiging.
Maar eindelijk was de meeting meester, de laatste liberaal uit het stadhuis gekegeld, en nu deden daar vrijheid en volksgezindheid hun intocht. Want dàt is wat het meeting-bestuur bracht, en daar ligt de knoop die verleden en heden aaneenbindt. Wat de liberalen nu nog zijn, zijn ze altijd geweest: haters van godsdienst, dus van volks- en vlaamschgezindheid; farizeeërs die een uitwendige orde, een schijnbare deftigheid willen onderhouden tot eigenbelang en zich schamen voor socialistische buitensporigheden. Van socialisme was er toen nog geen spraak: de strijd was tusschen liberaal en katholiek, en de katholieken alsdan waren allen vrienden eener democratie die ze bevrijdde. Door de meeting werd het Vlaamsch op het stadhuis ingeburgerd.
Niet het Vlaamsch alleen: dat was maar de voertaal voor de gedachten van menschenliefde en volksgezindheid die de stad gingen bevrijden.
Zooals nu. De meeting was eene coalitie, van katholieken, oprechte liberalen, onpartijdige vlaamschgezinden, coalitie waarin de katholieken het groot getal waren en waarin de katholieke gedachte van rechtvaardigheid, gelijkstelling, vrijheid, volksliefde de leidende gedachte was. In een uitmuntenden burgemeester, den heer Van Put, werd die gedachte belichaamd, en onder zijn bestuur heerschten reine zeden, bloeide het schoolwezen... hij was immers de schepper er van... ontstond een christelijk-vlaamsche beschaving, zich uitende in allerlei richting, vooral in die van de kunst: -