Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1904

(1904)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– rechtenstatus

Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

De Katholieke godsdienst in de Vereenigde Staten

I. - Beginselen der Kerk.

De evangelische veropenbaring schijnt in Noord-Amerika het eerst gepredikt op de oostersche kusten van de huidige Vereenigde Staten, en zelfs, volgens sommigen, tot in Mexico vóór de ontdekking van Amerika door Columbus in 1592. Nochtans waren op het einde der zestiende eeuw nog slechts duistere geheugenissen aan de christene religie in gansch het westersche werelddeel. Met de Spanjaards en de Franschen kwamen nu missionarissen in groot getal, en zij plantten het kruis in alle gewesten waar de vlag hunner katholieke koningen wapperde. Canada in het Noorden, Florida, Louisiana en Mexico in het Zuiden, zagen dus christelijke missiën stichten waar de Indiaansche inboorlingen te samen met hunne Europeesche meesters de ware religie aankleefden en ze uitoefenden. Zelfs waar de antikatholieke Engelschen aan de papisten de intrede hunner provinciën op het strengste ontzegden, zag men door Lord Baltimore, met vergunning van Karel I, eene katholieke volksplanting stichten in Maryland (1614); maar na korte jaren veroverden de protestanten ook de bovenhand en brachten het door hunne vervolgingen zoo verre dat de eigen afstammelingen van Baltimore in de achttiende eeuw de kerk hunner voorvaders verzaakten en dat er slechts eene kleine minderheid des volks nog het katholiek geloof bleef belijden. Wat heden de Vereenigde Staten uitmaakt, scheen voor immer eene uitsluitelijk protestantsche natie te zullen blijven.

II. - Vrijheid wordt toegestaan.

De opstand der Engelsche koloniën tegen hunne moederstreek (1776) en de erop gevolgde onafhankelijkheid dezer Vereenigde Staten (1783), bracht eene wenschelijke verandering te weeg. In de vrijgevochten provinciën bleef de protestantsche eeredienst, wel is waar, nog de staatsgodsdienst, maar de vrijheid des gewetens werd wettelijk erkend, en de katholieken, zoowel als de Quakers en de Anabaptisten en alle andere sekten mochten ongehinderd hunne leeringen belijden en verbreiden. De ‘Vader van zijn land’, de beroemde Washington, had niet weinig bijgedragen om de katholieken dit recht te doen wedervaren. Het was door hem dat de anti-pauselijke viering van Guy Fawkes, welke jaarlijks den 5ⁿ November de poedersamenzwering van 1605 te Londen aan de Roomschen verweet, te Boston werd afgeschaft. Er bestaat van hem eene redevoering aan de katholieken, waarin hij hun voor hunne medewerking in het bevrijden des lands hoogen lof toezwaait. De hulp, door het katholieke Frankrijk in den onafhankelijkheidsoorlog bijgebracht, werkte niet weinig mede om de oude puriteinsche en anglikaansche vooroordeelen tegen de kerk te verzwakken. Allengskens ook schaften de Staten, de eene na de andere, de officieele eerediensten af, en vóór het midden der negentiende eeuw waren alle burgers, van welk geloof ook, of van geen geloof, gelijk voor de wet, uitgezonderd alleen in den Staat New Hampshire, waar enkel protestanten bestuurlijke ambten konden bekleeden; doch ook daar is sedert 1878 geen onderscheid meer om reden van religie.

III. - Uitbreiding der Republiek.

De dertien oorspronkelijke Vereenigde Staten besloegen maar het oostelijk gedeelte der tegenwoordig zoo uitgestrekte Republiek. Zij bekwamen ‘zusterstaten’, zooals zij ze noemen, door verdeelingen, aankoopen, vredeverdragen en veroveringen. In het jaar 1904 tellen zij 47 Staten, benevens 1 streek of ‘territory’, de buitenlandsche nieuwe provinciën,

gelijk de Philipinen, Porto Rico, enz. niet medegerekend. Iedere nieuwe aangenomen Staat, zooals Arizona en Oklahoma het nu zijn, voegt eene nieuwe sterre bij op het nationaal vaandel met zijne dertien strepen, de geliefkoosde ‘Stars and Stripes’ van allen vaderlandminnenden Amerikaan.

IV. - Ongunstige toestand.

De toestand van het katholicismus, ten tijde van het onafhankelijkheids vredeverdrag, was verre van toelachend. Op de 2.500.000 inwoners der nieuwe Republiek waren er nauwelijks 30.000 geloovigen, bediend door omtrent dertig priesters, meest allen ‘afgeschafte’ Jezuieten, onder het beheer van den verafgelegen apostolischen vikaris van Londen in Engeland. Vele katholieken waren ieverig en gehoorzaam; een klein getal echter waren doordrongen van de valsche leeringen van het Josephismus en het Gallicanismus, wat later in verscheidene steden aanleiding moest geven tot wanorders en scheuringen.

V. - Eerste bisdom.

In 1789 richtte Pius VI het eerste bisdom op in de Vereenigde Staten, namelijk te Baltimore, in Maryland, met den doorluchtigen John Carroll, ex-Jezuiet, een kind des lands, als herder. De kerkvoogd ontving zijne zalving in Engeland in het jaar 1790, en door hem werden voortaan zijne medehelpers in het bisschoppelijk ambt in Amerika zelve ingewijd. Er was een nieuw gewest voor de katholieke Kerk geboren, dat van nu aan eene reusachtige uitbreiding zou nemen. Dit zullen wij kortbondig trachten aan te toonen.

VI - Katholiek Louisiana.

In 1803 kochten de Vereenigde Staten van Napoleon de uitgestrekte provincie van Louisiana, welke bestemd was om zoo veel nieuwe Staten voor de Republiek uit te maken. Dit jaar, 1904, viert men juist

deze gebeurtenis door de groote wereldtentoonstelling van St-Louis, in Missouri, een der uit het oude Louisiana gekerfde Staten. De katholieke Kerk zal daar in verschillige vakken ook meedoen, om bijzonderlijk hare geschiedenis in de zendingen en hare liefdadigheidsgestichten te doen kennen.

VII. - Krijgt weder bisschop.

New-Orleans, de hoofdstad der nieuwe aangeworven streek, was sedert eenige jaren zonder bisschop; Mgr. Carroll werd belast met het bestuur van het bisdom, zoodat hij zijne macht nu uitoefende over de gansche Republiek. Slechts in 1815 werd Mgr. Dubourg, later aartsbisschop van Besançon in Frankrijk, bekleed met den titel van bisschop van New-Orleans. Waar hij alleen de weerdigheid bezat, zijn nu omtrent de twintig aartsbisschoppen en bisschoppen met duizenden priesters.

VIII. - Nieuwe bisdommen.

Om zijn uitgebreid gebied te kunnen besturen, bekwam aartsbisschop Carroll eenen coadjutor in 1800; doch zelfs met hem, bijzonderlijk nadat hij het verslapte bisdom van New-Orleans in 1806 had overgenomen, vond hij den last te zwaar, en op zijne vraag schiep Pius VII in 1808 vier nieuwe bisdommen, namelijk van Bardstown (nu Louisville), van Philadelphia, van New-York en van Boston. Er konden dan, met New-Orleans erin begrepen, in de zes Amerikaansche bisdommen, 70 priesters zijn met 80 kerken en 2 mannen- en 3 vrouwenkloosters, voor ongeveer 150.000 geloovigen, op eene gezamenlijke bevolking van omtrent 7.000.000 zielen.

