Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1906
(1906)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 490]
| |||||||||||
Een en ander over de pauselijke sekretariaten en expeditiebureauxGa naar voetnoot(a)Als Z.H. de Paus in een min of meer belangrijke zaak een besluit heeft genomen, dan moet dit op schrift worden gebracht en den belanghebbenden toegezonden. Welnu hiertoe dienen de Sekretariaten en Expeditiebureaux, die zich tevens met de zeer omvangrijke correspondentie van den H. Vader en haar expeditie belast zien. Het hangt geheel van den aard der zaak af, welke vorm aan zulk een Pauselijk schrijven wordt gegeven, of het n. l. den vorm krijgt van een Bul of van een Breve. Een BulGa naar voetnoot(b) is een Pauselijk schrijven over een zaak van zeer groot gewicht, dat steeds op zwaar perkament, en | |||||||||||
[pagina 491]
| |||||||||||
gewoonlijk in de Latijnsche taal, met Gothieke of Teutonische letters werd geschreven. Het stuk was voorzien van een looden zegel, door een draad van zijde of hennep daaraan verbonden. Paus Leo XIII, roemv. nag., heeft echter den 26en Dec. 1878 (Arch. f. 41 p. 399; Acta Sedis XI 465) in een ‘Motu Proprio’ bepaald, dat de Bullen voortaan niet meer met Gothieke, doch slechts Latijnsche letters, in loopend schrift, geschreven zouden worden; ook heeft Z.H. ten gerieve der expeditie de looden zegels met de daaraan verbonden draden afgeschaft; deze looden zegels worden nog enkel bij Bullen van zeer groot gewicht gebruikt, b.v. bij Bullen over de oprichting, verdeeling, enz. van Bisdommen, bij de CreatieGa naar voetnoot(c) van een Kardinaal, de PreconisatieGa naar voetnoot(d) van een Bisschop, de collatie van een aan den Paus gereserveerd Beneficie, enz. (K. 1484, 2e d. B. 23. B. n. 116). Bij Bullen van minder groot gewicht, b.v. bij Bullen, die betrekking hebben op gewone beneficies of huwelijksdispensaties (K. 1484, 2e d.), wordt het looden zegel vervangen door een stempelafdruk in roode was, met de afbeelding der HH. Apostelen Petrus en Paulus, ringvormig omgeven door den naam van den regeerenden Paus (K. 1485, 2e d. C. 23). Bullen zijn gewoonlijk aldus ingericht: Eerst leest men bovenaan den naam van den regeerenden Paus; ‘Episcopus’ onmiddellijk er achter; daaronder | |||||||||||
[pagina 492]
| |||||||||||
‘Servus Servorum Dei’ en daar weêr onder ‘Ad perpetuam (“aeternam” of futuram’) rei memoriam’ b.v. Benedictus EpiscopusNaar deze beginwoorden ‘Romanorum Pontifices’ draagt de Bul haar naam. Bullen eindigen gewoonlijk aldus: Datum Romae apud Sanctum Petrum die III Aprilis MD CCC LXVIII Pontificatus nostri anno duodecimo. Een Breve wordt gewoonlijk opgesteld bij zaken van niet zulk een groot gewicht; somtijds echter ook, wanneer het zaken van zeer groot belang geldt. Zij worden op papier of wit perkament, in loopend schrift, met Latijnsche letters geschreven, voorzien van den afdruk van het visschersringstempelGa naar voetnoot(e) in roode was. Een Breve is meer breed dan hoog wat den vorm betreft, en wordt onderteekend door den Kardinaal-ProdatariusGa naar voetnoot(f), den Kardinaal-Sekretaris der Breven | |||||||||||
[pagina 493]
| |||||||||||
