| |
| |
| |
Inhoud van tijdschriften
Biekorf,
Grasmaand 1906. Hoe ze wijn ‘toetsen’ (L. De Wolf), een zeer lieve schets. - Gelegenheidsverzen van Guido Gezelle.
- Bloeimaand 1906. David en Goliath op Zee (H. Callewaert): vervolg van 't praatje over zeeschepen. - Landsonnetten (Horand). - Zal hij rond de landtonge geraken? (Manuël Matte): een karakteristieke bladzijde uit de Zee- en Strandgeschiedenissen van Holger Drachmann.
| |
Volkskunde,
Dec. 1905. Het zout in 't volksgeloof en volksgebruik (A. De Cock): Het zout breekt de macht van heksen en duivels; het zout vrijwaart tegen beheksing en boozen invloed; het zout in de volksgeneeskunde; het zout bij onweder en brand; de heiligheid van het zout. - Het wondersprookje van Bartelomees (Is. Teirlinck). - Een Begijnenliederboekje uit de 18e eeuw (M. Sabbe).
| |
Studiën.
Mei 1906. De photographie der hemellichten (Fr. De Bruyn) - De dramatiek van Corneille (R. De Grave); ‘Corneille's theater is een heerlijke apotheose van 's menschen vrijen wil’. - De Simplon-tunnel (C.W.): een inhoudrijke bijdrage. - Het noodige overwicht (F. Smit); een theologische pennetwist ten gunste van 't gematigd probabilisme. - Wat is zekerheid? (Th. Ermens).
| |
Groot nederland,
Mei 1906. 't Bolleken (C. Buysse): Dit laatste deel is wel 't best geslaagde van Buysse's nieuwen roman. - Herfstnacht-ruisching (W.F. Gouwe), lieve verzen. - Zon (H. Teirlinck): 't Is wezenlijk ál zon wat men ziet en voelt in deze bladzijden. - Persoonlijkheid, ondanks den saaien titel een mooie novelle van Samuel Goudsmit.
| |
Vlaanderen,
Mei 1906. Flandria Illustrata, De Dondervlage, schilderachtige, suggereerende verzen van Om. K. De Laey. - Verzen (Ad. Herckens). - In de ‘Vennen’ (d.w.z. venen) lenteimpressies, proza van J. Dhont. - Verzen van Lod. Ontrop en van K. van de Woestijne. - Breedvoerige, zeer gunstige beoordeeling door F. Toussaint-van Boelare over H. Teirlinck's Doolage. - Frans van de Weghe's Opleiding der Burgerij in Vlaanderen wordt door L. Bossart in griezelementen geslagen.
| |
De gids,
Mei 1906. Kraakporselein? Een sociaal politiek artikel over de laatste vier jaar openbaar leven in Holland (J. Limburg). - Sonnetten en Ghazelen, veel schoons weerom van Hel. Lapidoth-Swarth. - Kunstenaarsleven, Quérido zet zijn roman voort, wezenlijk des Guten zuviel, zoodanig dat het minder leesbaar en genietbaar wordt - Isidora Duncan: veel waardeering voor de begaafde danseres met haar Grieksche idealen, van wege F. Lapidoth. - Wetenschappelijke Metaphysica. een nieuwe uiteenzetting van G. Hey- | |
| |
mans' ideeën over physisch monisme. - Reyer Anslo's Overgang (K. Vos), namelijk van de doopsgezinde tot de katholieke Kerk. - Hartleben's Dagboek: een overzicht van het ‘Tagebuch’ van den onlangs gestorven Duitschen dichter. - Teyler's Museum (van 't Hoff): de beteekenis van geschiedkundige verzamelingen voor natuurwetenschap en nijverheid.
| |
De XXe eeuw,
Mei 1906. Rembrandt's Leidsche Tijd: een flinke bijdrage door Jan Veth, zeer zaakrijk maar niet zoo stijlschoon als 't geen we over Rembrandt lezen onder Van Deyssel's handteekening. - Veth bespreekt o.m. Christus in Emmaus, Judas die de zilverlingen terugbrengt, Jezus onder de schriftgeleerden, Simeon in den tempel. - Is ‘celstraf’ nog langer geoorloofd en gewenscht? Dr Aletrino zet zijn studie tegen de celstraf voort, geeft de zeer uiteenloopende oordeelvellingen van Laurillard, Domela Nieuwenhuis, de Graaf, Franklin, Sacker, Hugo Heim, Astor, enz. - Adriaan van Oordt geeft het slot van zijn schoon verhaal Warhold.
| |
Revue des deux mondes.