IX. - Eerste kloosters.

De Kerk deed gestadig voortgang. Niettegenstaande veel beletsels, die wij in 't korte zullen aanduiden, stichtte zij overal nieuwe parochiën en ontving

zij van Europa of wijdde zij zelve nieuwe priesters, terwijl kloosterlingen van menige orders haar krachtigen steun toebrachten. Onder deze kloosterlingen waren de Ursulinen (1727), de Sulpicianen (1791), de Jezuieten (in Amerika hersteld in 1806), de Karmelitersen (van België 1790) en de Visitandinen (1808). Deze geestelijke huizen waren de voorloopers der duizende kloosters die nu over Noord-Amerika verspreid zijn.

X. - Nieuwe Staten.

Ondertusschen breidden ook de Vereenigde Staten hun grondgebied uit en stegen ze in bevolking. Van de Spaansche en Mexikaansche mogendheden kochten of veroverden zij Florida in 1825, Texas in 1846, en New-Mexico met California in 1848. Al deze landen waren met naam katholiek, maar met der daad waren zij bijna gansch ontbloot van religie. Hun bestuur was in de handen van vrijmetselaars, hunne geestelijkheid was onwetend of bedorven, hunne bevolking was ononderwezen. Edoch de kerkelijke overheid had er aanstonds eene vrije hand, en op korten tijd was er onder de katholieken dier streken eene groote verandering ten goede te bespeuren. Ongelukkig werden zij overstroomd door niet-katholieke landverhuizers, en, New-Mexico, nu in éénen staat vereenigd met Arizona, uitgenomen, zijn zij heden in groote meerderheid protestanten of ongeloovig.

XI. - Aangroei der katholieke bevolking.

Terwijl de bevolking der Staten door geboorten en landverhuizing snel aangroeide, gingen de katholieken nog met snelleren stap vooruit. Bij den aanvang waren zij ten getalle van omtrent 1 op 100 inwoners; in 1850 waren er 1.700.000 op eene bevolking van 23.000.000 zielen, dus omtrent 1 op 13; tegenwoordig zijn er waarschijnlijk 14.000.000 op omtrent 79.000.000, dus ongeveer 1 op 5.50.

XII. - Van bisschoppen en priesters.

De vijf bisdommen van 1808 werden achtereenvolgens verdeeld en weder verdeeld tot dat zij, na min dan 100 jaren, het merkbaar getal bereikt hebben van 14 aartsbisdommen, 72 bisdommen, 3 apostolische vikariaten en eene prefektuur, bestuurd en bediend door 1 apostolieken delegaat, 1 kardinaal-aartsbisschop, 15 aartsbisschoppen, 85 bisschoppen en 1 prefekt, terwijl de 30 priesters van 1783 geklommen zijn tot een totaal van 13,267, waarvan 3.330 aan 36 verschillende orders toebehooren.

XIII. - Oorzaken van aangroei: 1^o Vrijheid.

Waaraan is deze gezegende voortgang te danken? Veel oorzaken hebben er ongetwijfeld toe bijgedragen. Wij zullen trachten de bijzonderste in korte woorden te beschrijven.

Eerst en vooral moet men de vrijheid noemen, welke de Kerk in de Vereenigde Staten geniet. In de Spaansche bezittingen, alle katholiek met name, was het de vrijmetselaars- of Josephistische overheid die de geestelijkheid de wet spelde; men ziet er den uitslag van in den vernederden staat der religie in al die landen; in de Staten is het de paus die meester is en die, door zijne vrijbenoemde bisschoppen, zijne priesters en geloovigen regeert; en daarom, niettegenstaande hare minderheid in getal, in rijkdom en in invloed, is de Kerk er gewassen van een kleine struikplant tot een gezonden, machtigen boom. Het is waar, zij lijdt er nog door het wettelijk zoogezegd onzijdig onderwijs, dat vele harer kinderen met schade voor hun geloof ontvangen moeten; maar, alles ingezien, geniet zij groote vrijheid, en niet alleen vrijheid, maar eene ware bescherming van den Staat. Zoo kan zij onverhinderd kerken, scholen, liefdadigheidsgestichten, kerkhoven stichten en inrichten als civiele personen (dit ten minste in bijna al de Staten); hare bedienaars worden vrijelijk benoemd door paus en bisschop; hare geschillen worden door gerechtshoven

beslecht volgens hare eigene kanonieke wetten; met een woord, zij mag zeggen dat zij hier gansch thuis is. Laat de Kerk haren vrijdom, en zij moet groeien.

XIV. - 2^o Geboorten.

Eene tweede oorzaak van den aanwas der katholieken in de Vereenigde Staten is te vinden in de natuurlijke vermenigvuldiging der familiën. Gezegend met talrijke afstammelingen, zijn deze in het algemeen grooter dan die der oude Amerikanen, bijzonderlijk in Nieuw-Engeland, waar kinderen meer aanzien worden als een te vreezen last dan als engeltjens voor het huishouden. De plaag van het begrenzen der familie, welke dreigt de puriteinen uit te delgen, is grootendeels nog onbekend onder de katholieken. Aldus, niet belemmerd door overbevolking, kunnen zij weelderig groeien gelijk zij werkelijk doen in de zes Staten van het genoemde Nieuw-Engeland, dat haast zal Nieuw-Ierland of Nieuw-Canada mogen genoemd worden om reden van den oorsprong zijner nieuwe bewoners, Ierlanders en Canadianen.

XV. - 3^o Landverhuizing uit Europa.

Dan komt als eene derde oorzaak de wonderbare invloed van landverhuizers uit Europa. Deze zijn, wel is waar, niet allen katholieken, en zoo is het protestantismus ook veel verschuldigd aan de nieuwgekomene medegeloovigen uit Engeland, Schotland, Holland, Duitschland en de Scandinavische rijken, die zich hier ook met honderden en duizenden kwamen vestigen; edoch zijn sedert het begin der achttiende eeuw een groot deel der landverhuizers naar Amerika gekomen uit katholiek Ierland, katholiek Duitschland, katholiek Canada en andere getrouwe gewesten der oude wereld. En wanneer deze bronnen aanvingen te verminderen, zijn de katholieken in massa beginnen aan te landen uit Italië, Polen en andere Slaafsche landen. Het is ten grooten deele aan de verarming en de verdrukking van Ierland te danken dat in de jaren

veertig der verledene eeuw de geloovigen in het Engelsch sprekend Amerika zoo snel aangroeiden. Nu zijn het de Polen en de Italianen die een beter lot komen zoeken onder het sterrevaandel der Staten. En van dezen is het nog maar de voorwacht; zij zullen gevolgd worden door millioenen.Ga naar voetnoot(1)

XVI. - Deze niet zoo goed als eertijds. Italianen.

Ongelukkiglijk staat de hoedanigheid van de laatste aankomers niet even met de hoeveelheid. De Italianen, meest allen uit de Siciliaansche provinciën, zijn matig en vreedzaam genoeg; maar velen van hen zijn onwetend en onverschillig aan het uitoefenen hunner religie. Niet gewoon bij te dragen voor het onderhoud van den godsdienst, schrikken zij terug voor het vervullen van het zesde gebod der Kerk in Amerika: ‘Gij zult uwen pastor, kerk en school onderhouden.’ Ook worden er velen gansch koel in hunne religie en laten zij hunne kinderen opgroeien in het ongeloof. Veel wordt gewerkt in sommige plaatsen om dit onheil te bekampen. In Chicago zijn er niet min dan tien kerken te hunnen uitsluitelijken dienst, en in New-York even zooveel; maar het getal van hen die ze niet bezoeken overtreft bij verre dat der getrouwen. Slechts katholieke scholen kunnen deze nieuwkomers van het verlies des geloofs bevrijden.