of den Sekretaris der Breven aan de Vorsten (C. 23. B. n. 113); somtijds wordt een Breve door den Paus zelf onderteekend en in dat geval met zijn privézegel gesloten. Brevia zijn gewoonlijk aldus ingericht: Eerst leest men bovenaan den naam van den regeerenden Paus; daarachter PP (Papa), dan den hoeveelsten van dien naam hij is in Rom. cijfers, b.v. LEO PP XIIIvervolgens: Dilecte fili Salutem et Apicam Bnem: (Apostolicam Benedictionem) Relatis ad nos tuis precibus annuentes, etc. Gewoonlijk eindigen zij aldus: Datum Romae apud S. Petrum sub annulo Piscatoris die XXVIII Maii MDCCCCII Pontif. Nri Anno Vigesimoquinto. Visschersrst. Verder kan men nog spreken van Pauselijke brieven, deze worden op papier geschreven en door den Paus onderteekend, wiens privézegel zij dragen. Deze beginnen met de woorden: ‘Dilecto Filio’, ‘Venerabili Fratri’, ‘Illustri Viro’, etc. (B. n. 113). Bovenstaande verdeeling der ‘literae pontificiae’ of ‘apostolicae’ geldt alléén den vorm. Wat den inhoud betreft, worden ze verdeeld in algemeene en partikuliere constituties. De algemeene, die tot de geheele Kerk of ten minste tot één of meer provincies der Kerk gericht worden, dragen verschillende namen, als b.v. dekreten, dekretale brieven, encyclieken, enz.Ga naar voetnoot(g). De partikuliere of rescripten (in den strengeren zin) enz. zijn op schrift gegeven antwoorden van den Paus op een | |||||||||||
[pagina 494]
| |||||||||||
bijzondere vraag aan een privaat persoon. Deze rescripten worden onderscheiden in rescripta justitiae, gratiae et mixtaeGa naar voetnoot(h). Pauselijke Sekretariaten en Expeditiebureaux zijn:
Vroeger bestond er ook nog een Sekretarie der Memorialiën of Verzoekschriften (Secretaria supplicum libellorum); doch deze is opgeheven (B. n. 114). | |||||||||||
I
| |||||||||||
[pagina 495]
| |||||||||||
een ConsistorieGa naar voetnoot(j) benoemd wordt (B. n. 118), terwijl daarenboven niet alleen de Consistoriaal-Advocaten, maar ook de ‘Protonotarii Apostolici’Ga naar voetnoot(k) en de Auditeurs der ‘Rota’Ga naar voetnoot(l) (Stremler, Des peines ecclés. 622) onder hem staan. | |||||||||||
[pagina 496]
| |||||||||||
Wanneer hij tot de orde der Kardinaal-BisschoppenGa naar voetnoot(m) behoort, heeft hij de Basiliek van ‘S. Lorenzo’ in ‘commenda’Ga naar voetnoot(n). Aan de waardigheid van Vicecancellarius is ook het ambt van Summist ‘Sommista’ (Sekretaris) verbonden. Vandaar dat het Hoofd der Kanselarij twee Bullen ontvangt: één als ‘S. Romanae Ecclesiae Vicecancellarius’ en één als ‘Sommista’. In qualiteit van Vicecancellarius, moet hij zich bij het opmaken der Bullen houden aan de Regels der Kanselarij, als Sommista mag hij daarvan afwijken (B. n. 118). Dit is dan ook de reden, waarom aan de Cancellaria Apostolica twee soorten ambtenaars werkzaam zijn; n.l. de ambtenaars, die het Hoofd der Kanselarij, als Vicecancellarius, ten dienste staan en zich aan de regels der Kanselarij te houden hebben en ambtenaars, die den Sommista ter zijde staan en buiten die regels om werken. Als Vicecancellarius wordt hij geassisteerd en somtijds vervangen door den ‘Regens Cancellariae Apostolicae’, die een coadjutor heeft; verder wordt hij bijgestaan door twaalf Abbreviatoren ‘Abbreviatores Apostolici’, op wie de plicht rust de minuten der Bullen samen te stellen. Deze Abbreviatoren waren vroeger in twee afdeelingen verdeeld. Men heeft n.l. de Abbreviatoren ‘majoris praesidentiae’ of ‘de parco majore’, die tot een College vereenigd zijn, aan welks hoofd één van hen als Deken staat. Zij zijn allen prelaten, behooren tot de Hofhouding van Z.H. en dragen den titel van Huisprelaat. Vroeger echter waren ook nog Abbreviatores ‘minores | |||||||||||
[pagina 497]
| |||||||||||
