Dietsche Warande en Belfort. Jaargang 1902(1902)– [tijdschrift] Dietsche Warande en Belfort– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 327] [p. 327] Ongeweerte. 't Is donker nacht. De zoelte rijst lijk uit 'n warmen oven, van de eerde, die te zweeten ligt, bij bressen op, naar boven. Er loopt en krinkelt, links en rechts, 'n schromelijk gewemel van vlugge bliksemsprietels, langs de kappe van den hemel. De wolken zijn met vlammenke- tens aan malkaar gebonden en, in 't gebuurte, huilen er benauwdgeworden honden. Ge ziet, bezijds 'n elzenhage, in blauwverlichte vlekken, van tijd tot tijd, de naalde van 'n kerketoren blekken. 't Begint te rein. De wilde wind verschudt de strooien daken en doet geweldig al de spil- len van de boomen kraken. De donderslagen rollen diep en geven dompe schokken, lijk zwaarbevrachte wagens o- ver 'n kalsie getrokken. [pagina 328] [p. 328] In 't moeras, op 'n troon van reit gezeten, kwaken puiden en, al met eens, er schiet 'n hoeve in brande, verre in 't Zuiden. Om. K. De Laey. Vorige Volgende