XVII.
Hoedanigheden der nieuwe aankomers. Polakken.

De Polakken zijn getrouwer; zij zijn godvruchtig en vrijgevig, maar zij zijn hitsig, en ze laten zich gemakkelijk opwinden tot woeligheid en geweld. Eene taal sprekende waarmede slechts weinig andere katho-

lieken, bisschoppen en priesters, bekend zijn, is het gemakkelijker voor verleiders hen van den waren weg af te leiden, en zoo is het gebeurd dat er nu duizenden van hen in scheuring leven met twee schismatieke bisschoppen aan het hoofd, door de Jansenistische ketters gewijd, te Chicago en te Buffalo. Toch keeren er velen dezer allengskens terug, en de Poolsche onafhankelijke kerk schijnt het lot te zullen deelen der oud-katholieken van Duitschland. Na eenige jaren zal men ze vruchteloos zoeken.

XVIII. - Hongaren, Slovakken, Bohemers, Grieken.

De Hongaren en Slovakken zijn nog al getrouw, alhoewel somtijds ook woelig. De Bohemers zijn meer genegen tot verzuiming hunner plichten, hoewel zij niet weinig kerken onderhouden, zooals in Cleveland en Chicago. De vereenigde Grieken zijn goed, maar zij geven verergenis met hunne gehuwde priesters in het land te lokken. Zij zouden moeten bediend worden door kloosterlingen.

Al te samen brengen deze landverhuizers een merkelijk aandeel bij voor de katholieke bevolking der Vereenigde Staten. Mogen zij allen volherden.

XIX. - 4^o Bekeeringen.

Eindelijk is er eene vierde oorzaak van aangroei: de bekeering van protestanten en andere niet-katholieken. Zoo talrijk zijn zij niet dat men eruit zou mogen verhopen de Amerikaansche natie binnen afzienbaren tijd katholiek te zien worden; doch, eerst met honderden en nu met duizenden per jaar, vergrooten zij op eene verblijdende wijze de menigte der geloovigen. De bekeerden zijn gewoonlijk de uitgelezene leden hunner eigen sekten of societeiten: predikanten, advokaten, nijveraars. Van alle kanten komen zij, en zij worden ieverige werkers voor het overhalen hunner voormalige geloofsgenooten. Te New-York bestaat er sedert drij of vier jaren een bekeerlingsbond die neerstig arbeidt voor de voortplanting van hun nieuw geloof. Hij telt honderde leden.

XX. - Zendingen aan niet-katholieken.

Onlangs begon een Paulisten-pater, de eerw. heer Elliott, zendingen te geven aan zoogenoemde nietkatholieken in stadhuizen, theaters, schoolgebouwen en zelfs in protestantsche tempels. Zij bestonden in uitleggingen, in aanspraken en vlugschriften van de katholieke leeringen, zonder de protestantsche rechtstreeks te wederleggen, in het antwoorden op de vragen die elkeen in de ‘vraagbus’ mocht steken, in het herstellen der historische waarheid betrekkelijk de beschuldigingen hier zoo verspreid op de pauzen, op de aflaten, op de biecht, op St-Bartholomeus slachterij, enz. De uitslag was zeer aanmoedigend. Nog al veel bekeeringen en, wat veel waard is, de verdwijning of de vermindering der vooroordeelen tegen het katholicisme waren het gewoon gevolg. Pater Elliott's werk werd door andere priesters opgenomen en tegenwoordig zijn er omtrent veertig missionarissen die er zich uitsluitend in verscheidene bisdommen aan toewijden. Te Washington werd door de Paulisten-paters bij de katholieke Universiteit een gesticht opgericht, onlangs ingezegend, waar jonge priesters gedurende drij jaar zullen onderricht worden in de wetenschap en de methoden die best geschikt zijn om niet-katholieken te bekeeren. De toekomst belooft voor hunnen arbeid eenen overvloedigen oogst.

XXI. - Tegenkantingen.

Met al deze middelen moest de Kerk in de Vereenigde Staten reeds veel meer kinderen tellen, hadden de haar vijandige machten haar niet zoo hevig bekampt. Hier, gelijk overal waar zij groeide, heeft zij bittere tegenstrevers ontmoet, en in den strijd zijn er ook vele harer krijgers gesneuveld. Te verwonderen is het dat er zoo vele millioenen de nederlaag ontkomen zijn.

XXII. - 1^o Gebrek aan priesters.

Eerst en vooral in den aanvang leed de Kerk in Amerika door gebrek aan priesters, kerken en scholen. Wat waren honderd of vijf honderd geestelijken, of later duizend, voor eene bevolking die verspreid was over een grondgebied bijna zoo groot als Europa? En waren zij dan nog allen apostels geweest! Er kwamen er ongelukkig maar te veel uit Europa wier tegenwoordigheid niet zelden meer schade deed dan goed aan hunne arme kudden; en zelfs, als zij het goed meenden, misten zij nog dikwijls den gewenschten uitslag door hun verschil in taal, in gebruiken, in nationaliteit met hunne onderhoorigen. Hieruit volgden hier en daar woelingen, opstanden, scheuringen en bijgevolg verlies van zielen.

XXIII. - 2^o Gebrek aan kerken.

Kerken ontbraken ook. In de Staten draagt de Staat niets bij tot hulp der eerediensten; de gebouwen, hun onderhoud, het loon der geestelijkheid moeten bekostigd worden door vrijwillige bijdragen der geloovigen. Men kan beseffen wat last dit was voor de eerste Amerikaansche katholieken. Meestal arme werklieden, die zich trachtten een karig bestaan te verzekeren met zwaren arbeid als landbouwers, als daglooners, als dienstboden, hadden zij nog van hunne geringe winsten een niet klein deel af te nemen voor de kerk en den priester. Dit deden zij, bijzonderlijk de getrouwe Ierlanders, zeer geern; maar het was boven hunne macht op eens al de noodige kerken, pastorijen en scholen te bouwen. Ten andere, menigen hunner waren te wijd van malkander verspreid om parochiën te kunnen vormen. Hadden zij het bezoek van eenen priester ten hunnen huize, eens of twee maal 's jaars, dit was niet genoeg om den geest van religie levend te houden en om de kinderen een praktisch geloof in te boezemen. Het is gemakkelijk om

verstaan hoe dus gansche stammen die katholiek zouden moeten zijn tot de ketterij, in het midden derwelke zij leefden, of tot onverschilligheid zijn overgegaan. Deze verliezen komen nog dagelijks voor waar katholieken verre van eene kerk gevestigd zijn.