praesidentiae’ of ‘de parco minore’Ga naar voetnoot(o) doch deze zijn, volgens Bouix ‘de Curia Romana’ 269, afgeschaft (Cr. 1e d, n. 789). Verder staan nog onder hem verschillende lagere beambten als een kassier, een archivaris, een plumbator, enz. Als Sommista staan hem een ‘prosummist’ en een ‘substituut’ ten dienste. In qualiteit van Vicecancellarius moet de Kanselier zorgen, dat alle gewichtige besluiten, die (dikwijls in de ‘Congregatio Consistoralis’ voorbereid) in de Consistories of in de Datarie genomen zijn, volgens de regels der Kanselarij worden opgesteld in den vorm van Bullen (K. 1256, 3e d.). Desniettemin wordt in de Kanselarij veel opgesteld in korten vorm, als Breve, doch dan treedt de Kanselier als Sommista op (Item). Verder moet (volgens A. 1902) de Vicecancellarius den eed afnemen der in een Consistorie benoemde Abten, der Bisschoppen, der Auditeurs van de Rota, der Abbreviatoren, enz. Als de Paus overleden is houdt de jurisdictie van den Vicecancellarius op en wordt het Pauselijk zegel in tegenwoordigheid der Kardinalen gebroken (Bouix ‘de Curia Romana’ p. 271). Aanm. I. Als het opstellen der Bullen (gelijk veelal geschiedt) en derzelver verzending plaats heeft volgens de regels der Kanselarij, dan noemt men dit ‘per viam cancellariam’ of ‘per viam cancellariae’; geschiedt het opstellen dier Bullen buiten die regels om, dan noemt men dit ‘per viam cameram (of camerae) of ‘per viam secretam’. Zie nota (b). Aanm. II. De regels der ‘Cancellaria Apostolica’ vormen een bijzonder soort Pauselijke wetten. De eerste zijn gemaakt door Paus Joannes XXII (1331). Op hem volgende Pausen, vooral Nicolaas V (1447), hebben er verschillende aan toegevoegd. Men onderscheidt 3 soorten regels der Kanselarij: regulae directivae, reservatoriae en judiciales. Tegenwoordig bestaan er 72. Bij het begin van zijn Pontifikaat kan iedere Paus die regels wijzigen, doch die wijzigingen gelden niet voor die landen, waarmede de H. Stoel een Concordaat heeft gesloten, tenzij de respectieve regeeringen dier landen in die wijzigingen berusten. Tegenwoordig | |||||||||||
[pagina 498]
| |||||||||||
worden die regels niet meer gepromulgeerd, doch alléén aan de ambtenaren der Kanselarij bekend gemaakt. (C 60, 61 en de nota op 61). Aanm. III. Het woord ‘Cancellarius’ komt van ‘cancellari’ een schrift met × dwarsstrepen door halen. Het gebeurt dan ook nu en dan, dat de Datarie clausulen in het een of ander stuk lascht, die door den Kanselier geschrapt worden. | |||||||||||
II
| |||||||||||
[pagina 499]
| |||||||||||
wier waarnemend Prelekt en leden dikwijls in moeilijke omstandigheden door den H. Vader geraadpleegd worden, alsook Prefekt van de H. Congregatie van Loretto (S. Congregatio Lauretana)Ga naar voetnoot(r). Ook is hij Voorzitter van de Kardinalen-Commissie tot beheer der roerende en onroerende goederen van den H. Stoel en der St. Pieterspenning (K. 1257, 1258, 3e d. en B. n. 122). Hij zorgt voor alles, wat op de Kerkelijke Politiek betrekking heeft, leidt de onderhandelingen met de verschillende Staatsregeeringen en laat alle politieke dokumenten opstellen en verzenden. Verder accrediteertGa naar voetnoot(s) hij alle gezanten bij de Hoven, staat aan het hoofd van alle Nuntiaturen, InternuntiaturenGa naar voetnoot(t), Legaten, Buitengewone Ambassadeurs, Apostolische Delegaten, Buitengewone Gezanten en Zaakgelastigden, terwijl de leden van het bij het Vatikaan geaccrediteerde Corps diplomatique met hem hun zaken verhandelen (B. n. 127). | |||||||||||
[pagina 500]
| |||||||||||