15 April 1906. Les Désenchantées (P. Loti). - Frédéric le Play à l'occasion de son centenaire (A. Béchoux): de bestrijder van 't socialismus, de stichter van de sociale vredeschool. De groote zorg van den staathuishoudkundige moet zijn de inrichting van 't privaat leven en de opwekking van den familiegeest. Hij verdedigde de vrijheid van school, van gemeente en provincie. - Littérature espagnole: Le théâtre de Pèrez Galdós (Em. Martinenche): Galdós is een tendenz- een partijschrijver. Toch heeft hij in zijn vak zooveel mogelijk breeden geest gebruikt. Galdós legt er zich op toe de sociale psychologie van Spanjete geven in zijn romans en tooneelwerken: Spanje lijdt, volgens hem, aan een ziekte van den wil. - A Fès. - La journée de prière (***). - Pensées musicales dans la Sixtine (Cam. Bellaigue). - Un livre de Thackeray sur la littérature et la vie françaises (T. de Wyzewa).
- 1 Mei 1906. Les Désenchantées: Pierre Loti zet zijn vertelling voort, vol van sympathie voor 't Mahomedaansche leven. La France dans l'A frique du Nord - Indigènes et colons (P. Leroy-Beaulieu): een ethnisch-economische studie over Algiers: ‘Ce qui parait manquer le plus à notre administration algérienne, c'est la rapidité des décisions, si nécessaire en colonisation; elle est encore trop garrottée dans les lisières, les traditions méticuleuses et soupçonneuses, les formules peu souples de l'administration métropolitane.’ - Une patricienne chrétienne au 5e siècle, Mélanie la jeune (G. Goyau): Ze hield zich veel bezig met dogmastudie en was dus lang geen volgelinge van St-Paulus' raad, waar die predikt ‘mulieres in ecclesiis taceant.’ - Les Transformations de l'Agriculture, III. Les Syndicats Agricoles (Vict. du Blet), zet de studies voort in de R. d. 2 M. in 1904 en 1905 verschenen, en behandelt nu den oorsprong der syndicaten, hun aantal in Frankrijk, hun rangschikking, hun werking, hun sociale en moreele zending. - Un critique allemand: Hermann Grimm (1828-1901) (Ed. de Morsier), neef van Jacob Grimm, dien Christoffel Colombus der Germaansche philologie, en zeer verdienstelijk schrijver o.a. van Michel Ange. - Jos. de Maistre et son livre ‘du Pape’ (F. Brunetière), naar aanleiding van Latreille's boek Joseph de Maistre et la Papauté. Een geniaal schrijver, die de Maistre, die toch eigenlijk niet goed ‘boeken maken’ kon; een zeer geleerd man, maar die toch zekere din- | |
| |
gen, welke hij voor zijn werk grondig had moeten kennen, heel oppervlakkig gelezen had. Brunetière legt zijn eigen
geloofsbelijdenis af in de onfeilbaarheid van den Paus.
| |
La revue,
1 April 1906. Ernest Renan: Cahiers de Jeunesse, toen Renan nog vaag geloovig was. - La Chine en révolution (F. Mury). China past zich langsom meer de Europeesche beschaving aan en is bezig met zich zoo groot en zoo sterk te maken dat het wel eens de fantasie zou kunnen krijgen een tochtje naar onze westerwereld te doen met de leus: Europa aan de Aziaten! - Les types littéraires de la Crise russe (G. Savitch), ditmaal de vrouwentype. - Sur Taine considéré comme historien des littératures (E. Faguet), niet al te lovend. - Le poète des mineurs du Nord (E. Blanguernon): Jules Mousseron, mijnwerkerdichter. - Georges Clémenceau (M. Leblond), zooveel geprijs, dat het een geurtje heeft.