XXIV. - 3^o Gebrek aan scholen. Publieke scholen.

Scholen, waar de religie de kinderen ingeplant moet worden, waren nog schaarscher dan kerken. Het Amerikaansche niet-katholieke volk is vooringenomen met scholen, zoogenoemd publiek of ‘unsectarian’ waartoe alle lastbare burgers rijkelijk, lief of leed, moeten bijdragen en confessioneele scholen, gelijk zij bestaan in België, in Engeland, in Duitschland, durft men nog lang niet hopen, dat de besturen der Staten ze zullen ondersteunen. De publieke God-niet-kennende school is als een punt des geloofs voor de meerderheid des volks; de predikanten onderhouden het arglistig in zijne dunkwijze, daar zij hier een middel in zien om de katholieke Kerk haren invloed op de nieuwe geslachten te doen verliezen.

XXV. - Vrije scholen.

Om die ramp te vermijden, worden er met groote onkosten, overal, waar het mogelijk is, voor de geloovigen katholieke scholen gesticht, en het derde Concilie van Baltimore, in 1884, maakte dit tot zware plicht voor priesters en leeken. Zoo bestaan er nu in de gansche Republiek over de 4.000 scholen, bezocht door omtrent 1.000.000 kinderen. Dit schijnt een hoog getal, maar het is verre beneden de noodwendigheid. Honderd duizenden andere kinderen moeten hun onderwijs bekomen in Staatsscholen, waar de geest dikwijls anti-katholiek is of ten minste doordrongen met volkomene vergetelheid van het bovennatuurlijke. Dat er hun geloof door verzwakt en somtijds uitgedoofd wordt kan geen twijfel lijden.

XXVI. - 4^o Gemengde huwelijken.

Veel schade wordt ook de Kerk toegebracht door de huwelijken van katholieken met niet-katholieken, gedoopt of ongedoopt. Door de verdraagzaamheid welke de protestanten aan de katholieken zoo goedgunstig bewijzen, is het gekomen dat er tusschen de twee soorten van christenen zulk geen afkeer bestaat als in landen waar er vervolging heerscht, en uit de vriendelijke betrekkingen springt niet zelden genegenheid die tot huwelijksvereenigingen, gemengde huwelijken, maar al te dikwijls aandrijft. Wel is waar, indien de toelating der Kerk gevraagd wordt, legt zij strenge voorwaarden op tot verzekering van het geloof der katholieke partij en de kinderen. Maar de ondervinding leert dat deze beloften gemakkelijk vergeten geraken en dat, zelfs als zij gehouden worden, deze familiën niet zoo ieverig zijn als die waar beide ouders hun kroost het voorbeeld geven van katholieke overtuiging en oefening.

XXVII.
5^o Huwelijken vóór ministers of beambten.

Wat erger is, maar te dikwijls worden deze huwelijken gesloten zonder beloften, vóór eenen protestantschen minister of vóór eenen wereldlijken beambte, die immer veerdig zijn om dus onberaden herten wettelijk te vereenigen, met min onderzoek der omstandigheden en minderen onkost, en het is licht om verstaan hoe zulke bonden tot het verlies van religie moeten medewerken. Het is om zooveel ergeren uitslag te voorkomen dat de geestelijke overheden zich niet te moeilijk mogen toonen in het toestaan van dispensatiën. Zelfs met dispensatie zijn de gemengde huwelijken nog gevaarlijk; wordt dispensatie geweigerd, dan stelt men zich bloot aan nog slechtere gevolgen.

XXVIII. - 6^o Echtscheidingen.

Een verdere oorzaak van verlies zijn de huwelijken van echtgescheiden katholieken of van katholieken met echtgescheidene protestanten. De wereldlijke wetgeving, met uitzondering van één Staat, Zuid-Karolina, vergunt volle echtscheiding in meest al de Staten, zelfs voor beuzelachtige redenen, en de menschelijke zwakheid is zoo groot dat zij die eene echtscheiding begeeren deze gaan zoeken waar zij ze zeker zijn te bekomen. Wat kan men van katholieken verwachten die zich aldus ongeldig na echtscheiding durven verbinden? Zij zijn gemeenlijk onder het getal van degenen die hunne moederkerk verzaken of vergeten, en zoo zijn er ongelukkig maar te veel in het vrije Amerika.

XXIX.
7^o Samenzweringen tegen de Kerk: 1828, 1844, 1854, 1884.

Nog eene oorzaak van tegenspoed der religie in de Vereenigde Staten zijn de vervolgingen, welke verbitterde protestanten van tijd tot tijd tegen haar bewerkt hebben. Het is waar, buiten de schoolinrichtingen en de dikwijls te protestantsche geestelijke zorg van de staatsgestichten voor gevangenen en weezen, zijn bijna geene officieele akten door de wetgeving tegen de katholieke inwoners der Staten bekrachtigd geworden; maar herhaaldelijk zijn samenzweringen door hunne vijanden gesmeed om ze met geweld aan te randen en zooveel mogelijk te vernielen. Zoo, in 1829, ter gelegenheid der Emancipatie van de katholieken in Engeland, begonnen predikanten het volk tegen hen op te hitsen in Amerika, en zij brachten eene beweging in 't leven die in 1834 ten hevigste klom met het in brand steken van het klooster der Ursulinen te Charlestown nabij Boston, eene euveldaad die nooit door de wet werd gestraft. In 1844 voerden de Nativisten den krijg per woord en schrift tegen de zooge-

noemde vreemde papisten, en zij brandden te Philadelphia twee kerken en een klooster af; maar in New-York en in Providence werd hun gewapende tegenstand geboden door de katholieke Ieren. Een tijd bleef de vervolging gedoofd; doch tien jaar later werd zij hernomen door de ‘Know-nothings’, die den pauselijken afgevaardigde, Mgr. Bedini, hoonden en zelfs trachtten te vermoorden; hier ook ontmoetten zij evenwel de geduchte zelfverdediging der Ierlanders. Eindelijk in onzen tijd kwam de ‘American Protective Association’ of de zoogenoemde ‘A.P.A.’ tot stand om de katholieken te vernederen en te verdrukken. Ten dien einde zwoeren zij te samen in een geheimen bond en zij bliezen hunne protestantsche medeburgers den geest vol met alle slag van leugenen lastertaal tegen paus, priesters en kloosterlingen. Doch deze poging der hel had nog min bijval dan de voorgaande veldtochten tegen den ‘Antichrist’ van Rome, en de logiën der A.P.A. zijn, de eene na de andere, voor vergaderingen van betergezinde genootschappen verkocht of aangeslagen geworden. Tegenwoordig hoort men van geene nieuwe ontwerpen van vervolging.

XXX. - Maatschappijen: Verbodene.

De Vereenigde Staten zijn het beloofde land van maatschappijen van allen aard, openbare en geheime. De laatste blijven niet ten achter in het benadeelen der Kerk. Niet dat zij, zelfs de vrijmetselaars, rechtstreeks, gelijk zij doen in katholieke landen, den godsdienst bestrijden, maar omdat de grondleer van een groot getal eene naturalistische is welke het geloof in het bovennatuurlijke allengskens verzwakt en uitdooft. Overigens zijn zij min of meer in verband of eensgezindheid met uitheemsche bonden van kerkvijanden, en zij brengen katholieken in zaken van leering en gedrag te nauw in verkeer met ongeloovigen en ketters. Zij zijn alle de eene meer, de andere min, gevaarlijk voor het geloof der medeleden.