Vroeger was hij daarbij nog de eigenlijke Staatsminister, zoowel in geestelijke als in wereldlijke aangelegenheden. Bij zijn zooveel omvattende werkzaamheden, wordt hij bijgestaan door een Onderstaatssekretaris, één der 9 Geheim-Kamerheeren in werkelijken dienst uit den Geestelijken stand en als zoodanig lid van het Pauselijk Hof, welke Ondersekretaris tevens Sekretaris is van het Cijferschrift ‘Secretarius ciffrarum’ (B. 15 ad 3); verder wordt hij bijgestaan door den Sekretaris der Breven aan de Vorsten, door den Sekretaris der Latijnsche brieven, door Minutanten, die den korten inhoud der stukken aangeven door schrijvers, welke die minuten uitwerken, door Archivarissen enz. Het Staatssecretariaat belast zich met het voor de onderteekening gereed maken of, zoo zij in andere SekretariatenGa naar voetnoot(u) daartoe gereed gemaakt zijn, met het verzenden der Pauselijke brieven. Bij den dood des Pausen verliest de Staatssekretaris zijn waardigheid, doch hij is herbenoembaar. Dikwijls wordt de Sekretaris van het Conclaaf echter Staatssekretaris. Hij, alsook de Onderstaatssekretaris resideeren in het Vatikaan (R.W. 51, 55, R. 486-492, A. 1902), waarin ook het Staatssekretariaat is gevestigd. | |||||||||||
III
| |||||||||||
[pagina 501]
| |||||||||||
Breven zeer veel Apostolische dokumenten in den vorm van Breven (nooit in Bullenvorm) opgesteld en vandaar verzonden, voorzien van den afdruk in was van het visschersringstempel. (Zie Breve en Cr. n. 790, 1e d.) Vooral Breven die de toekenning van een eereambt, de verheffing in den persoonlijken of erfelijken adelstand, een dispensatie b.v. in een vorstelijk huwelijk, enz. bevatten, worden in deze sekretarie opgesteld. Van hieruit worden ook indulten voor het verleenen van aflaten aan kransen, rozekransen, kruisen en crucifixen, medailles en beeldjes, voor een oratorium privatum, voor het verlof daarin de H. Mis te lezen enz. verzonden (Cr. n. 791) alsook veel gunstbewijzen, die door de Datarie verleend zijn; met één woord: alle gunsten, die niet direkt door andere Congregaties verzonden worden, expedieert men aan deze sekretarie, tenzij de Bullenvorm gebruikt wordt. Aanm. Deze sekretarie is ook de Groot-kanselarij van alle Pauselijke Ridderorden. Zij bevindt zich in het Paleis der Apostolische Kanselarij (B. n. 117). | |||||||||||
IV
| |||||||||||
[pagina 502]
| |||||||||||
Stoel te bestijgen zooals Pius II in 1458, Marcellus II in 1555, Clemens IX in 1667. De Sekretarie der Breven aan de Vorsten voert de correspondentie met de Souvereinen, Staatshoofden en leden van vorstelijke Familiën. Gewoonlijk bedient deze Sekretarie zich van brieven, somtijds van breven. Deze laatste worden veelal op perkament geschreven en door den Sekretaris dezer Sekretarie opgesteld, onderteekend en vandaar verzonden; somtijds echter worden zij door den Paus onderteekend en in dit geval van zijn privézegel voorzien. Ook worden de Pauselijke Encyclieken en de Apostolische Brieven in deze Sekretarie opgemaakt en van daar verzonden; eveneens worden de Pauselijke Allocutiën, die de H. Vader in de Consistories houdt, aldaar opgemaakt. (B. n. 15 en n. 143, A. 1902, R. 499). Deze Sekretarie is in het Vatikaan gevestigd, waar ook haar Sekretaris resideert. | |||||||||||
V
| |||||||||||
[pagina 503]
| |||||||||||
de welwillende gevoelens van den H. Vader te hunnen opzichte mede te deelen. Verder wordt in deze Sekretarie die Correspondentie des Pausen gevoerd, welke niet tot de competentie van andere Sekretariëen behoort (B. n. 15, 144, R. 499 en Cour de R. p. H., I pag. 2337). Ook deze Sekretarie is in het Vatikaan gevestigd, waar haar Sekretaris resideert.
Oss. Bas. van Kesteren, Karmeliet. |
|