- 15 April, 1906. Ern. Renan: Cahiers de jeunesse. - Napoleon était-il épileptique? (Dr Cabanès): niet in den vulgairen zin van lijdend aan vallende ziekte, maar hij was: ‘un arthritique de génie’. - Les Mages (E. Verhaeren): enkele schoone en veel middelmatige verzen. - La vie de mon père (Paola Lombroso): veel intieme bijzonderheden over dien grooten zoeker en werker. - Eugène Carrière raconté par ses amis (P. Gsell): zeer onderhoudend opstelletje over den merkwaardigen schilder.
- 1 Mei 1906. L'argent français et l'amitié russe (Jean Finot): een waarschuwing aan Frankrijk om geen geld meer te verschieten aan de Russische dwingelandij tegen de opkomende volksmacht. - Créons un Budget de la paix (W.I. Stead): Stead's voorstellen zijn altijd zeer edelmoedig, maar als hij met vorsten en mogendheden afrekent, blijkt hij wel wat utopist. - Plan d'une République (E. Faguet): een terugblik op de republikeinsche ideeën van Mad. de Staël. - Sommes nous à la veille d'une révolution? (A. Livet): onderzoekt den toestand der Fransche arbeiderspartij en voorziet erge dingen. - Aug. Rodin raconté par lui-même (Paul Gsell): eenige kunstideeën van den evenknie van onzen Constantin Meunier. - La tradition artistiane dans le peuple d'Alsace Lorraine (E. Hinnelin). - Le Mouvement littéraire en Angleterre (Ch. Simond): Schrijver vindt op de Engelsche boekenmarkt van 1905, buiten merkwaardige werken over geschiedenis, multa sed non multum.
| |
Le correspondant,
10 April 1906. Le Parlement futur en Russie (Kerwin Mileswki): Over de inrichting van de Russische Douma en den Rijksraad. - Bossuet et la Critique sacrée (H. de Lacombe): een uiteenzetting van Bossuet's breede en toch stelligdogmatische opvattingen. - Lettres à un ami II (en III in volgend nr) Edm. Rousse vertelt daarin van Montalambert's proces, van Dufaures pleidooi, en praat ook over de artikelen van Taine en de blijspelen van Augier. - La Marine nationale et ses ennemis (Osc. Havard). - Les Richesses d'Art des églises de France (A. Longnon). - Antonio Fogazzaro (Dorlisheim)
- 25 April. L'anarchie politique et la restauration religieuse (***). - L'Eruption du Vesuve (A. de Lapparent). - Les salons littéraires de Paris au 19e s. (V. du Bled). - La politique sociale de l'empire allemand (L. de Chappedelaine): over de wetten op de arbeidersverzekering.
| |
| |
| |
Etudes,
20 April 1906. La journée de huit heures (V. Loiselet). Geschiedkundige bijzonderheden; de vraag zelve; voor en tegen: economische redens; geen werkstilstand meer; vlijtiger en deugdelijker werk; verhooging van het werkloon; invloed op gezondheid en familieleven. Een proeve. Slotsom: Schrijver verwerpt de 3 × 8. - La réforme de l'Eglise russe (A. Malvy). De feiten die van het huidig streven naar onafhankelijkheid getuigen - Versailles (1870-1880) Souvenirs et récits (J. Noury). Bijzonderheden over Thiers, Mac-Mahon, Graaf de Chambord en de politiek van dien tijd. - La carte électorale de la France (P. Dudon). - La Question des associations cultuelles (P. Aucler). ‘Selon la majorité que les électeurs enverront au Parlement ce sera la paix ou la guerre.’ - Bulletin philosophique, morale et esthétique (L. Roure).
- 5 Mei 1906. L'évolution de l'art marial pendant les 14e et 15e siècles (L. Chaine). - La réforme de l'Eglise Russe (A. Malvy) Over de nationale Russische kerkvergadering die weldra de hervorming der Russische Kerk moet bewerken. - Le Souvenir de St-Hippolyte (A. d'Alès). Wat we weten van den H. Hippolytus uit letterkundige en biografische bronnen alsook uit het boek der Philosophoumena. - La valeur des théories physiques (P. de Vrégille). Belangrijk artikel over het voorwerp, den opbouw en de waarde van het natuurkundig stelsel. A. Het voorwerp: het uitleggen 1o der natuurverschijnsels 2o hun indeeling B. De opbouw begint met het bepalen en afmeten der hoeveelheden, gaat voort met het uitkiezen van grondstelsels en met dier wiskundige ontwikkeling, beproeft eindelijk de bekomen uitkomsten aan den toetssteen der ervaring. C. De waarde: opwerpingen en oplossingen. - Gardons nos églises (P. Aucler). Wat er te doen staat aan de katholieken. ‘De tijd is daar van vrank en vrij te weerstaan aan het onrecht... Blijven in onze kerken. De wet niet kennen en alles inrichten volgens onze eigene kerkelijke wetten!’ - Le Fondateur des P.P. du St-Esprit: Cl. Fr Poullart des Places 1679-1703. (H. Chérot). - Bulletin de Théologie.