XXXI. - Gevaarlijke.

Daarom ook is aansluiting met de vrijmetselaars ten strengste verboden en eveneens drij andere genootschappen, waaronder voornamelijk dat van de ‘Odd Fellows’ (aardige mannen). De vrijmetselaars tellen in de Staten 965.000 leden, de Odd fellows 1.193.749. De twee andere verboden bonden en vele die, hoewel niet verboden, toch gevaarlijk zijn, beloopen tot millioenen. Begeerte van bescherming, noodwendigheid van mutualiteiten en levensverzekering, gretigheid naar vermaak en verholenheid brengen ook niet weinig katholieken in de gevaarlijke en zelfs in de verbodene maatschappijen. Vooral waar er geene geoorloofde genootschappen bestaan om hunne aanlokkingen af te weren, laten katholieken, ook met gevaar voor hunnen godsdienst of zelfs ten koste van 't verlies van hun godsdienst, zich inschrijven en inwijden.

XXXII. - Katholieke bonden.

Daarom ook is het dat de priesters, overal waar hunne geloovigen talrijk en welstellend genoeg zijn, dergelijke, maar christelijke genootschappen oprichten of voorstaan, opdat de kinderen der Kerk zich van deze gevaarlijke bonden gemakkelijker zouden kunnen onthouden. Buiten de echt kerkelijke genootschappen voor godsvrucht en liefdadigheid bestaan er vele maatschappijen voor onderlingen bijstand, voor matigheid, voor verzet en vermaak, volgens katholieke regels ingericht, onder het toezicht der geestelijkheid. Eene bijzondere melding ervan zou te veel plaats vereischen, het zij genoeg er eenige te vermelden welke gansch nieuw en aan Amerika eigen zijn.

XXXIII. - Ridders van Columbus.

Dewijl de vrijmetselarij met hare geheimen, hare mystieke inwijdingen en hare beschermende zorg voor hare leden, zulk eene aanlokkende vereeniging is voor de burgerij, dacht een priester van Connecticut dat

er voordeel zou liggen in het stichten van eene societeit van denzelfden aard voor katholieken, maar ontbloot van alles dat ze ongeoorloofd of gevaarlijk zou maken. Hij verzon daarop het genootschap der ‘Ridders van Columbus’, door en door katholiek in voorwerp en regels, doch geheim zooveel het de Kerk gedoogt; hare leden worden ook ingewijd met paswoord, handgroet, plechtige en aardige ceremoniën, ten einde aan de Ridders wederzijdsche bescherming en vermaak te verschaffen en den katholieken godsdienst te dienen en te verdedigen. Geene kandidaten worden aanvaard tenzij na een exaam in den Katechismus en na eene belofte van christelijk leven onder de gehoorzaamheid van paus, bisschop en pastoor. Fabrikanten of verkoopers van alkoolische dranken moeten zich niet aanbieden.

XXXIV. - Hunne macht en aangroei.

De Ridders van Columbus, eerst ingericht in 1882, zijn snel aangegroeid. In hunne vier graden tellen zij reeds 809 ‘Councils’ met 98.000 leden. Tot nu toe schijnen zij met eenen goeden geest bezield. Zij ondersteunen de katholieke UniversiteitGa naar voetnoot(1) en andere gestichten, onderhouden zendelingen en werken op vele wijzen voor den voortgang en verdediging der religie. Zij hebben veel twijfelaars en Godvergeten katholieken versterkt en verbeterd, en door hunne talrijke vergaderingen doen zij de geloovigen beseffen hoe machtig de katholieken zouden kunnen zijn zoo dat zij van niemand hunne rechten onder de voeten zouden moeten laten trappelen.

XXXV. - Dochters van Isabella.

In navolging van dit mannengenootschap is ook een dergelijk voor vrouwen tot stand gekomen, dat

den naam voert van ‘Dochters van Isabella’ (van Spanje). Het bestaat uit dames die, zooveel haar geslacht betaamt, zich in een geoorloofd geheim genootschap vereenigen met het doelwit hare religie te beoefenen, te ondersteunen en te verdedigen, zich treffelijk te samen te verzetten en malkaar ter hulp te komen. De societeit is nog maar in haar begin.

XXXVI. - Dochters van het geloof.

Eene andere, niet geheime, maatschappij werd verleden jaar te New-York gesticht onder den naam van ‘Filiae Fidei’ Dochters van het geloof. Hare medeleden zijn dames van den hoogeren stand, die zich verbinden tot het onderhouden en het verdedigen van christelijke zedigheid in het sociaal leven. Zij beloven geene onnoodige gemeenschap te hebben met echtgescheiden opnieuw gehuwde personen en zich zedig te kleeden, volgens het onlangs door Zijne Heiligheid Pius X aan de dames van Rome uitgedrukt verlangen. Onnoodig te zeggen dat zulke standregels, in de wereldsche stad van New-York aangenomen, eenen diepen indruk gemaakt hebben. Er zijn er zoovele die ze bijna voor een persoonlijk verwijt moeten aanzien hebben.

XXXVII. - Katholieke levenskracht.

Zoo men ziet, is de katholieke Kerk niet onwerkzaam op het veld, haar door haren Meester in de Vereenigde Staten aangewezen. Hare werkzaamheid blijkt bijzonder uit in het bouwen en bedienen van kerken en missiën, in het inrichten van het katholiek onderwijs voor alle graden en in het oprichten van alle slach van liefdadigheidsgestichten. Over dit alles werden reeds in het voorgaande eenige woorden gerept; nu nog eenige inlichtingen ter voltooiing dezer schets.

XXXVIII. - Lager onderwijs.

Katholieke lagere scholen, uitsluitend door de vrijwillige bijdragen der geloovigen gesticht en onder-

houden en gewoonlijk door Broeders of Zusters bestuurd, zijn nog, zooals reeds gezegd werd, bij verre na niet talrijk genoeg; doch zij groeien langzaam aan. Zij zijn maar mogelijk waar genoeg katholieken bij malkaar wonen om de kinderen toe te laten die scholen dagelijks te bezoeken, en waar daarenboven geldmiddelen kunnen ingezameld worden boven het volstrekt noodige onderhoud van kerk en priester. Zij moeten ook zoo ingericht zijn dat zij omtrent even goed zijn als de rijk betaalde openbare scholen; anders zou er een voorwendsel bestaan om er de kinderen niet naartoe te zenden. Hieruit beseft men licht de zwarigheid der zaak. In groote steden kost de grond voor eene school spoedig een half millioen frank, de gebouwen nog een half millioen; het onderhoud (voor duizend tot twee duizend kinderen) gemakkelijk vijftig duizend frank. Op kleinere plaatsen zijn natuurlijk de onkosten veel geringer.

XXXIX. - Zijn aangroei.

Niettegenstaande al deze moeielijkheden is de Kerk er in gelukt 4.000 parochiale scholen tot stand te brengen, waarin ongeveer een millioen kinderen het godsdienstig zoowel als het wereldlijk onderwijs genieten. Alle jaren groeit het getal aan, vooral onder de Duitschers, de Polen en de Canadianen. Het is moeielijker om de Engelsch-sprekende katholieken tot de noodige opofferingen voor godsdienstige scholen te bewegen.

