Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1909
(1909)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdJong Dietschland, Paaschnummer 1909.JONG DIETSCHLAND, Paaschnummer 1909. - Uren bewondering voor groote kunstwerken: Zeer welsprekend over Jacob Ruysdael. - Een paar sonnetten: Uit ‘Onze Missielanden’. - De Sneeuw: realistische schets met romantischen inzet. - Op den Calvarie, sonnet, maar zwakjes. Jezus heeft geen ‘kop’. - Nog verzen, waaronder een In Memoriam van A. Van den Dries; bewijst dat uit den ouden trant nog schoonheid bloeien kan. Ook in Verbittering, van Roel Van den Branden, staan zulke verzen. Etsen (Kar. Van de Vijver); ook een versje van Kar. Van de Woestijne: Een Herder zingt. - Boekbesprekingen: goede keus van boeken, maar de besprekingen zelve zijn niet alle even ernstig. - Overzicht der Tijdschriften: zaakrijk en aangenaam. | |
Biekorf, 3, 1909.BIEKORF, 3, 1909. - De Koninklijke Vlaamsche Kunst der ‘Arazzi’ ofte Gobelins (Remo). - 4, 1909. - Z'n eerste winst (P. Placid. Eykens) een geestig-godvruchtige schets. - Plaatsnamen (Adzo) historisch-linguistische verklaring. | |
De gids, 1 April 1909.DE GIDS, 1 April 1909. - Verzen (H. Lapidoth-Swarth. Laten we ons maar niet wijsmaken dat de dichteres is uitgezongen. - Strafrechtspolitiek van vóor honderd jaar (M.J.-A. Van Hamel). - Over middeleeuwsche Tooneelvertooningen (Dr. Leenderts) belangrijke studie steunend hoofdzakelijk op het zeer geprezen boek van onzen landgenoot Cohen. - Reisherinneringen uit Noorwegen. III. Uit de jongste prozaliteratuur (prof. R. Boer) over | |
[pagina 498]
| |
Björnstjerne, Hamsun, Lie (den zoon van Jonas), Aanrud en Bull. - Vertaalkunst (P. Valkhoff) - Dialogen (J. De Meester), weer heel suggestief. - Franschen over hun taal (Mr. J. Van Hall) gezellig praatje over boeken van Stapper, Lanson, Richepin. - Verzen (P.N. Van Eyck) zeer zeker een eigen toon. - In de Aanteekeningen en Opmerkingen: ‘Taaltournooi in de Vlaamsche Academie’ over ‘de uitspraak onzer taal’ waarin natuurlijk ongelijk wordt gegeven aan Dr. Muyldermans tegenover Dr. De Vreese en Dr. Lecoutere. 't Ware goed partijen ook eens tegenover malkander te zetten waar het geldt bewezen diensten aan de Vlaamsche beweging en grootheid van karakter. - Buitenlandsch Overzicht en Parlementaire kroniek. | |
De nieuwe gids, April 1909.DE NIEUWE GIDS, April 1909. - Shelley-Critiek (K. De Raat) een 1e artikel, waarin hoofdzakelijk Adama van Scheltena's minachting wordt terechtgewezen. - Vrouwenplicht (W. Wynaendts Francken-Dyserinck), over den dienstplicht der vrouwen en hare rol in 't leger. - Judith (G. Kapteyn-Muysken) zaakrijke studie, hier en daar wat spitsvondig, over Hebbel's treurspel. - Het Evangelie (G. Bolland). - Nazomer (H. Lysen) vervolg van den roman. - In den Avond (Th. van Stuerde) fijnheid die ontaardt in gezochtheid. - Vervolg der wonderlijke avonturen van Zebedeus (Jac. van Looy) zoo overrompelend als Rabelais, maar nooit gemeen. - Buitenlandsch politiek Overzicht (Chr. Nuys). - Aanteekeningen over Kunst en Philosophie (H. Boeken) o.a. over Catulle Mendès, elk zijn goesting. - Literaire Kroniek (W. Kloos) over twee bloemlezingen bij Wolters verschenen: ‘Schrijvers en Schrifturen’ (lees ‘Schrijfsters’) van Leopold en Taalbloei van Poelhekke. Over 't 1e veel goed; over 't 2e zooveel kwaad, dat men best doet, zooals Multatuli 't aanried in zijn tijd, met het boek kennis te maken; verder weer een stukje rehabilitatie: Alberdingk is thans aan de beurt. | |
De katholiek, April 1909.DE KATHOLIEK, April 1909. - De Nederlandsche Minderbroeder Joannes Neyen als onderhandelaar met de Staten-Generaal 1606-1609 (Ferr. Companns): een zware brok geschiedenis uit den tijd van het twaalfjarig Bestand. - De bronnen over den moord op Hypathia II. Damasius bij Suidas en de overige bronnen (Dr L. Sicking). - De Man van Smarten (M. Vreeswijk): een meditatie van een letterkundig liefhebber. - IJslied, Sleevaart (Th.P.G.), versjes. - Geschiedkundig Nieuws: o.a. over ‘Dr Nuyens beschouwd in 't licht van zijn tijd’, 't verdienstelijk boek van Pat. Görris, | |