| |
Deutscherundschau.
Mei 1906. Mgr. Vay de Vaya Luskod zet zijn mededeelingen over Amerika voort en heeft het nu over katholieke schoolwerken: over de prachtige hoogeschool te Georgetown, waar de schrijver een conferentie hoorde van Bonaparte, den afstammeling van Jérome, die sedert minister van marine werd. De Katholieke kerk in Amerika leeft van haar eigen geld. - Hoffmann von Fallersleben und Ferd. Freiligrath (Gerstenberg). - Ueber Staatsformen (Fitger). - Ein Jahrhundert deutscher Malerei (W. Gensel). De Münchener Morgenstern is de eerste groote landschapschilder der Duitsche 19e eeuw, hij was een leerling van den Franschen Dupré. De drie grootste Duitsche schilders der 19e eeuw zijn Leibl, Feuerbach en Böcklin. - Griechisch buddhistische Kunst (H. Oldenberg).
| |
Das literarische Echo.
1 April 1906. Die Objektivität des Dichters (P. Schulze-Berghof). - Hollandische Neuigkeiten (L. Grapperhaus); over Van Looy, Couperus, Borel, G. Van Hulzen, Emants, J. de Meester, Marie Metz-Koning, Jeanne Reyneke van Stuwe, Ina Boudier-Bakker, Top Naeff, Augusta de Wit, Scharten-Antink, Heijermans, Canter, Brusse, Rensburg, Balet, Streuvels, Teirlinck, Buysse, enz. - Neue Frauendichtung (Paul Remer):
| |
| |
over de verzen van Irene Forbes-Mosse en Hedda Sauer). - Die neue Kleist-Ausgabe (Rich. Weissenfels). - Een Fransche, een Italiaansche, en een Deensche brief.
- 15 April 1906. Persönlichkeit (Alfred Klaar) tracht een wijsgeerige verzoening samen te goochelen tusschen de spreuk van Goethe: ‘Höchstes Glück der Erdenkinder ist nur die Persönlichkeit’ en een vers van Herder dat juist het tegenovergestelde beweert. - Richard Schaukal (Arth. Schurig); een schoone studie over den Weenerdichter en schetsenschrijver. - Ein neuer Lyriker (H. Ubell); en geen sukkel: Franz Karl. Ginzkey, dichter van ‘Das heimliche Läuten’. - Proben und Stücke: Der Glaskasten (Rich. Schaukal), een humoristische schets uit zijn nieuwen bundel Groszmutter. Gedichte van Ginzkey: een proefje uit het boek van daareven. - Brieven uit Engeland, Rusland, Norwegen, België en Amerika.
| |
Contemporary Review,
Mei 1906. The new Education Bill (Stanley of Alderley). Alle scholen moeten volgens schrijver worden gesteld onder leiding van de plaatselijke overheid, en de godsdienstige overtuiging van elkeen moet worden geeerbiedigd. - In the Courrières Country (Laurence Ferrold). - Trade Disputes (Atherley-Jones), een overzicht van 't Engelsch rechtswezen over den handel.