XL.
Publieke scholen met katholieke onderwijzers.

In menige plaatsen waar onze scholen onmogelijk zijn, trachten wij katholieke onderwijzers te doen benoemen in de publieke scholen. Zij mogen wel geenen katechismus leeren, maar zij schaden toch niet rechtstreeks het geloof der katholieke kinderen als protestantsche of ongeloovige onderwijzers het maar al te dikwijls bevonden worden te doen.

XLI. - Middelbaar onderwijs.

Het middelbaar onderwijs in de Vereenigde Staten wordt ten grooten deele gegeven in staatsscholen (high schools) door de publieke schatkist bekostigd, in colleges, door particulieren gesticht en meest onderhouden door giften en bezetten van rijke burgers. De eerste zijn gelijk de publieke scholen, officieel onzijdig in godsdienstzaken, hoewel zij feitelijk dikwijls overleunen tot protestantismus en ongeloovigheid; de andere behooren aan verschillige sekten, episkopaalsche, baptistsche, methodistsche, ofwel staan zij bekend als ‘unsectarian’, dat is niet-katholiek en ook van geene bijzondere sekte afhangende. Het getal der unsectarian schools is gestadig in aangroei.

XLII. - Katholieke colleges.

Tegenover al deze scholen hebben de katholieken hunne eigene colleges, bestuurd door geestelijken, ten getalle van 179, verspreid door al de Staten. Sommige dezer gestichten zijn uitmuntend; andere lijden door gebrek aan gebouwen en geldmiddelen. Maar zij nemen gestadig toe aan leeraars, leerlingen en goed werk. Het is te bejammeren dat er niet meer zijn om eene grootere menigte jonge lieden te redden die nu met gevaar voor hun geloof niet-katholieke gestichten moeten bezoeken om de noodige geleerdheid aan te werven.

XLIII. - Hooger onderwijs.

Voor het hoogere onderwijs bestaan 71 seminariën, welke nu 4.078 leerlingen tot priester of kloosterling voorbereiden. Bij deze 71 seminariën moeten wij nog twee Amerikaansche colleges uit het buitenland vermelden: het Amerikaansche College te Rome, gesticht door Z.H. Pius IX, en het Amerikaansch Seminarie te Leuven, nabij onze katholieke Hoogeschool in 't jaar 1857 gesticht door drie Amerikaansche

bisschoppen, met toelating der bisschoppelijke overheden van België. Deze moeder van missionarissen heeft honderden priesters naar Noord-Amerika gezonden, die er meest in het Westen en het Zuiden der Vereenigde Staten voor den voortgang van den godsdienst geijverd hebben en nog ijveren. Het huis gaat immer voort in zijn heilzaam werk onder het bestuur van den Z. eerw. kanunnik De Becker, professor aan de Hoogeschool. Nevens de seminariën bestaan nog vier katholieke Hoogescholen: die van Washington, in 1889 gesticht, het Georgetown College en het Creighton College van de Jezuieten, en het Notre-Dame College van de Heilig Kruispaters in Indiana. In de katholieke Universiteit te Washington bestaan de faculteiten van godgeleerdheid, van wijsbegeerte, van wetenschappen en van rechten. Deze zijn tamelijk goed ingericht, maar lijden nog door gebrek aan studenten en ook aan geldmiddelen. Verleden jaar telden zij te samen omtrent 150 leerlingen, waaronder vele toebehooren aan verschillige kloosterorden, die hunne studiehuizen nabij de Universiteit geplaatst hebben. Om de noodige onkosten te bestrijden heeft Z.H. Pius X eene jaarlijksche kollekte, in navolging van die in België, voor den tijd van tien jaar toegelaten. Men hoopt het gesticht nu sneller te zien vooruitgaan.

XLIV. - Georgetown College en Creighton College.

Het Georgetown College, ook te Washington gelegen, heeft sedert eenige jaren de rechten en de geneeskunde gevoegd bij de studie der klassieken en der wetenschappen, welke het sedert 1789 onderwees. Het heeft een voldoend getal studenten. Te Omaha (Nebraska) hebben de Jezuieten nog het Creighton College, waar eene faculteit van geneeskunde bestaat.

XLV. - Universiteit van Notre-Dame.

Notre-Dame University bezit, buiten de gewone leergangen in klassieke talen en wijsbegeerte, beginnende fakulteiten voor hoogeschool-studiën. Het telt gezamenlijk 800 studenten die in 't gesticht thuis liggen.

XLVI. - Universiteit van St-Louis.

Men mag hier nog bijvoegen de St-Louis University, van de Jezuieten, die ook met hoogere studiën en met het onderwijs der geneeskunde een begin heeft gemaakt. Zij telt 137 scholastieken en 778 leeke studenten.

XLVII. - Niet-katholieke Hoogescholen.

Deze katholieke sterkten der wetenschap zijn niet meer dan de vier man van een kaporaal tegenover het buitengewoon getal protestantsche en unsektariaansche regimenten van hoogescholen met overvloedige fondatiën, en soms met milde hulp van Staat en Stad, of ongeloofelijk groote giften en bezetten van bijzonderen. Harvard in Massachusetts en Yale in Connecticut zijn befaamd om hunnen rijkdom, waar nog jaarlijks bijkomt, en hun aantal geleerde professors. De nieuwe Universiteit van Chicago heeft van J.D. Rochefeller alleen over 60.000.000 franken ontvangen, terwijl de Leland-Stanford Universiteit van San-Francisco in het leven gekomen is door het reusachtig bezet van 134.000.000 dollars, door wijlen senator Stanford daartoe bestemd. Wat ons Belgen leed doet is dat de protestantsche De Pauw Universiteit, in Indiana, gesticht werd door eenen Gentenaar. Karel De Pauw, die in de achttiende eeuw naar Amerika verhuisd was. Laat ons hopen dat de toekomst een beter lot voorbehoudt aan het Katholiek onderwijs in de Vereenigde Staten.

XLVIII. - Gestichten van liefdadigheid.

Waar de Kerk in uitmunt, dat is in hare gestichten van liefdadigheid van allen aard. Hospitalen voor kranken, Godshuizen voor ouderlingen, weezen, stommen, blinden, gevallenen, bestaan met honderden en de inwoners ervan worden teederlijk bezorgd door broeders en zusters van dozijnen kloosterlijke orden. Hier ook nog werkt de Staat met zijne eigene rijkelijk

gebouwde, ingerichte en betaalde instellingen de katholieken tegen, doch niet zoozeer als in het onderwijs. Zelfs zijn er veel Staten waar de katholieke hospitalen en godshuizen uit de openbare schatkist rechtstreeks of onrechtstreeks geholpen worden. In sommige genieten zij geene voorrechten.

De almanak voor 1904 geeft in zijne algemeene lijst 250 weezenhuizen op met 36.641 kinderen en 741 andere liefdadige gestichten.

XLIX. - Kloosterlijke ordens.

Voor onderwijs en liefdadigheid is natuurlijk een leger van dienaars en dienaressen noodig, welke zich uit liefde tot God en den naaste vrijwillig en in de wereld onbeloond zonder voorbehouding aan die werken toewijden. Deze zijn de leden der kloosterorden, welke onder het vaandel der vrijheid zich hier zoo menigvuldig nedergezet of ingesteld hebben en zoo snel zijn aangegroeid. Volgens de onvolledige opgaven, in den ‘Catholic Directory’ van 1904, beloopen de kloosterlingen tegenwoordig in de Vereenigde Staten: Priesterordens, ofwel priesters alleen, ofwel priesters en broeders, te samen: 7.300. Broeders alleen: 1.820. Zusters, nu eens opgegeven met novitiën en postulanten, dan weer alleen geprofeste: 56.500.