De beweging, April 1909.DE BEWEGING, April 1909. - Saint-Yves d'Alveydre (Alb. Verwey): over deze nieuwe liefde van Alb. Verwey komt nog een vervolg. - Gedichten (J. Prins). - Allard Pierson's verspreide Geschriften (C.G.N. De Vooys): 't Was inderdaad een der Hollandsche grooten van zijn tijd. - Vernieuwing der Natuurwetenschap (Is. De Vooys), vooral over Hunt Morgan's nieuw boek: ‘Ontwikkeling en Aanpassing’. - Het Gevaar van het Staatssocialisme (Daan vander Zee). - Van Spencer's Leven (T.J. De Boer): juist geen piëteit voor den Engelschen denker. | |
Studiën, Jaarg. 41, Deel 71, Aflev. 3.STUDIËN, Jaarg. 41, Deel 71, Aflev. 3. - Nieuwe Strafwetwetenschap (vervolg) (F. Tummers). - Twee Golgotha-Legenden (J.P. van Kasteren): van den schedel van Adam nl. en van Golgotha het middelpunt der aarde. - De Paccanaristen en hunne school te Amsterdam (vervolg) (F. Sträter). - Over Luchtvaart (Jos. van Baal): vervolg van een opstel dat men gaarne lezen zal | |
[pagina 499]
| |
omdat het zoo 'n helderen kijk gunt in de geschiedenis der Luchtvaart. - Het Teeken van Jonas of ‘het’ Wonder (H. Bolsius): Wonderen der heelkunde hebben tegenwoordig heel wat te lijden van de hooge eischen der ongeloovige wetenschap. - Uit de Pers. - Mededeelingen. | |
Le correspondant, 25 mars 1909.LE CORRESPONDANT, 25 mars 1909. - Le Clergé et la Liberté sous la Constitnante (Abbé Sicard). - Les Troubles de Perse. Les Origines de la Situation actuelle et son développement (***). - La Crise de l'Histoire révotutionnaire, Taine et M. Aulard (A. Cochin). - Le grand Tour (M. Debrol), roman. - La Conversion de St. François d'Assise (J. Jörgensen). - Le Minimum de salaire pour les femmes (E. Defébure): La solution de la question par la loi ou par les syndicats. - Le Centenaire des ‘Martyrs’ de Chateaubriand (L. Séché). - Les Chasses à courre (L. Fautrat), notes et souvenirs de Vénerie. - 10 avril 1909. - Jeanne d'Arc (Mgr Touchet): een zooveel als doenlijk historisch-juiste schets van ‘la plus prodigieuse enfant dont les annales de l'humanité gardent le souvenir’. - Le Conflit américain-japonais et l'opinion publique américaine (Avesnes). - La Crise de l'Histoire révolutionnaire (Aug. Cochin). - Roman pour ma fiancée (H. de Nousanne). - Lec Idées morales d'un maréchal de Camp de l'ancien régime: Conseil du chevalier de Tarlé à son fils (A. de Tarlé). - Au Pays du chêne-liège (R. d'Etian). - Deux Livres sur Louis XIV (de Lausac de Laborie). - L'Art de la mise en Scêne (P. Gaultier). | |
Revue des deux mondes, 1 avril 1909.REVUE DES DEUX MONDES, 1 avril 1909. - Etienne Mayran (Taine). - Les Préliminaires de la Guerre (Em. Ollivier). - Pierre et Thérèse (M. Prévost): aanvang van een roman. - La Jeunesse d'Eugène Fromentin (Em. Faguet), vooral uit zijn briefwisseling, onlangs door P. Blanchon uitgegeven. Fromentin was een wilskrachtige melancholieker. - Les Indigènes algériens. II La Nécessité d'un programme politique nouveau et l'Avenir des races indigènes (Rouire). - L'Art du M.A. est-il d'origine orientale? (L. Bréhier): ‘Au fond de l'art du M.A. comme à la base de toute la culture européenne, on trouve l'influence de l'hellénisme, modifiée par les traditions orientales. C'est à ce double courant que l'art musulman, l'art byzantin, l'art occidental doivent leur existence.’ Dat is niet veel nieuws, maar de wijze van voorstelling, gesteund op de nieuwste Duitsche wetenschap is wél belangwekkend. - La Législation française des alienés (J. Roubinovitch). - Revue musicale (C. Ballaigue). - Chronique politique de la quinzaine (Fr. Charmes). | |