China and the West (Timothy Richard). Schrijver geeft weinig hoop op de bekeering van China tot het Christendom. Het Westen zou veeleer moeten trachten, door overeenkomst onzer Mogendheden, het grondgebied van China onverdeeld te handhaven en daar, door den vrede, economische instellingen van allen aard te doen verrijzen. - In the Footsteps of Ramon Lull (Havelock Ellis). Op de gegevens van Menendez y Pelayo wordt hier den Spaanschen mystieker der middeleeuwen, den Doctor illuminatus bestudeerd en de rol die deze geniale verschijning in de christelijke beschaving heeft gespeeld. - A native council for India (Sankaram Nair). - Preraphaelitism and the Present (March. Phillips). Het Preraphaelitism, door Morris gesticht, blijft nog leven en is nu nog de ziel van de Engelsche decoratieve kunst.
| |
Fortnightly Review,
May 1906. The Emperor of Japan (Mrs Hugh Fraser): Een lofrede, een dithyrambe: ‘het toonbeeld van een constitutionneel vorst.’ - The Parting of the Ways (An old Tory): Beschouwingen over de Engelsche politiek der laatste twintig jaar. - Mr Balfour's fiscal Leadership (Philip Groser). - Heinrich Heine (H.B. Samuel): tegen 't leven en 't werk van den Duitschen dichter; beide zijn een aaneenrijging van paradoxen. - The English Stage in the 18th century, Part I (Irving): doet hoofdzakelijk herleven de figuren van Colley Cibber, Garrick en John Kemble. - The Negro Problem stated (F. Bailex). De negerquaestie blijkt langsom meer onoplosbaar voor de blanken. Eenmaal zal wel een negerhoofd opstaan dat er toe zal opgewassen wezen, zijn zwarte broeders te verlossen uit de witte beschaving die eerder een verslaving is. - Mr Barrie's Dramatic and social influence (A. Browne). - The Cradle of Modern British Art (Jul. Price), die wieg is in Frankrijk te zoeken. - The Algeciras Conference (Budgett Meakin). - The divine and the Human, Part I (Leo Tolstoy): een nieuwe novelle van den grijzen schrijver.
| |
North American Review,
April 1906. Whom will
| |
| |
the Demorats next Nominate? (a Jeffersonian Democrat): een propaganda-artikel voor Woodrow Wilson, den voorzitter van Princeton University. - Lifeinsurance Legislation (Paul Morton and D.P. Kingsley). - Tolstoy as Prophet (Vernon Lee): een weerlegging van Tolstoj's ideeën die den grooten Rus schijnen ingegeven door de gedurige, aanhoudende vrees van den dood. - Philadelphia (Henry James): een zeer lezenswaarde studie over die wereldstad. - Recent speculations upon Immortality (Louise C. Willcox): over de laatste theosophieboeken.
| |
The Dublin Review.
April 1906. Cardinal Newmann and creative Theology, een groot artikel, zijn bewijsgronden steunend op ‘la vitalité chrétienne’ van Léon Ollé Laprune en inzonderheid op het prachtboek ‘The Idea of a University’ van Newmann. - M. Jaurès and M. Clemenceau, ze worden tegenover malkander gesteld. Ze twisten gedurig over de groote ideeën; vaderland, bestaan en doel van 't leger enz; hoewel ze beiden even vrijdenkend en even revolutionair zijn. Jaurès leidt een zeer ingewikkelde politiek, die van Clemenceau integendeel is uit éen brutaal stuk. - Weismann and the Germ-plasm Theory (Bertram Windle) een artikel lang niet geschikt om de evolutietheorieën van Weismann partijgangers bij te brengen. - Irish university education (Thomas). - Experience and Transcendence (Fr. van Hügel).
| |
La civilta cattolica.
17 Maart 1906, Il carattere dei giapponesi secondo i missionari del secolo XVI. - Pei sentieri fioriti dell'arte; Middeleeuwsche beschavingsgeschiedenis. - In Irlanda. - Genii ed esploratori: nieuwere anthropologie.
- 7 April 1906. La domenica delle Palme nella storia liturgica. - La concezione del Purgatorio dantesco. - La Roma di Napoleone: over de Fransche overheersching te Rome 1809-1814. - Che cosa é il bello? een studie over een boek met dien titel, een soort schema van psychologische esthetiek.
- 21 April 1906. Il pregiudizio anticlericale in Italia. - Il carattere dei giapponesi. - La domenica delle Palme nella storia liturgica. - Per il pudore in teatre: een preek die in Italië nog meer dan elders te pas komt. - Un atto di giustizia nella storia delle macchie solari: een oude sterrekundige kwestie waarin Galilei ongelijk had en pater Scheiner gelijk. - Saggio storico-critico di esegesi biblica.
|
|