L. - Katholieke pers.

De katholieke pers is tamelijk goed vertegenwoordigd, maar verre nog van de macht bekomen te hebben die zij in Europeesche landen bezit. Zoo is er nog niet één dagelijksch Engelsch nieuwsblad. Men is sedert lang aan het beramen om er een of meer te stichten; maar de kosten zijn te groot ofwel men beschikt over de mannen niet om met de wereldlijke monsterbladen te kunnen wedijveren. Er zijn eenige Duitsche, Fransche, Poolsche en Boheemsche katholieke dagbladen, maar die tellen niet voor het algemeen publiek. Er bestaan 90 maandelijksche of drijmaandelijksche uitgaven, maar vele daaronder zijn weinig belangrijk; er bestaan 142 veertiendaagsche

en wekelijksche. Jaarlijks verschijnen nog al boeken in Amerika zelve geschreven; doch het grootste getal komen uit Frankrijk en uit Engeland.

LI. - Katholieken vergeleken met protestanten.

Het katholiek leven, zoo men ziet, sluimert niet in de Vereenigde Staten gelijk in Latijnsch Amerika, waar echter ook sporen van opbeuring te merken zijn. Verkleefd aan hunne geestelijke plaatselijke overheden, gehoorzaam aan den Heiligen Stoel, vrijgevig aan priesters, kerken en kloosters, staan de Amerikaansche geloovigen vóór eene veelbelovende toekomst. Welke is de toestand, vergeleken met hunne niet-katholieke medeburgers?

LII. - Protestantsche sekten.

Wij hebben reeds gezegd dat omtrent 10 bewoners op 55 der gezamentlijke bevolking katholiek zijn. In de Staten bestaan er daarenboven ten minste 150 christene sekten, die te samen omtrent 19.000.000 kommunikanten tellen, dat is leden die eene belijdenis van geloof afgelegd hebben. De katholieken, rekent men op deze wijze degene die meer dan vijftien jaar oud zijn, hebben rond de 10.000.000 kommunikanten. Na hen komen:

Methodisten, 18 sekten	6.084.755 kommunik.
Baptisten, 13 sekten	3.629.387 kommunik.
Lutheranen, 21 verdeelingen	1.745.588 kommunik.
Presbyterianen, 12 sekten	1.635.016 kommunik.
Episkopalen, 2 sekten	767.334 kommunik.

en zoo voorts, verminderende, tot dat men sekten aantreft die maar 8 leden tellen als bijvoorbeeld de Harmony Communisten.

LIII. - Niet-kerkelijke Amerikanen.

Dus zijn er, de kinderen medegerekend, bij de veertig millioenen Amerikanen, christen en protestantsch met den naam, die geene stellige bewijzen hunner godsdienstige gevoelens betoonen en weinig

beter zijn dan ongeloovigen. En zelfs hoevelen, onder degenen die zich door geloofsbelijdenis bij de eene of de andere kerk aansluiten, zijn er niet die ofwel gansch onwetend zijn op het punt van hare leering ofwel ten volle onverschillig. De Drijvuldigheid, de Godheid van Christus, de Menschwording, al de Sakramenten, worden maar door te veel predikanten zelven geloochend of in twijfel getrokken. Amerika is nog op zekere wijze christen door zijne gebruiken, door zijne wetten, door zijne samenleving op oude katholieke overlevering gegrond, maar het daalt klaarblijkelijk af naar het heidendom. De eenige redding die mogelijk is, moet komen uit den katholieken deesem, die het ongetwijfeld in vele wijzen reeds doet opstijgen.

LIV. - Indianen.

Hier nog een woord over de Indianen en de Negers, de vertegenwoordigers in de Vereenigde Staten der oude Amerikanen en der ingevoerde zwarten van Afrika.

Van de Indianen rekent men dat er nog omtrent 250.000 te vinden zijn, bijzonderlijk in het Westen en in het Indiaansch Territory. Men mag zeggen dat ongeveer 100.000 katholiek zijn en de overige protestantsch of heidensch. Er wordt veel gedaan voor de bekeering der laatsten; maar nu dat sedert tien jaar het algemeen bestuur de toelagen aan de Indiaansche scholen onttrokken heeft, leveren deze pogingen groote zwarigheid op. Jaarlijks wordt er voor die scholen en de missiën onder de negers eene algemeene omhaling gedaan in de kerken, die wel eenigszins helpt maar toch niet genoeg.

LV. - Negers.

De negers, kleurlingen van alle schakeeringen, zijn ongeveer 10.000.000 in getal; slechts 150.000 daaronder zijn katholiek. De andere zijn ofwel terug gevallen in het heidensch Vaudoismus (omtrent 3.000.000), ofwel hebben zij zich aangesloten bij de sekten der methodisten en der baptisten, die maar

weinig geloofspunten en regels van zedelijkheid voorschrijven. Het zingen en roepen der verzamelingen en het woeste prediken hunner ministers lokken die eenvoudige zielen aan. Er zijn nu priesters, twee gekleurde onder hen, die zich uitsluitend aan den dienst en de bekeering der arme zwarten toewijden.

LVI. - Moeder Katharina Drexel.

Een gelukkige bijstand der missiën bij de Indianen en de Negers is Moeder Katharina Drexel, stichtster en overste der Zusters van het H. Sakrament. Deze goede kloosterlinge besteedt hare reusachtige fortuin van misschien 40.000.000 frank aan het onderhouden en verspreiden der zendingen.

LVII.
Algemeen tafereel van het katholicismus in 1903.

Om deze schets te volledigen, laten wij hier een bondig tafereel volgen der bisdommen in de Vereenigde Staten, met het jaar hunner oprichting, naam en geboorteland hunner herders en het getal priesters, kerken en geloovigen op het einde van het jaar 1903:

Bisdom	Opgericht	Bisschop	Geboorteland	Priesters	Kerken	Geloovigen
Baltimore	1789	Gibbons Kardinaal-Aartsbisschop	Amerika	396	176	250.000
		Curtis Wijbisschop	Amerika
Boston	1808	Williams Aartsbisschop	Amerika	543	221	700.000
		Brady Wijbisschop	Ierland
Chicago	1843	Quigley Aartsbisschop	Canada	619	316	1.000.000
		Muldoon Wijbisschop	Amerika
		Mc Gavick Wijbisschop	Amerika