Études, 5 avril 1909.ÉTUDES, 5 avril 1909. - La Responsabilité (Xavier Moisant): christelijke en niet-christelijke opvatting vergeleken. - Orpheus En marge d'une histoire générale des religions (L. de Grandmaison): over een boek à la Voltaire van Salomon Reinach. Schrijver toont aan hoe lichtzinnig Reinach met zijn zwaarwichtig onderwerp omspringt. - Trois Physiciens français (Joseph de Joannis): ditmaal over Henri Becquerel en Pierre Curie, twee al te vroeg overledenen. - L'Action Populaire (Gaétan de Rancourt. - Un Persécuteur des Hébreux (N. Lagier): was het Ramses II of Thoutmès III die 't volk Gods vervolgde? Alles duidt op Ramses, alhoewel van zekerheid hieromtrent geen sprake kan zijn. - Bulletin d'Ancien Testament (G. Huvelin. - Les Premiers Séminaires en France (P. Schoenher): nog een repliek; 't is zonder einde. | |
[pagina 500]
| |
- 20 Avril 1909. - Het laatste opstel alleen uitgezonderd, wordt het heele nr gewijd aan Joanna d'Arc. Een belangrijk nr, niet zoo zeer om de bijgaande platen en afbeeldingen, noch om de medewerking van vreemden, dan wel om den rijken inhoud van de zes best geslaagde artikels: La Béatification de Jeanne d'Arc (Mgr de Cabrières, bisschop van Montpellier): leven der heldin en lessen die er uit voortvloeien. - La Psychologie de Jeanne d'Arc (Henri Joly van 't Institut): het merkwaardigste. - Jeanne d'Arc dans l'opinion anglaise de Shakespeare à Andrew Lang (Herbert Thurston): langen tijd werd ze miskend omdat ze onbekend bleef. Sedert 't begin der xixe eeuw geen zweem van verachting meer bij geen enkelen geschiedschrijver. En 't is een katholiek, Lingard, die het koudst blijft in zijne hulde! - Jeanne d'Arc dans l'Art français au XIXe siècle (Em. de Forceville): prachtstukken genoeg maar tot nu toe geen meesterstuk. De Gelukzalige wacht nog op haren Michel-Angelo! - La Jeanne d'Arc de M. Anatole France (Jean-Bapt. Ayroles). Geen honig dit vonnis: ‘Des assertions mensongères, des faits arrangés, des erreurs, des contresens, des incohérences, le dénigrement des sources historiques, de Jeanne d'Arc, de l'Eglise, le tout entremêlé d'ironie et de dédain, voilá le fond de cet ouvrage. C'est un pamphlet encore plus qu'un roman’. De bekende protestantsche geschiedkundige Luchaire was al niet veel zachter geweest in zijn oordeel, en Funck-Brentano verklaarde van France: ‘Il se met la tête à l'envers pour ne pas écrire l'histoire de la Lorraine telle que les textes la lui mettent si clairement sous les yeux, telle que la racontent les Anglais eux-mêmes’. - Jeanne d'Arc à Poitiers (Joseph Boubée): tooneel in verzen. - Sous le régime de la Séparation (Paul Dudon): Maartsche buien na langen guren winter, en eerste zonneschijn! | |
Deutsche Rundschau, März 1909.DEUTSCHE RUNDSCHAU, März 1909. - Die Bagdadbahn (von Hoffmaister): Schrijver rekent nog 10 jaar eer alle moeilijkheden zullen opgelost zijn. - August und Emma (G. Hirschfeld), novelle. - Zur Erdbebengefahr in Suditalièn (M. Zimmermann) mythologische und baugeschichtliche Betrachtungen. - Aus Herders Ideen (B. Suphan). - Diplomatenleben am Bosphorus (Raschdau), aus dem literarischen Nachlasz des Unterstaatssekretärs Dr Busch. - Scheffel und Eggers: eine Dichterfreundschaft (Joh. Proelsz), met enkele brieven daarbij van Scheffel aan zijn moeder. - Grazia Deledda (C. Segrè): een waardeerende studie over de Sardinische romanschrijfster. - Aus Katharinas Zeit (W. Kochànowskaja), slot van de historische novelle. | |
Stimmen aus Maria Laach, Febr. 1909.STIMMEN AUS MARIA LAACH, Febr. 1909. - Giotto's Werk zu Padua und die moderne Malerei (St. Beissel), waarover John Ruskin indertijd zoo 'n schoon boek schreef. - Zur Seligsprechung der Jungfrau von Orleans (M. Meschler): De pater bewijst door dit hooge voorbeeld hoe een katholiek nationaal en vaderlandslievend is in den besten zin. - Der Gottesbeweis auf Grund des Entropiesatzes (L. Dressel), namelijk de natuurwet van energie en entropie. - Persönlichkeit II (O. Zimmermann): goede bedenkingen tegen de moderne ‘persoonlijkheid’ for ever. - Alte und neue Forschungen Haeckels über das Menschenproblem (E. Wasmann): men herinnert zich 't optreden van den kranigen pater vóór twee jaar te Berlijn. - Silvio Pellico II (A. Baumgartner). |
|