Bisdom	Opgericht	Bisschop	Geboorteland	Priesters	Kerken	Geloovigen
Cincinnati	1821	Elder Aartsbisschop	Amerika	294	181	200.000
		Moeller Hulpbisschop	Amerika
Dubuque	1837	Keane Aartsbisschop	Ierland	218	202	100.000
Milwaukee	1843	Messmer Aartsbisschop	Zwitserland	349	293	290.000
New-Orleans	1793	Chapelle Aartsbisschop	Frankrijk	232	199	450.000
		Rouxel Wijbisschop	Frankrijk
New-York	1808	Farley Aartsbisschop	Ierland	754	289	1.200.000
		Cusack Wijbisschop	Amerika
Oregon City	1846	Christie Aartsbisschop	Amerika	70	85	40.000
Philadelphia	1808	Ryan Aartsbisschop	Ierland	477	230	475.000
		Prendergast Wijbisschop	Ierland
St-Louis	1826	Glennon Aartsbisschop	Ierland	442	179	220.000
St-Paul	1850	Ireland Aartsbisschop	Ierland	258	252	230.000
San-Francisco	1853	Riordan Aartsbisschop	Canada	273	149	225.000
		Montgomery Hulpbisschop	Amerika
Santa-Fé	1850	Bourgade Aartsbisschop	Frankrijk	68	42 en meer	133.000
		Pitaval Wijbisschop	Frankrijk
Albany	1847	Burke	Ierland	195	151	145.000
Alton	1853	Ryan	Amerika	152	140	75.000
Altoona	1901	Garvey	Amerika	65	66	50.000
Baker City	1903	O'Reilly	Ierland	14	7?	2.350
Belleville	1887	Janssen	Duitschland	99	108	50.000
Boise	1868	Glorieux	België	31	45	12.000
Brooklyn	1853	Mc Donnell	Amerika	342	154	500.000
Buffalo	1847	Colton	Amerika	258	151	194.797
Burlington	1853	Michaud	Amerika	83	91	70.000
Charleston	1820	Northrup	Amerika	22	29	8.500
Cheyenne	1887	Keane	Ierland	17	26	7.000
Cleveland	1847	Horstmann	Amerika	296	287	300.000
Columbus	1868	Hartley	Amerika	132	107	56.000
Concordia	1887	Cunningham	Amerika	53	89	22.445
Covington	1853	Maes	België	78	80	48.225

Bisdom	Opgericht	Bisschop	Geboorteland	Priesters	Kerken	Geloovigen
Dallas	1890	Dunne	Amerika	53	70	30.000
Davenport	1881	Cosgrove	Amerika	121	138	70.000
Denver	1868	Matz	Elzas	111	146	70.000
Detroit	1833	Foley	Amerika	205	201	191.450
Duluth	1889	Mc Golrick	Ierland	53	77	50.000
Erie	1853	Fitz Maurice	Amerika	130	135	70.000
Fall River	1904	Stang	Duitschland	98	54	100.000
Fargo	1889	Shanley	Ierland	75	146	52.000
Fort Wayne	1857	Alerding	Amerika	199	156	80.000
Galveston	1847	Gallagher	Amerika	71	67	40.000
Grand Rapids	1882	Richter	Duitschland	104	165	121.000
Green Bay	1868	Vacant		164	207	125.000
Harrisburg	1868	Shanahan	Amerika	78	83	50.759
Hartford	1843	Tierney	Ierland	283	188	275.000
Helena	1884	Vacant		53	65	50.000
Indianapolis	1834	Chatard	Amerika	201	182	106.573
		O'Donaghue Hulpbisschop	Amerika
Kansas City	1880	Hogan	Ierland	95	68	52.000
La Crosse	1868	Schwebach	Luxemburg	165	236	112.000
Lead	1902	Stariha	Oostenrijk	18	26	10.000
Leavenworth	1877	Vacant		112	98	30.000
Lincoln	1887	Bonacum	Amerika	60	121	30.000
Little Rock	1843	Fitzgerald	Ierland	46	68	13.000
Louisville	1808	Mc Closkey	Amerika	169	143	100.000
Manchester	1804	Vacant		117	95	104.000
Marquette	1853	Eis	Duitschland	70	86	80.000
Mobile	1824	Allen	Amerika	88	66	25.000
Monterey et Los Angeles	1850	Conaty	Ierland	118	75	65.000
Nashville	1837	Byrne	Ierland	44	38	29.500
Natchez	1837	Heslin	Ierland	36	75	21.499
Natchitoches	1853	Vacant		28	38	32.000
Nesqually	1850	O'Dea	Amerika	82	109	65.000
Newark	1853	O'Connor	Amerika	275	158	310.000
Ogdensburg	1872	Gabriels	België	115	136	83.000
Omaha	1857	Scannell	Amerika	215	165	66.000
Peoria	1877	Spalding	Amerika	186	217	123.500
Pittsburg	1843	Phelan	Ierland	375	247	300.000
		Canevin Hulpbisschop	Amerika
Portland	1855	O'Connell	Amerika	113	101	105.619
Providence	1872	Harkins	Amerika	124	61	190.000
Richmond	1821	Van de Vyver	België	52	50	30.000
Rochester	1868	Mc Quaid	Amerika	142	122	110.000
Sacramento	1886	Grace	Ierland	50	85	40.000
St-Augustine	1857	Kenny	Ierland	42	38	16.500
St-Cloud	1889	Trobec	Oostenrijk	118	100	44.000
St-Joseph	1868	Burke	Amerika	54	59	20.000

Bisdom	Opgericht	Bisschop	Geboorteland	Priesters	Kerken	Geloovigen
Salt Lake	1886	Scanlan	Ierland	19	20	10.000
San-Antonio	1874	Forest	Ierland	74	73	78.000
Savannah	1850	Keiley	Amerika	47	28	21.000
Scranton	1868	Hoban	Amerika	191	180	200.000
Sioux City	1902	Garrigan	Ierland	95	116	50.000
Sioux Falls	1889	O'Gorman	Amerika	80	133	45.500
Springfield	1870	Beaven	Amerika	271	152	260.000
Syracuse	1886	Ludden	Ierland	101	94	115.000
Trenton	1881	Mc Faul	Ierland	136	143	85.000
Tucson	1868	Granjon	Frankrijk	27	47	40.000
Wheeling	1850	Donahue	Engeland	66	93	25.000
Wichita	1887	Hennessy	Ierland	70	112	25.450
Wilmington	1868	Monaghan	Amerika	41	40	28.000
Winona Vik. Apost.	1889	Cotter	Ierland	90	109	55.000
Brownsville Vik. Indiaansch	1874	Verdaguer	Spanje	25	47	68.000
Territory Vik. Noord	1891	Meerschaert	België	54	83	24.265
Karolina Prefekt. van	1868	Haid	Amerika	27	32	4.600
Alaska	1894	Rene Prefekt		18	13	9.500
				_____	_____	_____
				13.265	11.186	11.899.781

Met het oog op de bevolking moet men bemerken dat in geene bisdommen het totaal overdreven is, terwijl in vele het verre onder de werkelijkheid blijft, omdat niet weinig priesters niet al hunne onderhoorigen kennen of ze zelfs niet als katholieken willen opgeven wegens de nalatigheid of onverschilligheid van deze. Ook geven sommige bisschoppen het getal op, niet zooals het nu is, maar zooals het was vóór vijf, acht of tien jaren. Daarom is het dat men gerust het totaal van 11.899.781 met een of twee millioen mag vergrooten; zoodat het vermoedelijk getal katholieken in de Vereenigde Staten tot omtrent de 14.000.000 beloopt.

H. Gabriels

Bisschop van Ogdensburg.

voetnoot(1): In 1903 kwamen landverhuizers, uit Italië: 230.622; Oostenrijk-Hongarië: 206.011; Rusland, meest Polen: 136.093; Duitschland, veel Polen: 40.086; uit England maar 26.219; Ierland: 35.300; België: 3.460.

voetnoot(1): In April l.l hebben zij haar 50 000 dollars (250.000frank) geschonken voor het inrichten van eenen leeraarsstoel voor Amerikaansche geschiedenis.

Vorige Volgende